Captopril/Hydrochloorthiazide CF 50/25 mg, tabletten

Captopril/Hydrochloorthiazide CF 50/25 mg, tabletten
Toelatingslandnl
VergunninghouderCentrafarm
ATC-codeC09BA01
Farmacologische groepenAce remmers, combinaties

Patiëntenbijsluiter

Wat is het en waarvoor wordt het gebruikt?

Geneesmiddelengroep

Captopril/Hydrochloorthiazide CF behoort tot de groep van bloeddrukverlagende geneesmiddelen. Het bevat twee werkzame bestanddelen: captopril en hydrochloorthiazide. Captopril behoort tot de groep van zogenaamde ACE-remmers. Hydrochloorthiazide behoort tot een bepaalde groep van plasmiddelen (diuretica), de zogenaamde thiazidediuretica. Beide bestanddelen hebben, elk op een verschillende manier, een bloeddrukverlagende werking.

Toepassing van het geneesmiddel

Captopril/Hydrochloorthiazide CF wordt gebruikt bij hoge bloeddruk zonder duidelijke oorzaak (essentiële hypertensie) als een behandeling met alleen captopril of alleen het plasmiddel hydrochloorthiazide onvoldoende is.

Wat moet u weten voordat u het gebruikt?

Wanneer mag u dit middel niet gebruiken?
  • Als u overgevoelig bent voor captopril of andere ACE-remmers, voor thiazidediuretica of andere stoffen die behoren tot de groep van de zogenaamde sulfonamide-verbindingen (zoals co-trimoxazol en sulfasalazine) of de hulpstoffen.
  • Als u in verband met het gebruik van bepaalde bloeddrukverlagende middelen (ACE-remmers) ooit heeft geleden aan een overgevoeligheidsreactie in de vorm van een plotseling optredende vochtophoping in de huid en slijmvliezen (bijvoorbeeld keel of tong), ademhalingsmoeilijkheden en/of jeuk en huiduitslag (angioneurotisch oedeem).
  • Als u lijdt aan een (erfelijke) ziekte die gepaard gaat met vochtophoping in de ledematen en buikpijn (erfelijk/idiopathisch angioneurotisch oedeem).
  • Als u een ernstig verminderde nierfunctie (nierinsufficiëntie) heeft.
  • Als u een ernstig verminderde leverfunctie heeft
  • Als u meer dan 3 maanden zwanger bent. (Het is ook beter om dit middel niet te gebruiken aan het begin van de zwangerschap – zie ook ‘zwangerschap’).
Wanneer moet u extra voorzichtig zijn met dit middel?
  • Als u andere plasmiddelen gebruikt, een zoutarm dieet volgt, hemodialyse hebt ondergaan (zuiveren van het bloed met behulp van een “kunstnier”) of last hebt van diarree of braken. Captopril kan dan zorgen voor een te sterke daling van de bloeddruk.
  • Als uw hart te weinig bloed krijgt vanwege verstopte vaten (ischemische cardiovasculaire aandoeningen) of als u last heeft van slechte bloedvaten naar de hersenen (cerebrovasculaire aandoeningen). Captopril kan een sterke bloeddrukdaling veroorzaken en dat verhoogt in die gevallen het risico op een hart- of herseninfarct.
  • Als u last hebt van verstopte bloedvaten naar de nier(en). Captopril verhoogt het risico op te lage bloeddruk (hypotensie) en nierfunctieverlies. De behandeling met captopril/hydrochloorthiazide dient dan te worden gestart met lage doseringen en bewaking van de nierfunctie.
