Drukzweren (doorligwonden)

aanhoudende roodheid van de huid
Huid verharding
Blistering
Abrasie
Decubitus
Te veel druk uitoefenen op het weefsel
Ondersteunende druk
Afdrukduur
Immobiliteit
Ondergewicht
Obesitas

Básico

Het gewone klinische beeld van decubitus (decubitale ulcus) kan worden omschreven als beschadiging van de huid en het weefsel eronder. De gebieden die het meest door decubitus worden getroffen zijn de billen en de hiel. Geschat wordt dat één op de 10 tot 30 ziekenhuispatiënten een decubitus oploopt.

Het percentage decubituspatiënten in verpleeghuizen is echter nog hoger. Hier zijn gemiddeld 45 van de 100 patiënten waarschijnlijk getroffen.

Aangezien de behandeling van decubitus zeer duur is (gemiddeld 50.000 euro of 1 tot 2 miljard euro per jaar volgens het Duitse instituut voor innovatie in de gezondheidszorg en toegepast zorgonderzoek) en de ziekte een uiterst pijnlijke en onaangename aandoening is voor de patiënt, is het belangrijk deze te voorkomen.

Causas

Als er te veel druk wordt uitgeoefend op het onderliggende weefsel, kan dit leiden tot het ontstaan van drukzweren. Doorslaggevende factoren voor het ontstaan van decubitus zijn ook specifieke risicofactoren van de patiënt, alsmede de duur van de hoge druk op het weefsel.

Als de druk een bepaalde waarde overschrijdt, kunnen de bloedvaten worden samengedrukt en afsterven als gevolg van een tekort aan zuurstof en voedingsstoffen.

Liggen en zitten:

Het risico op het ontstaan van decubitus is bijzonder groot wanneer de mobiliteit zeer beperkt is, d.w.z. wanneer de patiënt gedurende lange tijd alleen maar kan zitten of liggen. Tot deze risicogroep behoren vooral ouderen die aan bed gekluisterd zijn als gevolg van een acute of chronische ziekte, of mensen die afhankelijk zijn van een rolstoel. Ook diabetici die minder gevoelig zijn voor druk van buitenaf en deze niet in voldoende mate waarnemen, kunnen er vaak last van hebben.

Doorligwonden komen vooral voor op plaatsen waar meer druk op het weefsel wordt uitgeoefend. Dit geldt vooral voor plaatsen waar weinig vet en spierweefsel aanwezig is, zodat de botten niet beschermd zijn. Plaatsen waar de botten direct onder de huid zitten zijn onder meer de billen, de grote trochanters aan de buitenkant van de dij, en de hielen, waarbij de hielen en billen de meest voorkomende plaatsen zijn. Er kunnen echter ook ongebruikelijke plaatsen van oorsprong zijn, afhankelijk van de houding of zithouding van de patiënt. Deze omvatten de oren, de achterkant van het hoofd, de schouderbladen, en de tenen.

In zeldzame gevallen kunnen decubitus ontstaan wanneer de patiënt in buikligging ligt, bijvoorbeeld tijdens een operatie. In dit geval zijn de knieën, het gezicht, de schaamstreek en de bovenkanten van de voeten de voornaamste plaatsen waar zich decubitus kan vormen.

Als een patiënt aan een rolstoel is gekluisterd, bijvoorbeeld na een dwarslaesie, is de kans groter dat er decubitus ontstaat in de hiel, bil, teen of knieholte.

De bloedtoevoer en -afvoer zijn verstoord:

Een ander probleem is de onderbroken bloedtoevoer als gevolg van de verhoogde druk en de verminderde afvoer via de veneuze bloedvaten. Deze aandoening veroorzaakt een toename van zure metabolieten in het weefsel, wat bij gezonde mensen een natuurlijke reflex teweegbrengt: beweging ontlast het getroffen lichaamsdeel, en als gevolg daarvan neemt de druk af en wordt de bloedstroom naar het weefsel weer normaal.

Indien een persoon echter onvoldoende beweegt, zoals het geval is bij bedlegerige patiënten, ontstaat er een opeenhoping van zure stofwisselingsproducten en een daarmee gepaard gaande verwijding van de kleine arteriële bloedvaten. Dit resulteert in roodheid van de huid, omdat de bloedtoevoer door de verwijding wordt vergroot. Een ander verschijnsel is dat vocht uit de bloedvaten lekt in het omliggende weefsel. Dit veroorzaakt zwelling van het weefsel, waarbij water zich ophoopt tussen de cellen. Bovendien kan worden vastgesteld dat zich blaren vormen en dat het weefsel dus op grotere schaal wordt vernietigd.

Dunne, inelastische huid:

Aangezien decubitus meestal voorkomt bij oudere mensen, bij wie de huid in de loop van de tijd haar elasticiteit en strakheid verliest, kan "schuiven in bed" schuring van de gewoonlijk dunne huid veroorzaken. Dit kan leiden tot het loslaten van hele huidlagen.

