- als u allergisch (overgevoelig) bent voor bisoprolol, hydrochloorthiazide of andere thiaziden, sulfonamiden of voor één van de andere bestanddelen van Bisoprololfumaraat/hydrochloorthiazide PCH. Deze stoffen kunt u vinden onder rubriek 6.
- bij acuut hartfalen of als reeds bestaand hartfalen verergert (decompensatie), waardoor u behandeld moet worden met middelen die in de aderen worden toegediend en die de hartwerking
rvg 33890-1 PIL 0713.8v.EV
BISOPROLOLFUMARAAT/HYDROCHLOORTHIAZIDE 5/12,5 MG PCH BISOPROLOLFUMARAAT/HYDROCHLOORTHIAZIDE 10/25 MG PCH filmomhulde tabletten
versterken
- bij shock als gevolg van stoornissen van de hartfunctie (cardiogene shock)
- als u ernstige hartritmestoornissen hebt (2e- en 3e-graads AV-blok zonder pacemaker, sick- sinussyndroom, sinoatriaal block)
- als u voor aanvang van de behandeling een zeer langzame hartslag hebt (minder dan 60 slagen per minuut)
- als u aanleg heeft voor ernstige astma of andere longaandoeningen zoals chronische bronchitis en longemfyseem (deze aandoeningen worden chronische obstructieve luchtwegaandoeningen (COPD) genoemd
- als u ernstige problemen met de bloedsomloop hebt (waardoor uw vingers en tenen gaan tintelen of bleek of blauw worden) (syndroom van Raynaud)
- als u een bijniermergtumor heeft (feochromocytoom) die niet behandeld wordt
- als uw bloed extreem zuur is (metabole acidose)
- als u een ernstige nierfunctiestoornis (nierfalen) hebt en weinig of geen urine produceert (creatinineklaring minder dan of gelijk aan 30 ml/minuut of serumcreatinine hoger dan 159 micromol/l)
- als u een acute nierontsteking hebt (glomerulonefritis)
- als u een verminderd bewustzijn hebt als gevolg van een ernstige leveraandoening (hepatisch coma/precoma)
- als u een kaliumtekort hebt (hypokaliëmie) die niet op behandeling reageert
- als u een ernstig natriumtekort hebt (hyponatriëmie)
- als u een verhoogde hoeveelheid calcium in het serum hebt (hypercalciëmie)
- als u lijdt aan jicht
- als u borstvoeding geeft
- als u floctafenine of sultopride gebruikt (zie hieronder, “Inname met andere geneesmiddelen”)
Neem contact op met uw arts of apotheker voordat u dit middel gebruikt:
- als lijdt aan hartfalen (behandeling van stabiel chronisch hartfalen [zwakte van de hartspier] moet gestart worden met een geleidelijke dosisverhoging van alleen bisoprolol)
- als u lijdt aan bronchiale astma of een obstructieve luchtwegaandoening
- als u tegelijkertijd behandeld wordt met inhalatieanesthetica
- als u diabetes mellitus hebt met sterk variërende bloedsuikerwaarden; de symptomen van een zeer lage bloedsuikerspiegel (hypoglykemie) kunnen gemaskeerd worden
- als u zeer streng moet vasten
- tijdens een behandeling ter preventie van allergie (desensibilisatiebehandeling)
- als u lijdt aan lichte hartritmestoornissen (1e-graads AV-blok)
- als de bloedtoevoer naar uw hart verstoord is, waardoor u pijn op de borst hebt, als gevolg van spastische samentrekkingen van de kransslagaders (Prinzmetal-angina)
- bij problemen met de bloedsomloop (de symptomen kunnen verergeren, vooral aan het begin van de behandeling)
- als u een ernstige nierfunctiestoornis hebt (Bisoprololfumaraat/hydrochloorthiazide heeft dan geen effect en kan zelfs schadelijk zijn)
rvg 33890-1 PIL 0713.8v.EV
BISOPROLOLFUMARAAT/HYDROCHLOORTHIAZIDE 5/12,5 MG PCH BISOPROLOLFUMARAAT/HYDROCHLOORTHIAZIDE 10/25 MG PCH filmomhulde tabletten
- als uw bloedvolume verlaagd is (hypovolemie)
- als u een leverfunctiestoornis hebt
- als u op leeftijd bent
- als de hoeveelheid urinezuur in uw bloed extreem hoog is (hyperurikemie), omdat de kans op jichtaanvallen verhoogd kan zijn
- als u psoriasis hebt of hebt gehad
- als u schildklierproblemen hebt. Bisoprololfumaraat/hydrochloorthiazide kan de symptomen van een overactieve schildklier verbergen
- als u een bijniermergtumor hebt (feochromocytoom) die behandeld wordt
Als u bronchiale astma of een andere chronische obstructieve longfunctiestoornis hebt die symptomen kan veroorzaken, kan het nodig zijn dat uw arts de dosis luchtwegverwijdende middelen (β2- sympathomimetica) verhoogt zolang u Bisoprololfumaraat/hydrochloorthiazide gebruikt.
