M131 Proposed PL (NL)
- Het werkzame bestanddeel is foscarnet-trinatrium-hexahydraat. Foscavir bevat per milliliter 24 mg (80 µmol/ml) van dit werkzame bestanddeel.
- De andere bestanddelen zijn zoutzuur (E507) en water.
Hoe ziet Foscavir eruit en wat is de inhoud van de verpakking
Foscavir is een heldere, kleurloze vloeistof.
Verpakking met 1 glazen fles à 250 ml.
Houder van de vergunning voor het in de handel brengen en fabrikant
Houder van de vergunning | Fabrikant |
Clinigen Healthcare Ltd. | Fresenius Kabi Austria GmbH |
Pitcairn House, First Avenue | Hafnerstraße 36 |
Burton-on-Trent, Staffordshire | A-8055 Graz |
DE14 2WW, Het UK | Austria |
Telefoonnummer: +44 1283 494340 | Tel +43 3162490 |
Inschrijving:
Foscavir is ingeschreven in het register onder RVG 13057.
Deze bijsluiter is voor de laatste keer goedgekeurd in december 2012.
------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
De volgende informatie over Foscavir is alleen bestemd voor artsen of andere beroepsbeoefenaren in de gezondheidszorg:
Algemeen
Voor de volledige informatie voor wat betreft: zwangerschap en borstvoeding, beïnvloeding van de rijvaardigheid en van het vermogen om machines te bedienen, bijwerkingen, overdosering, farmacodynamische eigenschappen en farmacokinetische gegevens, houdbaarheid, gebruiksaanwijzing en verwerkingsinstructies: raadpleeg de SPC-tekst. Deze tekst is op te vragen bij Clinigen Healthcare Ltd., tel. + 44 1283 494340.
M131 Proposed PL (NL)
KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING
1 ml bevat 24 mg (80 µmol/ml) foscarnet-trinatrium-hexahydraat.
KLINISCHE GEGEVENS
Therapeutische indicaties
- Inductie- en onderhoudsbehandeling can cytomegalovirus (CMV) viremie en CMV-ziekte bij patiënten met een hematopoietische stamceltransplantatie (HST).
- Inductie- en onderhoudsbehandeling van CMV-retinitis bij patiënten met AIDS.
- Inductiebehandeling van CMV-infecties in het hoge en lage maagdarmkanaal bij patiënten met AIDS.
- Inductiebehandeling van aciclovir-resistente mucocutane Herpes simplex virus (HSV) infecties bij patiënten met AIDS.
Dosering en wijze van toediening
Wijze van toediening
Foscavir moet intraveneus worden toegediend ofwel door een centraal-veneuze lijn of direct in een perifere ader.
Wanneer het infuus wordt gegeven via een centraal-veneuze lijn kan de foscarnet 24 mg/ml oplossing worden gebruikt. Verdunning met 5% glucose- of fysiologisch zoutoplossing tot een concentratie van 12 mg/ml of minder wordt aanbevolen indien perifere aderen worden gebruikt.
Voor bereiding van een dergelijke verdunning zie de rubrieken 6.3 en 6.6 in de SPC. N.B. Foscavir dient niet te worden gegeven als snelle intraveneuze injectie.
Dosering bij volwassenen
Inductiebehandeling:
CMV-viremie bij HST-patiënten
Foscavir wordt minimaal 2 weken iedere 12 uur toegediend als een intermitterend infuus in een dosering van 60 mg per kg lichaamsgewicht bij patiënten met een normale nierfunctie. De dosering dient te worden aangepast bij patiënten met een verminderde nierfunctie (zie Tabel 1). De infusieduur dient niet korter te zijn dan één uur.
M131 Proposed PL (NL)
CMV-ziekte bij HST-patiënten
Foscavir wordt minimaal 2 tot 3 weken, afhankelijk van de klinische respons, iedere 8 uur in een dosering van 60 mg per kg lichaamsgewicht of iedere 12 uur in een dosering van 90 mg per kg lichaamsgewicht toegediend als een intermitterend infuus bij patiënten met een normale nierfunctie. De dosering dient te worden aangepast bij patiënten met een verminderde nierfunctie (zie Tabel 1). De infusieduur dient niet korter te zijn dan twee uur bij tweemaal daagse toediening van 90 mg/kg of één uur bij driemaal daagse toediening van 60 mg/kg.
-
CMV-retinitis bij AIDS-patiënten Foscavir wordt gedurende 3 weken, afhankelijk van de klinische respons, iedere 8 uur toegediend als een intermitterend infuus in een dosering van 60 mg per kg lichaamsgewicht of iedere 12 uur toegediend als een intermitterend infuus in een dosering van 90 mg per kg lichaamsgewicht (bij normale nierfunctie). De dosering dient te worden aangepast bij patiënten met een verminderde nierfunctie (zie Tabel 1). De infusieduur dient niet korter te zijn dan twee uur bij tweemaal daagse toediening van 90 mg/kg of één uur bij driemaal daagse toediening van 60 mg/kg.