Andere bepalende factoren voor het ontstaan van een doorligwond zijn de voedingstoestand en de leeftijd van de patiënt, alsmede de oorzaak van de bedlegerigheid. Als de huid al beschadigd is door eerdere aandoeningen, zoals bijvoorbeeld vaak het geval is bij diabetici, kan een drukpijn in minder dan 2 uur ontstaan. Als patiënten minder beschermend vet hebben, wordt het bot ook blootgesteld aan hogere druk.

Een andere oorzaak van ontwikkeling is verminderde controle over urine of ontlasting en de daarmee gepaard gaande constante vochtigheid in de buurt van de anus of vagina. Omdat een vochtige huid sneller zacht wordt, kan er gemakkelijker een decubitus ontstaan. Pijnstillers en andere medicijnen kunnen ook het risico op een decubitus verhogen.

Síntomas

De ernst van decubitus kan worden onderverdeeld in 4 gradaties en wordt beoordeeld op basis van veranderingen in de huid.

In het begin (stadium I) is er een roodheid van de aangetaste huidzone die niet verdwijnt. De roodheid, die een nauwkeurig afgebakend gebied is, verdwijnt niet, zelfs niet wanneer de druk op het weefsel wordt weggenomen. In sommige gevallen is een verharding en opwarming van de huid waarneembaar, maar de huid is nog intact.

Als de druk echter aanhoudt, treedt stadium II in. Dit wordt gekenmerkt door blaarvorming op de huid en schuring van de bovenste huidlaag. De resulterende wond, hoewel open, is nog steeds oppervlakkig.

In stadium III reikt het decubitus al tot in de spieren en vormt het een diep, open ulcus.

Als het ulcus stadium IV bereikt, kunnen blootliggende botten worden gezien. Vernietiging van huid, spieren, botten, gewrichten en pezen treedt op.

Diagnóstico

Om een decubitus te voorkomen, is het van essentieel belang dat de plaatsen in kwestie bij risicopersonen regelmatig worden gecontroleerd, aangezien een decubitus gemakkelijk met het blote oog zichtbaar is. Omdat er niet altijd regelmatig wordt gecontroleerd, worden decubitusgevallen helaas vaak pas in stadium III ontdekt.

Om het risico op het ontstaan van een decubitus te verminderen, kunnen sommige patiënten, zoals rolstoelgebruikers, een spiegel gebruiken om naar moeilijk bereikbare plaatsen te kijken. Een andere mogelijkheid is om familie en vrienden om hulp te vragen.

Als er een risico bestaat op het ontstaan van een decubitus, is het raadzaam om het risicogebied in de gaten te houden en regelmatig te controleren. In een kliniek of verpleeghuis is het de taak van het verplegend personeel om een mogelijke doorligwond in een vroeg stadium op te sporen.

Een eenvoudige methode kan helpen om een doorligwond op te sporen: de vingertest. Bij deze test wordt op de huid van de patiënt, die op een bepaalde plaats rood is, gedrukt. Als de roodheid niet afneemt, kan men er al van uitgaan dat er een decubitus stadium I aanwezig is.

Terapia

In het algemeen geldt dat hoe eerder een decubitus door artsen of verplegend personeel wordt herkend, hoe doeltreffender deze kan worden behandeld. Meestal wordt dan een tweedelige therapie toegepast. Enerzijds past de arts een lokale therapie toe, anderzijds wordt een oorzakelijke therapie toegepast om de factoren die het decubitus veroorzaken te behandelen.

Lokale therapie:

Het doel van deze therapie is het verwijderen van dood weefsel (debridement). Dit kan chirurgisch gebeuren met een scalpel (chirurgische deprivatie), of met enzymen (enzymatische deprivatie) of vliegenlarven (biochirurgische deprivatie, madenbehandeling). Indien nodig wordt de wond gedesinfecteerd en behandeld met vochtige verbanden.

In sommige gevallen zijn technische behandelingsmethoden nodig, zoals de vacuüm-verzegelingstechniek (VAC-systeem).

Causale therapie:

Om een decubitus blijvend te voorkomen, moeten de risicopunten worden ontlast. Daartoe moet de patiënt met behulp van speciale decubitusmatrassen of speciale bedden in de juiste positie worden gebracht en regelmatig worden verplaatst.

Om een vermindering van de beschermende vetkussentjes te voorkomen, is het belangrijk de patiënt te voorzien van voldoende calorieën, eiwitten, vitaminen en mineralen. Een speciaal dieet kan hier ook helpen. Indien nodig kunnen ook pijnstillers worden gebruikt. Regelmatige lichaamsbeweging in het kader van de fysiotherapie of door het verplegend personeel voorkomt een eenzijdige belasting van een bepaald deel van de huid en verbetert de bloedcirculatie. Om een algeheel welzijn voor de patiënt te creëren, is het van belang dat bijkomende ziekten worden behandeld en dat de patiënt psychisch in orde is en depressie wordt voorkomen.