U mag niet plotseling stoppen met de behandeling met β-blokkers (bv. bisoprolol) tenzij dit strikt noodzakelijk is.
Acute galblaasontsteking (cholecystitis) bij patiënten met galstenen moeten gemeld worden. Topsporters moeten weten dat dit geneesmiddel een werkzame stof bevat die een positieve uitslag kan geven bij dopingcontrole.
Als u contactlenzen draagt, houd er dan rekening mee dat bisoprolol de traanvochtproductie kan verminderen.
Zolang u met Bisoprololfumaraat/hydrochloorthiazide PCH behandeld wordt, moet u voldoende drinken en kaliumrijk voedsel eten (bv. bananen, groenten, noten) om het toegenomen kaliumverlies te compenseren.
Dit geneesmiddel kan een huidreactie op de zon veroorzaken, zoals huiduitslag, roodheid van de huid en jeuk (genaamd fotosensitiviteit). Als dit voorkomt moet de huid worden beschermd tegen de zon (door zonnebrandcreme, kleding en de zon vermijden). In ernstige gevallen van fotosensitiviteit is het soms nodig om de behandeling met Bisoprololfumaraat/hydrochloorthiazide PCH te stoppen, maar dit moet u eerst overleggen met uw arts.
Kinderen en jongeren
Bisoprololfumaraat/hydrochloorthiazide PCH is niet aanbevolen bij kinderen.
Gebruikt u naast Bisoprololfumaraat/hydrochloorthiazide PCH nog andere geneesmiddelen, of heeft u dat kort geleden gedaan of bestaat de mogelijkheid dat u in de nabije toekomst andere geneesmiddelen gaat gebruiken? Vertel dat dan uw arts of apotheker.
U mag Bisoprololfumaraat/hydrochloorthiazide niet tegelijk gebruiken met:
- floctafenine (behandeling van bepaalde soorten artritis) of
rvg 33890-1 PIL 0713.8v.EV
BISOPROLOLFUMARAAT/HYDROCHLOORTHIAZIDE 5/12,5 MG PCH BISOPROLOLFUMARAAT/HYDROCHLOORTHIAZIDE 10/25 MG PCH filmomhulde tabletten
- sultopride (behandeling van bepaalde psychische stoornissen) gebruiken (zie hierboven, “Wanneer mag u dit middel niet gebruiken”).
Raadpleeg vooral uw arts als u de volgende geneesmiddelen gaat gebruiken:
- calciumantagonisten zoals verapamil of diltiazem, die gebruikt worden voor de behandeling van bepaalde hartaandoeningen: hartritmestoornissen en hartzwakte kunnen ontstaan
- clonidine, dat gebruikt wordt bij hoge bloeddruk: een zeer sterke daling van de hartfrequentie en een abnormaal hartritme kunnen ontstaan. Staken van het gebruik van clonidine kan leiden tot een overmatige bloeddrukstijging. Het gebruik van clonidine mag alleen gestaakt worden als enkele dagen eerder de behandeling met Bisoprololfumaraat/hydrochloorthiazide is stopgezet. Daarna moet de behandeling met clonidine geleidelijk worden afgebouwd.
- monoamine-oxidase (MAO)-remmers zoals moclobemide of fenelzine, behalve MAO-B-remmers zoals selegiline, die gebruikt worden bij aandoeningen zoals depressie: er kan overmatige bloeddrukstijging optreden
- lithium, dat gebruikt wordt voor de behandeling van depressie: door een verminderde uitscheiding van lithium kan het hartvaatstelsel en het zenuwstelsel meer beschadigd worden
- astemizol (antihistaminicum), in de aderen toegediende erytromycine (antibioticum), halofantrine (behandeling van malaria), pentamidine (tegen parasieten:diertjes of plantjes die zich ten kosten van een ander organisme voeden), sparfloxacine (antibioticum), terfenadine (antihistaminicum), vincamine (bij bepaalde hersenaandoeningen): er kunnen ernstige hartritmestoornissen ontstaan.
