Zoals elk geneesmiddel kan ook dit geneesmiddel bijwerkingen hebben, al krijgt niet iedereen daarmee te maken. In enkele zeldzame gevallen is een ernstige allergische reactie spoedig na de injectie gemeld. Neem onmiddellijk contact op met een arts als u snel na de injectie een van de volgende kenmerken ervaart: plotseling optredende ademhalingsproblemen of piepende ademhaling, gezwollen mond, gezicht, handen of voeten, jeukende huid, flauwvallen, snelle pols, maagkrampen, misselijkheid, braken of diarree.
Soms kan zich een infectie van het inwendige deel van het oog voordoen tijdens de twee weken na behandeling met Macugen. De symptomen die u kunt ervaren, staan beschreven in rubriek 2 van deze bijsluiter (“Wat u moet weten voordat u Macugen gebruikt”). Lees rubriek 2. Daarin staat wat u moet doen als u deze symptomen ervaart.
De frequentie van hieronder vermelde mogelijke bijwerkingen wordt gedefinieerd volgens de volgende conventie:
zeer vaak (komt voor bij meer dan 1 op de 10 gebruikers) vaak (komt voor bij 1 tot 10 op de 100 gebruikers)
soms (komt voor bij 1 tot 10 op de 1000 gebruikers) zelden (komt voor bij 1 tot 10 op de 10.000 gebruikers)
zeer zelden (komt voor bij minder dan 1 op de 10.000 gebruikers)
Zeer vaak vermelde bijwerkingen worden hoogst waarschijnlijk veroorzaakt door de injectieprocedure, eerder dan door het geneesmiddel, en zijn: oogontsteking, oogpijn, verhoogde druk in het oog, kleine vlekken op het oogoppervlak (keratitis punctata), kleine partikels of stipjes in uw zicht (zwevers of troebelingen in het glasvocht).
Andere vaak voorkomende bijwerkingen aan de ogen die mogelijk veroorzaakt worden door het geneesmiddel of de injectieprocedure zijn: wazig zien, stoornis van het gezichtsvermogen, oogongemak, verminderd gezichtsvermogen, verhoogde lichtgevoeligheid, verschijnen van knipperende lichten, bloeding rond het oog (periorbitale bloeding), bloeddoorlopen oog (bloeding van het bindvlies), aandoening van de geleiachtige stof in het oog (aandoening van het glasachtig lichaam) zoals verplaatsing of scheur (loslating van het glasachtig lichaam), lensvertroebeling (cataract), stoornis van het oogoppervlak (hoornvlies), zwelling of ontsteking van het ooglid, zwelling van het binnenoppervlak van het ooglid of van het buitenoppervlak van het oog (bindvlies), oogontsteking, tranen, bindvliesontsteking (conjunctivitis), droog oog, oogafvloed, geprikkeldheid van het oog, jeuk van het oog, roodheid van het oog of pupilverwijding.
Andere vaak voorkomende niet-visuele bijwerkingen die mogelijk veroorzaakt worden door het geneesmiddel of de injectieprocedure zijn: hoofdpijn of neusuitvloeiing.
Soms voorkomende bijwerkingen aan de ogen die mogelijk veroorzaakt worden door het geneesmiddel of de injectieprocedure zijn: ontsteking van uw oog of van het buitenste oogoppervlak, bloeding in het oog of in het binnenste deel van het oog (glasachtig lichaam), zwakke of snel vermoeide ogen, ontsteking van het centrale deel van het oogoppervlak (keratitis), kleine afzettingen in het oog of op het oogoppervlak (hoornvlies), afzettingen aan de achterkant van het oog, jeuk van de oogleden, stoornis van de reactie van het oog op licht (zwakke pupilreflex), kleine erosies van het centrale deel van het oogoppervlak (hoornvlies), afhangend ooglid, litteken in het oog (litteken op het netvlies), kleine knobbel op uw ooglid te wijten aan ontsteking (chalasie), verminderde druk in het oog, reactie op de injectieplaats, blaren op de injectieplaats, verplaatsing of scheur van een laag in de achterkant van het oog (netvlies), pupilstoornis, stoornis van het gekleurde deel van het oog (regenboogvlies), verstopping van de netvliesslagader, het binnenbuitenste gekeerd zijn van het ooglid, stoornis van de oogbeweging, ooglidirritatie, bloed in uw oog, verkleurd oog, afzetting in het oog, ontsteking van het oog (ontsteking van het regenboogvlies), excavatie van de papillo van de oogzenuw, pupilvervorming, verstopping van de ader aan de achterkant van het oog, uitstorting van de geleiachtige stof in het oog.
Soms voorkomende niet-visuele bijwerkingen die mogelijk veroorzaakt worden door het geneesmiddel of de injectieprocedure zijn: nachtmerrie, depressie, doofheid, duizeligheid, hartkloppingen, hoge bloeddruk, verwijding van de aorta (het hoofdbloedvat), ontsteking van de bovenste luchtwegen, braken, maagdarmstoornissen, irritatie en ontsteking van de huid, haarkleurwijzigingen, huiduitslag, jeuk, nachtelijk zweten, rugpijn, vermoeidheid, rillingen, drukgevoeligheid, pijn op de borst, plotseling opkomende koorts, algemene kwalen, stijging van de leverenzymen, afschilfering.
Krijgt u veel last van een van de bijwerkingen? Of krijgt u een bijwerking die niet in deze bijsluiter staat? Neem dan contact op met uw arts, apotheker of verpleegkundige.