Als het decubitus nog steeds is ingedeeld in stadium I-III, is conservatieve therapie meestal voldoende en is chirurgie niet nodig. Als stadium IV optreedt, is een chirurgische ingreep vaak onvermijdelijk, waarbij het ulcus en soms ook een deel van het bot wordt verwijderd.

Voorspelling

Om een prognose voor een decubitus te kunnen geven, moet rekening worden gehouden met hoe goed de behandeling verloopt en aan welke bijkomende ziekten de patiënt ook lijdt.

Zoals reeds gezegd, hangt de kans op genezing ook af van het stadium waarin het decubitus wordt ontdekt. Hoe vroeger een decubitus wordt gediagnosticeerd, hoe groter de kans op genezing en hoe sneller het genezingsproces. Als bovendien de risico's voor een slechte wondgenezing, zoals diabetes, worden beperkt, genezen decubitus zeer snel.

Prevención

Omdat decubitus vaak veel pijn en beperkingen in het dagelijks leven en in de vrije tijd veroorzaakt, trekken veel patiënten zich terug en kunnen soms depressief worden. Deze vormen een grote belasting voor alle getroffenen, niet in de laatste plaats omdat het lang duurt voordat ze worden behandeld of met succes worden behandeld.

Om een decubitus vanaf het begin te voorkomen, is het belangrijk de risico's te kennen en ze voor elke patiënt afzonderlijk te beoordelen. Deze omvatten de mobiliteit en activiteit van de patiënt, alsook zijn vermogen om te reageren op drukongemakken. Bovendien moeten de voedingstoestand van de getroffen persoon, de vochtigheid van de huid en de afschuifkrachten op de huid worden beoordeeld. Om met alle bovengenoemde factoren rekening te houden, gebruiken verpleeghuizen bepaalde documentatieformulieren, zoals de schaal van Braden. Hier worden punten van 1 tot 4 gegeven voor bepaalde risicofactoren en aan het eind opgeteld. Als het resultaat 18 of minder is, is er geen risico op decubitus, maar als de waarde minder dan 9 is, heeft de patiënt een zeer hoog decubitusrisico.

Preventieve maatregelen:

Om decubitus te voorkomen, moet met verschillende punten rekening worden gehouden:

  • Een juiste houding op bepaalde matrassen en regelmatig herpositioneren zijn belangrijk om decubitus te voorkomen.
  • Frequente bewegingsoefeningen en mobilisatie met ondersteuning van verplegend personeel en/of fysiotherapeuten
  • Bevordering van de "geestelijke mobiliteit" van de patiënt door te lezen, naar de radio te luisteren, TV te kijken, met anderen te praten
  • Voor risicopatiënten is het raadzaam een speciale matras te gebruiken die ervoor zorgt dat de druk op een bepaald lichaamsoppervlak over een groter contactoppervlak wordt verdeeld. Moderne matrassen hebben een geïntegreerde motor die de druk in de matras voortdurend verandert en regelt.
  • Met behulp van MiS microstimulatie wordt getracht de patiënt meer lichaamsgevoel te geven door middel van een soort elektrisch gestuurd matras. Dit wordt bereikt door aanraking en kleine bewegingen die de patiënt aanmoedigen om zelfstandig te bewegen.
  • Huidverzorging aangepast aan het huidtype van de patiënt
  • Risicofactoren, zoals de conditie van de huid, kunnen worden verbeterd door een evenwichtige voeding. De belangrijkste factoren zijn voldoende calorieën, eiwitten, vitaminen en sporenelementen.
  • Onderliggende en bijkomende ziekten moeten in de eerste plaats behandeld worden
Danilo Glisic

Danilo Glisic



Logo

Uw persoonlijke medicatie-assistent

Medicijnen

Blader hier door onze uitgebreide database van A-Z medicijnen, met effecten, bijwerkingen en doseringen.

Stoffen

Alle actieve ingrediënten met hun werking, toepassing en bijwerkingen, evenals de medicijnen waarin ze zijn opgenomen.

Ziekten

Symptomen, oorzaken en behandeling van veelvoorkomende ziekten en verwondingen.

De weergegeven inhoud vervangt niet de originele bijsluiter van het medicijn, vooral niet met betrekking tot de dosering en werking van de afzonderlijke producten. We kunnen geen aansprakelijkheid aanvaarden voor de nauwkeurigheid van de gegevens, omdat deze gedeeltelijk automatisch zijn omgezet. Raadpleeg altijd een arts voor diagnoses en andere gezondheidsvragen.

© medikamio