  • Omdat captopril, met name in de eerste twee weken van de behandeling, plotselinge vochtophoping in de huid en slijmvliezen (bijvoorbeeld keel of tong) met ademhalingsmoeilijkheden en/of jeuk en huiduitslag (angioneurotisch oedeem) kan veroorzaken. In zeldzame gevallen kan echter een ernstige vorm na langdurig gebruik optreden. Neem direct contact op met uw arts indien u last krijgt van deze bijwerking; angioneurotisch oedeem kan levensbedreigend zijn. U dient ook een arts te waarschuwen als u buikpijn heeft. Buikpijn kan een uiting zijn van opzwelling in de darmen (intestinaal angio- oedeem). Als u een donkere huidskleur heeft, heeft u meer kans op dergelijke opzwellingen.
  • Omdat captopril prikkelhoest kan veroorzaken. Deze hoest verdwijnt als u stopt met de behandeling.
  • Omdat captopril in zeldzame gevallen ernstig leverfalen heeft veroorzaakt. Als u last krijgt van geelzucht dient u onmiddellijk uw arts te waarschuwen, dient de behandeling te worden gestopt en de leverfunctie te worden getest.
  • Omdat captopril de hoeveelheid kalium in het bloed kan verhogen (hyperkaliëmie). De kans hierop is groter als u last heeft van een verminderde nierfunctie, suikerziekte of als u bepaalde plasmiddelen (kaliumsparende diuretica) of extra kalium gebruikt; het is verstandig dan regelmatig de hoeveelheid kalium in uw bloed te laten controleren.
  • Als u last heeft van blokkering van de bloedstroom vanuit het hart (door bijvoorbeeld problemen met de hartkleppen). In ernstige gevallen, zoals bij cardiogene shock (zeer ernstige bloeddrukdaling met bewustzijnsverlies door ernstige hartproblemen) of een ernstige blokkering van de bloedsomloop, dient captopril/hydrochloorthiazide niet te worden gebruikt.
  • Omdat captopril een ernstige daling van het aantal witte bloedcellen/niet-specifieke afweercellen (neutropenie/agranulocytose) met als gevolg een verhoogde kans op ernstige infecties kan veroorzaken. De kans hierop is groter als u last hebt van een collageenziekte (zoals sclerodermie) of als u behandeld wordt met geneesmiddelen die de afweer onderdrukken, allopurinol (gebruikt bij jicht) of procaïnamide (bij hartritmestoornissen), vooral als u tevens last heeft van een verminderde nierfunctie. Om dit te voorkomen zal uw arts regelmatig het aantal witte bloedcellen laten bepalen; als de hoeveelheid witte bloedcellen te laag is dient u direct het gebruik van captopril/hydrochloorthiazide en andere gelijktijdig gebruikte geneesmiddelen te stoppen.
  • Als u een zogenaamde desensibilisatiekuur (een behandeling waarbij de overgevoeligheid voor een bepaalde stof wordt verminderd door deze stof in hele lage hoeveelheden toe te dienen, waarbij bij iedere nieuwe toediening de hoeveelheid iets wordt verhoogd) krijgt; in zeldzame gevallen zijn bij patiënten die tegelijkertijd captopril gebruikten levensbedreigende overgevoeligheidsreacties opgetreden, die kunnen worden voorkomen door captopril/hydrochloorthiazide tijdelijk niet te gebruiken.
  • Als u last heeft van een nieraandoening. Uw arts zal regelmatig de werking van de nieren controleren en de aanwezigheid van eiwitten in uw urine bepalen vóór de behandeling met captopril gestart wordt.
  • Als u dialyse ondergaat om uw bloed te zuiveren van afvalstoffen (hemodialyse) of vetten (LDL- aferese) waarbij gebruik wordt gemaakt van een high flux membraan; bij gebruik van captopril bestaat de kans op een ernstige overgevoeligheidsreactie waarbij het hele lichaam is betrokken (anafylactische reactie). Om dit te voorkomen dient óf een ander membraan of een ander bloeddrukverlagend geneesmiddel te worden gebruikt.