-
CMV-infecties in het hoge en lage maagdarmkanaal Foscavir wordt iedere 12 uur toegediend als een intermitterend infuus in een dosering van 90 mg per kg lichaamsgewicht (bij normale nierfunctie). In het algemeen treedt binnen 2-4 weken een remissie van de symptomen op. De dosering dient te worden aangepast bij patiënten met een verminderde nierfunctie (zie Tabel 1). De infusietijd dient niet korter te zijn dan twéé uur.
-
Aciclovir-resistente mucocutane Herpes simplex virusinfecties Foscavir wordt gedurende 2-3 weken, of tot de laesies geheeld zijn, iedere 8 uur toegediend als een intermitterend infuus in een dosering van 40 mg per kg lichaamsgewicht (bij normale nierfunctie). De dosering dient te worden aangepast bij patiënten met een verminderde nierfunctie (zie Tabel 1). De infusieduur dient niet korter te zijn dan één uur.
Regelmatige controle van de nierfunctie en eventueel aanpassen van de dosering wordt aanbevolen. Bij het optreden van recidieven kan de kuur worden herhaald.
| | | | M131 Proposed PL (NL) |
| | | Foscavir | | Bijsluiter |
Tabel 1: Foscavir dosering bij inductiebehandeling | | |
| Creatinine- | CMV-viremie | CMV-ziekte (HST) | CMV-ziekte (HST), | HSV-infectie |
| klaring | (HST) | en CMV- retinitis | CMV-retinitis | |
| | | (AIDS) | (AIDS) en CMV bij | |
| | | | MDK | |
| | Regime voor 60 mg/kg | Regime voor 90 | Regime voor 40 |
| | | | mg/kg | mg/kg |
| (ml/kg/min) | (mg/kg) | (mg/kg) | (mg/kg) |
> 1.4 | 60 ** | 60 *** | 90 ** | 40 *** |
>1.0 to ≤1.4 | 45 ** | 45 *** | 70 ** | 30 *** |
>0.8 to ≤1.0 | 35 ** | 35 *** | 50 ** | 20 *** |
>0.6 to ≤0.8 | 25 ** | 40 ** | 80 * | 25 ** |
>0.5 to ≤0.6 | 20 ** | 30 ** | 60 * | 20 ** |
>0.4 to ≤0.5 | 15 ** | 25 ** | 50 * | 15 ** |
< 0.4 | behandeling wordt | behandeling wordt | behandeling wordt | behandeling |
| | niet aanbevolen | niet aanbevolen | niet aanbevolen | wordt niet |
| | | | | aanbevolen |
* | per 24 uur (= | 1 dd) | | | |
** | per 12 uur (= 2 dd) | | | |
*** per 8 uur (= 3 dd) | | | |
MDK hoge en lage maagdarmkanaal | | | |
Onderhoudsbehandeling
De risico's van een onderhoudsbehandeling dienen tegen de voordelen ervan te worden afgewogen.
CMV-viremie bij HST-patiënten
Als onderhoudsbehandeling, in aansluiting op de inductiebehandeling voor CMV-viremie, wordt Foscavir 7 dagen per week toegediend, zolang behandeling geschikt wordt geacht. Bij patiënten met een normale nierfunctie bedraagt de onderhoudsdosering 90 mg per kg lichaamsgewicht. De dosering dient te worden aangepast bij patiënten met een verminderde nierfunctie (zie Tabel 2). De infusieduur dient niet korter te zijn dan twee uur.
M131 Proposed PL (NL)
Patiënten waarbij de infectie gedurende de onderhoudsbehandeling erger wordt mogen opnieuw behandeld worden met een inductiebehandeling.
CMV-ziekte bij HST-patiënten
Als onderhoudsbehandeling, in aansluiting op de inductiebehandeling voor CMV-ziekte, wordt Foscavir 7 dagen per week toegediend, zolang behandeling geschikt wordt geacht. Bij patiënten met een normale nierfunctie bedraagt de onderhoudsdosering 90-120 mg per kg lichaamsgewicht. De dosering dient te worden aangepast bij patiënten met een verminderde nierfunctie (zie Tabel 2). De infusieduur dient niet korter te zijn dan twee uur.
Patiënten waarbij de infectie gedurende de onderhoudsbehandeling erger wordt mogen opnieuw behandeld worden met een inductiebehandeling.