- calciumantagonisten zoals nifedipine (zogenaamde dihydropyridinen), die gebruikt worden bij bepaalde hartziekten: er kan een zeer sterke bloeddrukdaling optreden, vooral aan het begin van de behandeling. Bij patiënten met nog niet ontdekt hartfalen kan gelijktijdige behandeling met β- blokkers ertoe leiden dat het hartfalen zich openbaart.
- ACE-remmers zoals captopril en enalapril, die gebruikt worden voor bij hoge bloeddruk en andere hartproblemen: er kan een zeer sterke bloeddrukdaling optreden aan het begin van de behandeling.
- geneesmiddelen voor de behandeling van hartritmestoornissen (anti-aritmica) zoals disopyramide, kinidine en amiodaron: de effecten van Bisoprololfumaraat/hydrochloorthiazide en de anti-aritmica op de hartfunctie kunnen elkaar versterken. Er kunnen ernstige, mogelijk fatale hartritmestoornissen ontstaan (zgn. torsade de points).
- zogenaamde parasympathicomimetica, inclusief tacrine, dat gebruikt wordt bij de ziekte van Alzheimer: er kunnen hartritmestoornissen optreden.
- reserpine, α-methyldopa, guanfacine, die gebruikt worden bij aandoeningen zoals hoge bloeddruk: er kan een zeer sterke daling van de bloeddruk en hartfrequentie of een abnormaal hartritme ontstaan.
- andere bètablokkers, inclusief die in oogdruppels, voor de behandeling van hart- of oogaandoeningen, versterken elkaars werking.
- insuline of andere bloedsuikerverlagende middelen (sulfonylureumpreparaten) om suikerziekte onder controle te houden: het effect van deze geneesmiddelen kan versterkt worden. Waarschuwingssignalen van een verlaagde bloedsuikerspiegel (hypoglykemie) – vooral een snelle hartslag (tachycardie) – kunnen gemaskeerd of minder opvallend zijn.
- narcosemiddelen: er kan een sterkere bloeddrukdaling optreden. Voordat u een algehele narcose
rvg 33890-1 PIL 0713.8v.EV
BISOPROLOLFUMARAAT/HYDROCHLOORTHIAZIDE 5/12,5 MG PCH BISOPROLOLFUMARAAT/HYDROCHLOORTHIAZIDE 10/25 MG PCH filmomhulde tabletten
ondergaat, moet de anesthesist weten dat u Bisoprololfumaraat/hydrochloorthiazide gebruikt.
- geneesmiddelen zoals digitalis, die gebruikt worden voor hartaandoeningen zoals congestief hartfalen: bij een tekort aan kalium of magnesium is de kans op bijwerkingen door digitalis groter
- prostaglandinesynthetaseremmers zoals acetylsalicylzuur (aspirine), die gebruikt worden als pijnbestrijding: het bloeddrukverlagend effect van Bisoprololfumaraat/hydrochloorthiazide kan verminderd worden. De bijwerkingen van hoge doseringen van op aspirine lijkende geneesmiddelen (salicylaten) op het zenuwstelsel kunnen toenemen.
- niet-steroïde ontstekingsremmers zoals ibuprofen, voor verlichting van pijn: bij patiënten met een verlaagd bloedvolume (hypovolemie) kan acuut nierfalen optreden.
- ergotaminederivaten zoals bromocriptine, voor aandoeningen zoals de ziekte van Parkinson: reeds bestaande stoornissen in de bloedsomloop kunnen verergeren.
- zogenaamde sympathicomimetica zoals fenylefrine, methyldopa, dobutamine of salbutamol, die gebruikt kunnen worden bij hartaandoeningen zoals hoge bloeddruk of bij astma: het effect van beide behandelingen kan afnemen.
- tricyclische antidepressiva zoals amitriptyline, barbituraten zoals fenobarbital, fenothiazines zoals chloorpromazine, die allemaal gebruikt worden voor aandoeningen zoals depressie, en andere bloeddrukverlagende geneesmiddelen: sterkere bloeddrukverlaging kan optreden.