  • Als u een grote operatie moet ondergaan of onder narcose wordt gebracht met narcosemiddelen die de bloeddruk verlagen; er kan dan een te lage bloeddruk ontstaan.
  • Als u lijdt aan suikerziekte en wordt behandeld met insuline of bloedglucose verlagende middelen in de vorm van tabletten; het kan dan noodzakelijk zijn de dosering aan te passen (zie ook rubriek 3, Hoe gebruikt u dit middel?).
  • Als u last heeft van verminderde nierfunctie; de hoeveelheid hydrochloorthiazide kan dan te hoog worden en de nierfunctie kan nog verder verminderen. Als dit het geval is kan het noodzakelijk zijn de behandeling met het middel te stoppen.
  • Als u last heeft van verminderde leverfunctie; zelfs kleine veranderingen in de vochthuishouding kunnen levercoma (bewustzijnsverlies door hersenbeschadiging door afvalstoffen van de lever) veroorzaken.
  • Omdat hydrochloorthiazide de glucosehuishouding kan beïnvloeden; verborgen suikerziekte kan merkbaar worden en bij bestaande suikerziekte kan het noodzakelijk zijn de patiënt opnieuw in te stellen.
  • Omdat hydrochloorthiazide het vet- en cholesterolgehalte in het bloed kan verhogen.
  • Omdat hydrochloorthiazide de hoeveelheid urinezuur in het bloed kan verhogen hetgeen aanvallen van acute jicht kan veroorzaken.
  • Omdat hydrochloorthiazide de vochthuishouding van het lichaam kan verstoren; verschijnselen hiervan zijn: droge mond; dorst; slap gevoel; vermoeidheid; rusteloosheid; spierpijn, -kramp of - zwakte; te lage bloeddruk; te lage productie van urine; hartkloppingen; misselijkheid; braken.
  • Omdat hydrochloorthiazide een te lage hoeveelheid kalium in het bloed kan veroorzaken, hoewel de kans hierop kleiner is omdat hydrochloorthiazide is gecombineerd met captopril. Patiënten met levercirrose (ernstige leverziekte gekenmerkt door een blijvende aantasting van het leverweefsel), die plotseling veel vocht uitscheiden met de urine, die te weinig zouten innemen, die worden behandeld met hormoonachtige ontstekingsremmers (corticosteroïden) of het hormoon ACTH hebben de meeste kans op deze bijwerking.
  • Omdat hydrochloorthiazide de uitscheiding van calcium door de nieren kan verminderen
  • Omdat hydrochloorthiazide de uitscheiding van magnesium door de nieren verhoogt, wat kan leiden tot een te laag gehalte van magnesium in het bloed (hypomagnesiëmie).
  • Als u een dopingtest moet ondergaan; hydrochloorthiazide kan een positieve uitslag veroorzaken.
  • Omdat hydrochloorthiazide overgevoeligheidsreacties kan veroorzaken en verergering of activering van de huidziekte lupus erythematodus kan veroorzaken.
  • Vertel het uw arts als u denkt dat u zwanger bent of als u zwanger wilt worden. Het gebruik van dit middel wordt niet aanbevolen tijdens het begin van de zwangerschap. Het middel moet niet gebruikt worden als u meer dan 3 maanden zwanger bent, omdat het ernstige nadelige effecten voor de baby kan hebben als u het in deze periode gebruikt (zie ook ‘zwangerschap’)..
  • Als u lithium (geneesmiddel bij onder andere manische depressiviteit) gebruikt; de combinatie ervan met captopril/hydrochloorthiazide wordt afgeraden omdat de giftigheid van lithium erdoor wordt versterkt.
  • Als u een donkere huidskleur heeft. Het kan zijn dat captopril/hydrochloorthiazide dan minder goed werkt.
Kinderen