CMV-retinitis in AIDS-patiënten
Als onderhoudsbehandeling, in aansluiting op de inductiebehandeling voor CMV-retinitis, wordt Foscavir 7 dagen per week toegediend, zolang behandeling geschikt wordt geacht. Bij patiënten met een normale nierfunctie bedraagt de onderhoudsdosering 90 mg per kg, gegeven als een éénmaal daags infuus met een inlooptijd van 2 uur. Na herhaalde inductiebehandeling in verband met relapse, of bij progressie van de retinitis en indien de lagere dosering goed wordt verdragen, kan een dosering tot 120 mg/kg/dag worden overwogen. De dosering dient te worden aangepast bij patiënten met een verminderde nierfunctie (zie Tabel 2). De infusieduur dient niet korter te zijn dan twee uur.
Als tijdens onderhoudsbehandeling progressie van de retinitis optreedt kan een re-inductiekuur gegeven worden. Bij patiënten met moeilijk te behandelen recidiverende CMV-retinitis kan een behandeling met een combinatie van foscarnet en ganciclovir overwogen worden, rekening houdend met de verdraagbaarheid van de combinatie-therapie. In verband met fysische incompatibiliteit dienen foscarnet en ganciclovir echter niet te worden gemengd.
| | | | M131 Proposed PL (NL) |
| | Foscavir | | Bijsluiter |
Tabel 2: Foscavir dosering bij onderhoudsbehandeling | | |
Creatinineklaring | (mg/kg gedurende 2 uur) | | |
(ml/min/kg) | | | | |
> 1,4 | 90 | * | 120 * |
>1,0 tot ≤1,4 | 70 | * | 90 | * |
>0,8 tot ≤1,0 | 50 | * | 65 | * |
>0,6 tot ≤0,8 | 80 | # | 105 # |
>0,5 tot ≤0,6 | 60 | # | 80 | # |
>0,4 tot ≤0,5 | 50 | # | 65 | # |
< 0,4 | Behandeling wordt niet aanbevolen | Behandeling wordt niet aanbevolen |
* per 24 uur (= 1 dd) | | | | |
# per 48 uur | | | | |
Herhaalde behandeling van aciclovir-resistente Herpes simplex virusinfecties
Onderhoudsbehandeling met Foscavir tegen het optreden van redicief na behandeling van aciclovir- resistente HSV-infectie is nog onvoldoende onderzocht. Bij het optreden van een recidief dient te worden aangetoond dat het hier wederom een aciclovir-resistente stam betreft, het zij door onvoldoende effect op een adequate behandeling met aciclovir (5-10 mg/kg gedurende 10 dagen), het zij door in vitro testen.
Hydratie
Nefrotoxiciteit kan worden beperkt door adequate hydratie van de patiënt. Het wordt aanbevolen om 0,5 tot 1,0 liter fysiologisch zout per infuus toe te dienen vóór de eerste infusie van Foscavir en daarna per infusie van Foscavir 0,5 tot 1,0 liter fysiologisch zout toe te voegen als Foscavir intermitterend wordt gegeven.
Dosering bij dialysepatiënten
Foscavir wordt niet aanbevolen bij hemodialysepatiënten. De dosering bij deze patiënten staat niet vast.
Dosering bij pediatrische patiënten
De veiligheid en werkzaamheid van foscarnet bij kinderen is nog niet vastgesteld. Zie rubriek ‘Bijzondere waarschuwingen en voorzorgen bij gebruik’.
M131 Proposed PL (NL)
Contra-indicaties
- Overgevoeligheid voor het werkzaam bestanddeel foscarnet of voor één van de hulpstoffen.
- Ernstige nierinsufficiëntie.
- Gelijktijdig gebruik van intraveneus pentamidine (zie ook ‘interacties met andere geneesmiddelen en andere vormen van interactie’).
Bijzondere waarschuwingen en voorzorgen bij gebruik
Foscavir mag alleen worden voorgeschreven door terzake kundige specialisten.
Voorzichtigheid is geboden wanneer Foscavir wordt toegediend aan patiënten met een gestoorde nierfunctie (zie ook rubriek ‘Dosering en wijze van toediening’). Aangezien nierfunctiestoornissen op ieder tijdstip tijdens de behandeling met Foscavir kunnen ontstaan is nauwkeurige controle van het serumcreatinine noodzakelijk. Aanbevolen wordt het serumcreatinine om de dag te controleren tijdens inductiebehandeling en eenmaal per week gedurende de onderhoudsbehandeling. Adequate hydratie is noodzakelijk om de nierfunctiestoornissen zoveel mogelijk te beperken.
Aangezien foscarnet complexen vormt met twee-waardige metaalionen, zoals calcium, dient rekening te worden gehouden met het optreden van acute daling van het geïoniseerde calciumgehalte. Dit gaat niet altijd gepaard met een daling van het totale serum calciumgehalte. Elektrolyten, vooral calcium en magnesium, dienen gecontroleerd te worden voorafgaand aan en tijdens de behandeling met Foscavir. Deficiënties dienen gecorrigeerd te worden.