- rifampicine, een antibioticum: het effect van bisoprolol zal iets korter aanhouden. Het is meestal niet nodig de dosering aan te passen.
- het effect van geneesmiddelen die het urinezuurgehalte in het bloed verlagen kan verzwakt worden als u tegelijkertijd Bisoprololfumaraat/hydrochloorthiazide gebruikt.
- glucocorticoïden zoals hydrocortison of dexamethason (tegen ontstekingen), ACTH (bij multiple sclerose of reumatoïde artritis), carbenoxolon (bij zweren in het spijsverteringskanaal), amfotericine B (antibioticum), furosemide (diureticum, of “plaspil”) of laxeermiddelen: er kan meer kaliumverlies optreden
- het effect van curare-achtige spierverslappers zoals tubocurarine kan toenemen of langer aanhouden als u tegelijkertijd Bisoprololfumaraat/hydrochloorthiazide gebruikt.
- cytostatica (bv. cyclofosfamide, fluorouracil, methotrexaat) die bij kanker gebruikt worden: een mogelijk gevolg is een toegenomen onderdrukking van de beenmergfunctie waardoor o.a. de vorming van bloedcellen verstoord kan raken
- cholestyramine, colestipol, die worden gebruikt bij een hoog cholesterolgehalte: deze geneesmiddelen verminderen de opname van hydrochloorthiazide door het lichaam.
- methyldopa, dat gebruikt wordt bij een hoge bloeddruk: in enkele gevallen is hemolyse gemeld (verhoogde bloedconcentratie van hemoglobine doordat het uit de rode bloedcellen vrijkomt) als gevolg van vorming van antilichamen tegen hydrochloorthiazide.
- mefloquine, dat gebruikt wordt bij malaria: er is een grotere kans op daling van de hartfrequentie
- cimetidine, dat gebruikt wordt bij zweren in het spijsverteringskanaal: het effect van Bisoprololfumaraat/hydrochloorthiazide PCH kan toenemen.
Indien mogelijk moet u Bisoprololfumaraat/hydrochloorthiazide PCH 's ochtends rond het ontbijt innemen.
rvg 33890-1 PIL 0713.8v.EV
BISOPROLOLFUMARAAT/HYDROCHLOORTHIAZIDE 5/12,5 MG PCH BISOPROLOLFUMARAAT/HYDROCHLOORTHIAZIDE 10/25 MG PCH filmomhulde tabletten
Zolang u met Bisoprololfumaraat/hydrochloorthiazide PCH behandeld wordt, moet u voldoende drinken en kaliumrijk voedsel eten (bv. bananen, groenten, noten) om het toegenomen kaliumverlies te compenseren.
Zwangerschap en borstvoeding
Bent u zwanger, denkt u zwanger te zijn, wilt u zwanger worden of geeft u borstvoeding? Neem dan contact op met uw arts of apotheker voordat u dit geneesmiddel gebruikt.
Raadpleeg uw arts als u zwanger bent of denkt dat u zwanger bent. Gewoonlijk zal uw arts u adviseren een ander middel te gebruiken in plaats van Bisoprololfumaraat/hydrochloorthiazide PCH, omdat Bisoprololfumaraat/hydrochloorthiazide PCH niet aanbevolen is tijdens de zwangerschap. Dit komt omdat Bisoprololfumaraat/hydrochloorthiazide PCH de placenta passeert en het gebruik na de derde maand van de zwangerschap kan mogelijk schadelijke foetale en neonatale bijwerkingen veroorzaken.
Vertel het uw arts als u borstvoeding geeft of wilt starten met borstvoeding geven. Bisoprololfumaraat/hydrochloorthiazide PCH is niet aanbevolen voor vrouwen die borstvoeding geven.
Rijvaardigheid en het gebruik van machines
Hoewel Bisoprololfumaraat/hydrochloorthiazide PCH meestal geen invloed heeft op de rijvaardigheid en het vermogen om machines te bedienen, moet u toch voorzichtig zijn bij deze activiteiten, vooral in het begin van de behandeling, als uw medicatie is veranderd of als u alcohol hebt gebruikt. Soms kan duizeligheid ontstaan door Bisoprololfumaraat/hydrochloorthiazide PCH.