Het gebruik van dit geneesmiddel bij kinderen wordt niet aanbevolen (zie rubriek 3, Hoe gebruikt u dit middel? onder Kinderen).

Gebruikt u nog andere geneesmiddelen?

Gebruikt u naast Captopril/Hydrochloorthiazide CF nog andere geneesmiddelen, of heeft u dat kort geleden gedaan of bestaat de mogelijkheid dat u in de nabije toekomst andere geneesmiddelen gaat gebruiken? Vertel dat dan uw arts of apotheker.

Bij gelijktijdig gebruik van de volgende stoffen met captopril/hydrochloorthiazide kan wederzijdse beïnvloeding optreden:

  • Kaliumsparende diuretica (plasmiddelen die de uitscheiding van kalium door de nieren verminderen): gelijktijdige toediening van kaliumsparende diuretica met captopril kan leiden tot gevaarlijk hoge concentraties van kalium in het bloed. Als aangetoond is dat deze combinatie noodzakelijk is, dient de concentratie van kalium in het bloed regelmatig te worden gecontroleerd.
  • Thiazide- of lisdiuretica (plasmiddelen zoals hydrochloorthiazide of furosemide): als u al behandeld werd met deze plasmiddelen wanneer de behandeling met captopril/hydrochloorthiazide gestart wordt, kan een te sterke daling van de bloeddruk optreden. Dit kan worden voorkómen door de behandeling met het eerste plasmiddel te stoppen of te beginnen met een lage dosis captopril of de vocht- of zoutinname te verhogen.
  • Andere bloeddrukverlagende middelen (bèta-blokker, alfa-blokkers en bepaalde calciumantagonisten) en middelen tegen hartkramp (nitroglycerine en andere nitraten); de bloeddrukverlagende werking van captopril/hydrochloorthiazide kan worden versterkt.
  • Captopril kan veilig gebruikt worden met middelen bij een acuut hartinfarct. Captopril kan gelijktijdig gebruikt worden met geneesmiddelen die het samenklonteren van bloedplaatjes tegengaan (acetylsalicylzuur), middelen die bloedstolsels oplossen (trombolytica), andere bètablokkers en/of middelen tegen pijn op de borst (nitroglycerine of andere nitraten) bij patiënten met een hartinfarct.
  • Tricyclische antidepressiva (bepaalde geneesmiddelen tegen depressie zoals amitryptiline en clomipramine) of middelen tegen psychosen: het bloeddrukverlagend effect, dat een bijwerking is van deze geneesmiddelen, kan door captopril worden versterkt; tevens kan duizeligheid door plotselinge bloeddrukdaling bij snel opstaan uit zittende of liggende houding optreden.
  • Allopurinol (middel tegen jicht), procaïnamide (geneesmiddel bij hartritmestoornissen), middelen tegen kanker (cytostatica) en middelen die het afweersysteem onderdrukken (immunosuppressiva): gelijktijdig gebruik van deze middelen met captopril kan het risico op leukopenie (ernstig tekort aan witte bloedcellen met als gevolg een ernstige vermindering van het afweersysteem) verhogen, vooral als captopril in hogere dan de gebruikelijke doseringen wordt toegediend (zie ook de rubriek Wees extra voorzichtig met captopril/hydrochloorthiazide hierboven).
  • Sympathicomimetica (bepaalde geneesmiddelen die de werking van adrenaline nabootsen), zoals xylomethazoline (middel bij verstopte neus) en salbutamol (middel bij benauwdheid): deze middelen kunnen de bloeddrukverlagende werking van captopril/hydrochloorthiazide verminderen. Als u deze middelen gelijktijdig gebruikt dient uw arts uw bloeddruk extra zorgvuldig in de gaten te houden.
  • Bloedglucose verlagende middelen in de vorm van insuline of tabletten: in zeer zeldzame gevallen kan captopril de werking van deze middelen versterken. In dat geval kan het nodig zijn de dosering van de bloedglucose verlagende middelen te verlagen.
  • Amfotericine B (middel tegen schimmelinfecties), ontstekingsremmende hormoonachtige stoffen (corticosteroïden), het hormoon ACTH, carbenoxolon (middel gebruikt ter bescherming van het maagslijmvlies) en middelen die de stoelgang bevorderen (laxantia, zoals bisacodyl): deze middelen kunnen de vochthuishouding in het lichaam verstoren en hydrochloorthiazide kan deze verstorende werking versterken.
  • Calciumsupplementen: doordat hydrochloorthiazide de uitscheiding door de nier van calcium verminderd kan bij gecombineerd gebruik de calciumconcentratie in het bloed te hoog worden.
  • Hartglycosiden (middelen die de werking van het hart versterken): doordat hydrochloorthiazide de kaliumconcentratie in het bloed verlaagt kunnen bij combinatie sommige bijwerkingen van de hartglycosiden worden versterkt.
  • Colestyramine en colestipol (middelen bij te hoog cholesterolgehalte): bij gelijktijdige inname kunnen deze middelen de opname van hydrochloorthiazide door het lichaam verminderen. Captopril/hydrochloorthiazide moet u daarom minstens 1 uur vóór of 4-6 uur na de inname van deze middelen innemen.
  • Bepaalde spierverslappers die bij operaties worden gebruikt (niet-depolariserende spierverslappers, zoals tubocurarinechloride): de werking van deze middelen kan worden versterkt door hydrochloorthiazide.
  • Bepaalde geneesmiddelen die als bijwerking afwijkingen van de prikkelgeleiding in het hart (torsades de pointes) kunnen veroorzaken, zoals bijvoorbeeld sommige middelen tegen hartritmestoornissen en middelen tegen psychosen: doordat hydrochloorthiazide de hoeveelheid kalium in het bloed verlaagt is de kans op deze bijwerking op het hart verhoogd bij gelijktijdig gebruik.
  • Lithium: captopril kan de concentratie in het bloed en giftigheid van lithium verhogen en hydrochloorthiazide kan dit effect versterken. Daarom wordt gelijktijdig gebruik van lithium met captopril/hydrochloorthiazide afgeraden. Indien de combinatie noodzakelijk is dient de concentratie van lithium in het bloed zorgvuldig te worden gecontroleerd.
  • Niet-hormoonachtige ontstekingsremmers (zoals acetylsalicylzuur, ibuprofen, naproxen): het kaliumverhogend effect van deze middelen en van captopril kan wederzijds versterkt worden waardoor de nierfunctie kan verminderen. Bij patiënten met verminderde nierfunctie en ouderen kan in zeldzame gevallen acuut nierfalen ontstaan (plotselinge, zeer ernstige vermindering van de nierfunctie waardoor afvalstoffen zich in het lichaam ophopen).
  • Carmamazepine: bij gelijktijdig gebruik kan het gebeuren dat er te weinig natrium in het bloed is (hyponatriëmie).
  • De werking van captopril/hydrochloorthiazide kan door gelijktijdig gebruik van ontstekingsremmende pijnstillers (zogenaamde NSAID’s, zoals acetylsalicylzuur, diclofenac, ibuprofen) verminderen.
Zwangerschap en borstvoeding Zwangerschap

Vertel het uw arts als u denkt dat u zwanger bent of als u zwanger wilt worden. Gewoonlijk zal uw arts u adviseren te stoppen met het gebruik van dit middel voordat u zwanger wordt of zodra u weet dat u zwanger bent en in plaats daarvan een ander geneesmiddel voorschrijven. Dit middel wordt niet aanbevolen voor gebruik tijdens het begin van de zwangerschap. Het middel moet niet gebruikt worden als u meer dan 3 maanden zwanger bent, omdat het ernstige nadelige effecten voor de baby kan hebben als u het in die periode gebruikt.

Borstvoeding

Vertel het uw arts als u borstvoeding geeft of hiermee wilt beginnen. Dit middel wordt afgeraden voor moeders die borstvoeding geven.

Rijvaardigheid en het gebruik van machines

Zoals andere bloeddrukverlagende middelen kan captopril/hydrochloorthiazide de rijvaardigheid en het vermogen machines te bedienen verminderen, bijvoorbeeld in het begin van de behandeling, bij aanpassing van de dosering of bij gelijktijdig gebruik van alcohol.

Captopril/Hydrochloorthiazide CF 50/25 mg bevat lactose.

Indien uw arts u heeft meegedeeld dat u bepaalde suikers niet verdraagt, neem dan contact op met uw arts voordat u dit geneesmiddel inneemt.

Hoe wordt het gebruikt?

Volg onderstaande instructies op, tenzij uw arts anders heeft aangegeven. Raadpleeg in geval van twijfel altijd uw arts.

De maximale dosis van 50 mg captopril/25 mg hydrochloorthiazide dient niet te worden overschreden.

Volwassenen

De gebruikelijke dosering is 50 mg captopril en 25 mg hydrochloorthiazide per dag als eenmalige dosis (1 hele tablet per dag) of als twee gedeelde doses (2 halve tabletten per dag). De maximale dosering is 1 tablet per dag, aangezien 2 tabletten per dag namelijk zal leiden tot overschrijding van de maximale dosis per dag (zie boven).