Foscavir wordt afgezet in de tanden, botweefsel en kraakbeen. Gegevens uit dierlijk onderzoek geven aan dat de afzetting groter is in jonge dieren. De veiligheid van Foscavir en het effect op de skeletontwikkeling zijn nog niet onderzocht bij kinderen.
Foscavir wordt in hoge concentraties uitgescheiden met de urine en kan samengaan met aanzienlijke irritatie van de genitalia en/of ulceratie. Ter voorkoming van irritatie en ulceratie wordt aanbevolen speciale aandacht te schenken aan persoonlijke hygiëne en de genitalia na elke mictie te reinigen.
Ervaring bij bejaarde patiënten is niet beschikbaar.
Er zijn slechts beperkte gegevens beschikbaar betreffende behandeling van CMV retinitis bij kinderen.
Indien Foscavir wordt toegediend voor CMV-viremie dient de patiënt zorgvuldig gemonitord te worden voor een orgaanspecifieke infectie. Indien symptomen van een infectie zich voordoen, dient de
M131 Proposed PL (NL)
dosis snel aangepast te worden zoals voor de behandeling van CMV-ziekte (zie rubriek 4.2) en de van toepassing zijnde maatregelen genomen te worden.
Interacties met andere geneesmiddelen en andere vormen van interactie
In het algemeen dient de combinatie met nefrotoxische middelen, zoals aminoglycosiden, amfotericine B, ciclosporine A, methotrexaat en tacrolimus, vermeden te worden. Gelijktijdig gebruik van nieuwe HIV-remmers (de proteaseremmers, ritonavir en saquinavir) en foscarnet geeft een verhoogde kans op nierfunctiestoornissen. Toegenomen vermindering van nierfunctie en hypocalciëmie zijn gerapporteerd na gelijktijdig gebruik van foscarnet en intraveneus pentamidine. Symptomatische hypocalciëmie bij gelijktijdig gebruik van foscarnet en pentamidine is gemeld.
Tijdens behandeling met foscarnet wordt gebruik van lisdiuretica ontraden.
Er is geen farmacokinetische interactie met zidovudine (AZT), ganciclovir, didanosine (ddI) of zalcitabine (ddC).
FARMACEUTISCHE GEGEVENS
Lijst van hulpstoffen
Zoutzuur (E507) en water voor injectie.
Gevallen van onverenigbaarheid
Verenigbaarheid met andere geneesmiddelen
Foscavir is niet verenigbaar met: een 30% glucose-oplossing, Ringer-acetaat, amfotericine B, aciclovir, ganciclovir, pentamidine, trimethoprim/sulfamethoxazol, vancomycine hydrochloride of oplossingen welke calcium bevatten. Het is aan te bevelen dat Foscavir niet gelijktijdig met andere geneesmiddelen via hetzelfde infuus worden toegediend totdat verdere ervaring is opgedaan.
Foscavir is wel verenigbaar met: natriumchloride 0,9%, glucose 5% en glucose 10%.
Houdbaarheid
Zonder opening van de verpakking: 3 jaar.
Indien verdunning van foscarnet niet onder strikt aseptische condities plaatsvindt, moet de houdbaarheid van de verdunning van uit microbiologisch oogpunt worden beperkt tot maximaal 12 uur bij kamertemperatuur (15-25°C), zie ook rubriek ‘Instructies voor gebruik en verwerking’.
M131 Proposed PL (NL)
Speciale voorzorgsmaatregelen bij bewaren
Bewaren beneden 30oC. Niet in de koelkast of vriezer bewaren.
Aard en inhoud van de verpakking
Verpakking van 1 glazen fles à 250 ml.
Speciale voorzorgsmaatregelen voor het verwijderen en andere instructies
Foscavir is een steriele, heldere en isotone infusievloeistof met een pH van 7.4.
Foscavir bevat geen conserveringsmiddel en wanneer de steriele afsluiting van een flacon eenmaal is verbroken dient de oplossing uit microbiologisch oogpunt binnen 24 uur te worden verbruikt. Zie ook de rubriek ‘Houdbaarheid’.
Individueel bereide doseringen van foscarnet kunnen door de ziekenhuisapotheek onder aseptische condities worden overgebracht in plastic infuuszakken. De fysisch-chemische stabiliteit van foscarnet en gelijke verdunning daarvan met fysiologisch zout of glucose 5% in PVC-zakken is 7 dagen. De mate van aseptische werkcondities en validatie van de gebruikte methodes bepalen de uiteindelijke microbiologische houdbaarheid van een dergelijke bereiding.
Indien foscarnet op de huid of in de ogen terecht komt, kan dit lokale irritatie en een branderig gevoel veroorzaken. In dat geval dient het betreffende gebied ruim gespoeld te worden met water.
DATUM VAN HERZIENING VAN DE TEKST
Laatste volledige herziening: