Farmacodynamiek
Amitriptyline heeft een antidepressieve, pijnstillende, angstremmende en kalmerende werking. De vermindering van depressieve symptomen wordt verklaard door het feit dat een tekort aan neurotransmitters in de hersenen leidt tot depressieve effecten, en amitriptyline gaat dit mechanisme tegen. In het centrale zenuwstelsel remt de werkzame stof de heropname van neurotransmitters (vooral serotonine en noradrenaline) in de presynaptische cel, d.w.z. vóór de synaps, waardoor de concentratie van de stemmingsregulerende boodschapperstoffen tussen de zenuwcellen toeneemt. Bovendien wordt de gevoeligheid van de receptoren verminderd door de verhoogde accumulatie van neurotransmitters. Aangezien dit effect ongeveer 2-3 weken duurt, worden de stemmingsverhogende effecten vertraagd.
De depressieve en slaapbevorderende effecten van amitriptyline zijn te wijten aan de remming van de neurotransmitter acetylcholine, de pijnstillende effecten zijn te wijten aan de verhoogde concentratie van serotonine.
Farmacokinetiek
Het geneesmiddel wordt snel geabsorbeerd na orale toediening, met een biologische beschikbaarheid van slechts 30-60%. In het bloed wordt de maximale concentratie 2-12 uur na orale of intramusculaire toediening bereikt en circuleert daar evenals in de weefsels gebonden aan eiwitten tot 95%. Door zijn vetoplosbare eigenschappen wordt amitriptyline door het hele organisme verspreid. Door de afsplitsing van de methylgroep en de invoering van hydroxylgroepen (hydroxylering) in het molecuul wordt amitriptyline in de lever gemetaboliseerd. Als gevolg van genetisch bepaalde verschillen in de hydroxyleringsfunctie vertoont 3-5% van de bevolking verhoogde plasmaconcentraties. De halfwaardetijd is ongeveer 25 uur, hoewel deze bij ouderen wordt verlengd. Het geneesmiddel en zijn tussenproducten worden voornamelijk in de urine uitgescheiden.
Contra-indicaties
Amitriptyline mag niet worden ingenomen bij overgevoeligheid, vergiftiging, urineretentie of vernauwing van de maaguitgang of darmobstructie door darmverlamming.
Tenzij het dringend noodzakelijk is, mogen zwangere vrouwen het antidepressivum niet innemen en vrouwen die borstvoeding geven moeten ofwel stoppen met het innemen ofwel stoppen met het geven van borstvoeding.
Interacties tussen geneesmiddelen
Tussen het gebruik van tricyclische antidepressiva en MAO-remmers (bijv. tranylcypromine, selegilline, rasagilline, moclobemide) dient een interval van ten minste 14 dagen te zitten om mogelijke interacties te voorkomen.
Amitriptyline kan het effect van geneesmiddelen voor de behandeling van hoge bloeddruk (guanethidine, clonidine) verminderen. Bovendien beïnvloedt amitriptyline mogelijk het effect van cumarines (bv. fenprocoumon), daarom moeten de bloedparameters regelmatig worden gecontroleerd bij gelijktijdig gebruik.
Het effect wordt versterkt bij geneesmiddelen als fluoxetine, fluvoxamine, cimetidine en neuroleptica, en verminderd bij gelijktijdig gebruik van sint-janskruid.