Patiënten met een verminderde nierfunctie

Bij een matig verminderde nierfunctie is de begindosering eenmaal daags 25 mg captopril en 12,5 mg hydrochloorthiazide (1 halve tablet per dag), ’s morgens in te nemen. Bij ernstig verminderde nierfunctie dient Captopril/Hydrochloorthiazide CF niet te worden toegepast (zie ook rubriek 2 onder Wanneer mag u dit middel niet gebruiken?).

Bijzondere patiënten

Bij patiënten die een zoutarm dieet volgen (patiënten met zout- en volumedepletie), ouderen en patiënten met suikerziekte is de begindosering gewoonlijk eenmaal daags 25 mg captopril en 12,5 mg hydrochloorthiazide (1 halve tablet Captopril/Hydrochloorthiazide CF per dag).

Kinderen

De veiligheid en effectiviteit van gebruik van de combinatie captopril/hydrochloorthiazide bij kinderen is niet vastgesteld.

Toediening

De tablet innemen met een ruime hoeveelheid vloeistof, bijvoorbeeld een glas water, al of niet tijdens de maaltijd. De tabletten kunnen langs de breukstreep in tweeën worden gedeeld.

Krijgt u veel last van één van de bijwerkingen? Of krijgt u een bijwerking die niet in deze bijsluiter staat? Neem dan contact op met uw arts of apotheker.

Heeft u te veel van dit middel ingenomen?

De verschijnselen van overdosering zijn: verhoogde urineproductie, verstoring van de vochthuishouding van het lichaam (elektrolytenbalans), ernstig verlaagde bloeddruk, bewustzijnsverlies of coma, stuiptrekkingen, lichte verlamming (parese), onregelmatig kloppend hart (hartaritmieën), vertraagde hartslag, ernstig nierfunctieverlies.

Als het moment van inname minder dan een half uur geleden is dienen maatregelen genomen te worden om de absorptie te verminderen (maagspoelen, toedienen van actieve kool en natriumsulfaat) en uitscheiding te versnellen. Als de bloeddruk sterk afneemt dient de patiënt in liggende houding te worden geplaatst en zo snel mogelijk fysiologisch zout te worden toegediend.

Wanneer u teveel captopril/hydrochloorthiazide heeft ingenomen, neem dan onmiddellijk contact op met uw arts of apotheker.

Bent u vergeten dit middel in te nemen?

Als u vergeten bent uw tablet in te nemen en er zijn niet meer dan 12 uur verstreken dan kunt u alsnog de tablet innemen. Als er meer dan 12 uur verstreken zijn moet u de vergeten tablet niet meer innemen, maar wachten tot het eerstvolgende normale tijdstip van innemen.

Neem geen dubbele dosis om een vergeten dosis in te halen.

Als u stopt met het gebruik van dit middel

Uw arts heeft aangegeven hoe lang u captopril/hydrochloorthiazide moet gebruiken. Stop de behandeling niet voortijdig zonder met uw arts te overleggen. Als u in één keer stopt met captopril/hydrochloorthiazide zult u geen ontwenningsverschijnselen krijgen. Echter, de beoogde bloeddrukverlaging treedt niet meer op.

Wat zijn mogelijke bijwerkingen?

Zoals elk geneesmiddel kan ook dit geneesmiddel bijwerkingen hebben, al krijgt niet iedereen daarmee te maken.

Bijwerkingen veroorzaakt door captopril

Bloed- en lymfestelselaandoeningen

Zeer zelden : ernstige afname van het aantal rode en witte bloedcellen en bloedplaatjes met als gevolg vermoeidheid, verhoogde gevoeligheid voor infecties en bloedingen (pancytopenie); ernstige afname van de niet-specifieke afweercellen met als gevolg verhoogde gevoeligheid voor bepaalde infecties (agranulocytose); ernstige afname van een bepaalde soort niet-specifieke afweercellen met als gevolg verhoogde gevoeligheid voor bepaalde infecties (neutropenie); afname van het aantal rode bloedcellen met als gevolg vermoeidheid (anemie); afname van het aantal bloedplaatjes met als gevolg verhoogde neiging tot bloeden (trombocytopenie); aandoening van de lymfklieren (lymfadenopatie); toename van een bepaald soort witte bloedcellen die een rol spelen bij allergische reacties (eosinofilie); aandoeningen waarbij afweercellen lichaamseigen weefsel aanvallen (auto- immuunziekten).

Voedings- en stofwisselingsstoornissen

  • Zelden : sterk afgenomen eetlust met als gevolg sterke vermagering (anorexie).
  • Zeer zelden : te hoog kaliumgehalte van het bloed (hyperkaliëmie); te laag glucosegehalte van het

bloed (hypoglykemie, zie rubriek 2 onder Wanneer moet u extra voorzichtig zijn met dit middel?).

Psychische stoornissen

  • Vaak : slaapstoornissen.
  • Zeer zelden : verwardheid; depressie.

Zenuwstelselaandoeningen

Vaak : aantasting van het smaakgevoel; duizeligheid.
  • Zelden : slaperigheid; hoofdpijn; spontane tintelingen in armen of benen (paresthesieën).
  • Zeer zelden : beroerte/herseninfarct, ook wel attack of hersenbloeding genoemd (cerebrovasculair

accident).

Oogaandoeningen

Zeer zelden : wazig zien.

Hartaandoeningen

Soms : versnelde hartslag (tachycardie) of versnelde onregelmatige hartslag (tachyaritmieën); pijn op de borst door zuurstoftekort in de hartspier (angina pectoris); hartkloppingen (palpitaties).

Bijwerkingen veroorzaakt door hydrochloorthiazide

Infecties en parasitaire aandoeningenSpeekselklierontsteking.

Bloed- en lymfestelselaandoeningen

  • Ernstige afname van het aantal witte bloedcellen met als gevolg verhoogde kans op infecties (leukopenie); ernstige afname van de niet-specifieke afweercellen met als gevolg verhoogde gevoeligheid voor bepaalde infecties (agranulocytose); ernstige afname van een bepaalde soort niet- specifieke afweercellen met als gevolg een verhoogde kans op ernstige infecties (neutropenie); afname van het aantal rode bloedcellen met als gevolg vermoeidheid (anemie); afname van het aantal bloedplaatjes met als gevolg verhoogde neiging tot bloeden (trombocytopenie); onderdrukking van de productie van bloedcellen door het rode beenmerg (beenmergdepressie).

Voedings- en stofwisselingsstoornissen

  • Sterk afgenomen eetlust met als gevolg sterke vermagering (anorexie); te hoog glucosegehalte van het bloed (hyperglykemie); glucose in de urine (glucosurie); te hoog gehalte aan urinezuur in het bloed (hyperurikemie); verstoring van de vochthuishouding in het lichaam; verhoging van de hoeveelheid cholesterol en vetten in het bloed.

Psychische stoornissen

Rusteloosheid; ernstige neerslachtigheid (depressie); slaapstoornissen.

Zenuwstelselaandoeningen

Verlies van eetlust; spontane tintelende gevoelens (paresthesieën); licht gevoel in het hoofd.

Oogaandoeningen

  • Stoornis in het waarnemen van kleuren, waarbij alles een gele verkleuring heeft (xanthopsie); voorbijgaand wazig zien.

Evenwichtsorgaan- en ooraandoeningenDuizeligheid.

Hartaandoeningen

  • Te lage bloeddruk waardoor duizeligheid bij plotseling opstaan uit zittende of liggende houding kan optreden (orthostatische hypotensie); onregelmatig kloppen van het hart (hartaritmieën).

Bloedvataandoeningen

Ontsteking van de bloedvaten met verschijnselen van afsterven van weefsel (necrotiserende angiïtis).

Ademhalingsstelsel-, borstkas- en mediastinumstoornissenLongontsteking; longoedeem.

Maagdarmstelselaandoeningen

  • Maagirritatie; diarree; verstopping; ontsteking van de alvleesklier gepaard gaande met heftige pijn in de bovenbuik uitstralend naar de rug en misselijkheid en braken.

Lever- en galaandoeningen

  • Gele verkleuring van huid en ogen door verstopping van de galwegen (intrahepatische cholestatische icterus).

