Zoals alle geneesmiddelen kan Scintimun bijwerkingen veroorzaken, hoewel niet iedereen deze bijwerkingen krijgt.
Circa 14 van de 100 patiënten die deze injectie krijgen, krijgen antilichamen in hun bloed reactie op het antilichaam dat in Scintimun aanwezig is. Dit kan bij herhaalde toediening van Scintimun het risico op allergische reacties verhogen. Daarom mag u Scintimun geen tweede keer krijgen.
In het geval van een allergische reactie krijgt u van uw arts de juiste behandeling.
Mogelijke bijwerkingen staan hieronder vermeld in de volgorde van hun frequentie:
Zeer vaak (bij meer dan 1 op de 10 gebruikers):
Ontwikkeling van humane anti-muriene antilichamen die reageren op het antilichaam in Scintimun (antilichaam van de muiscellen), met een risico op een allergische reactie.
Vaak (tussen 1 op de 10 en 1 op de 100 gebruikers):
Lage bloeddruk
Soms (tussen 1 op de 100 en 1 op de 1000 gebruikers):
Allergische reactie, waaronder zwelling van het gezicht, netelroos (urticaria)
Zelden (tussen 1 op de 1.000 en 1 op de 10.000 gebruikers):
- Ernstige allergische reactie die kan leiden tot ademnood of duizeligheid.
- Spier- of gewrichtspijn
Elke radioactieve stof kan kanker of erfelijke effecten veroorzaken, maar de frequentie van deze bijwerkingen is onbekend.
Wanneer één van de bijwerkingen ernstig wordt of als er bij u een bijwerking optreedt die niet in deze bijsluiter is vermeld, raadpleeg dan uw arts of apotheker en de specialist in de nucleaire geneeskunde die het onderzoek gedaan heeft.