Huid- en onderhuidaandoeningen

Lichtovergevoeligheid; vluchtige huiduitslag (rash); ontstekingachtige huidafwijkingen (lupus erythematosus-achtige huidreacties); heractiveren van lupus erythematosis (ontstekingachtige huidziekte); huiduitslag met galbulten en jeuk; ernstige overgevoeligheidsreacties van het hele lichaam (anafylactische reacties); ernstige, plotselinge overgevoeligheidsreactie met koorts en blaren op de huid (toxische epidermale necrolyse).

Skeletspierstelsel- en bindweefselaandoeningenSpierspasme.

Nier- en urinewegaandoeningen

Nierfunctiestoornissen; ontsteking van het nierweefsel (interstitiële nefritis).

Algemene aandoeningen en toedieningsplaatsstoornissenKoorts; zwakte.

Krijgt u veel last van een van de bijwerkingen? Of krijgt u een bijwerking die niet in deze bijsluiter staat? Neem dan contact op met uw arts of apotheker.

Hoe moet het worden bewaard?

Buiten het zicht en bereik van kinderen houden.

Bewaren beneden 25ºC.

Gebruik dit geneesmiddel niet meer na de uiterste houdbaarheidsdatum. Die is te vinden op de doos en de blisterverpakking na “Niet te gebruiken na” of "EXP". Daar staat een maand en een jaar. De laatste dag van die maand is de uiterste houdbaarheidsdatum.

Spoel geneesmiddelen niet door de gootsteen of de WC en gooi ze niet in de vuilnisbak. Vraag uw apotheker wat u met geneesmiddelen moet doen die u niet meer gebruikt. Ze worden dan op een verantwoorde manier vernietigd en komen niet in het milieu terecht.

Verdere informatie

Welke stoffen zitten er in dit middel?

De werkzame stoffen in dit middel zijn captopril en hydrochloorthiazide; één tablet bevat 50 mg captopril en 25 mg hydrochloorthiazide.

De andere stoffen in dit middel zijn microkristallijne cellulose, lactosemonohydraat, magnesiumstearaat, gepregelatineerd maïszetmeel en stearinezuur.

Hoe ziet Captopril/Hydrochloorthiazide CF eruit en hoeveel zit er in een verpakking?

Captopril/Hydrochloorthiazide CF, tabletten zijn witte, ronde tabletten met afgeronde randen (convex). De tabletten hebben een diameter van 11 mm en een breukgleuf aan beide zijden, doorlopend op de zijkanten.

Captopril/Hydrochloorthiazide CF, tabletten zijn verpakt in een blisterverpakking in een kartonnen buitenverpakking van 30, 60, 90, 100, 500 of 1.000 tabletten per verpakking.

Niet alle genoemde verpakkingsgrootten worden in de handel gebracht.

Houder van de vergunning voor het in de handel brengen en fabrikant

Vergunninghouder Centrafarm B.V. Nieuwe Donk 3 4879 AC Etten-Leur Nederland

Fabrikant

Centrafarm Services B.V.

Nieuwe Donk 9

4879 AC Etten-Leur

Nederland

Actavis hf.

Reykjavíkurvegi 78

IS-222 Hafnarfjörður

IJsland

Actavis Ltd.

BT 16 Bulebel Industrial Estate

Zejtun

Malta

In het register ingeschreven onder

RVG 25939 Captopril/Hydrochloorthiazide CF 50/25 mg, tabletten

Deze bijsluiter is goedgekeurd in oktober 2012.

Laatst bijgewerkt op 24.08.2022


Logo

Uw persoonlijke medicatie-assistent

Medicijnen

Blader hier door onze uitgebreide database van A-Z medicijnen, met effecten, bijwerkingen en doseringen.

Stoffen

Alle actieve ingrediënten met hun werking, toepassing en bijwerkingen, evenals de medicijnen waarin ze zijn opgenomen.

Ziekten

Symptomen, oorzaken en behandeling van veelvoorkomende ziekten en verwondingen.

De weergegeven inhoud vervangt niet de originele bijsluiter van het medicijn, vooral niet met betrekking tot de dosering en werking van de afzonderlijke producten. We kunnen geen aansprakelijkheid aanvaarden voor de nauwkeurigheid van de gegevens, omdat deze gedeeltelijk automatisch zijn omgezet. Raadpleeg altijd een arts voor diagnoses en andere gezondheidsvragen.

© medikamio