Zoals elk geneesmiddel kan ook dit geneesmiddel bijwerkingen hebben, al krijgt niet iedereen daarmee te maken.
Ernstige allergische reacties
In zeer zeldzame gevallen kunnen ernstige allergische reacties optreden na toediening van een vaccin. Deze reacties kunnen onder meer zijn:
- ademhalingsproblemen;
- blauwe tong of lippen;
- huiduitslag;
- zwelling van het gezicht of de keel;
- lage bloeddruk die duizeligheid of collaps veroorzaakt.
Wanneer deze tekenen of symptomen optreden, gebeurt dit meestal zeer snel nadat de injectie is toegediend en terwijl u of uw kind nog in het ziekenhuis of de praktijk van de arts bent/is.
Als één van deze symptomen optreedt nadat u de plaats hebt verlaten waar u of uw kind de injectie heeft gekregen, moet u ONMIDDELLIJK een arts raadplegen.
Andere bijwerkingen
De volgende bijwerkingen werden waargenomen tijdens klinische onderzoeken die werden uitgevoerd bij specifieke leeftijdsgroepen.
Bij kinderen van 3 t/m 6 jaar
Zeer vaak voorkomend (bij meer dan 1 op de 10 kinderen): pijn, zwelling en roodheid in het gebied waar het vaccin is geïnjecteerd, vermoeidheid, koorts (een temperatuur van 37,5°C of hoger), prikkelbaarheid.
Vaak voorkomend (bij minder dan 1 op de 10, maar bij meer dan 1 op de 100 kinderen): bloeduitstortingen, jeuk en huidontsteking in het gebied waar het vaccin is geïnjecteerd, hoofdpijn, misselijkheid, braken, diarree, uitslag, pijnlijke of gezwollen gewrichten.
Bij adolescenten (11 jaar en ouder) en volwassenen
Tieners hebben iets meer kans op bijwerkingen dan volwassenen. De meeste bijwerkingen treden op binnen de eerste 3 dagen na vaccinatie.
Zeer vaak voorkomend (bij meer dan 1 op de 10 mensen): pijn, zwelling en roodheid in het gebied waar het vaccin is geïnjecteerd, hoofdpijn, misselijkheid, pijnlijke of gezwollen gewrichten, pijnlijke spieren, zwakte en koude rillingen.
Vaak voorkomend (bij minder dan 1 op de 10, maar bij meer dan 1 op de 100 mensen): braken, diarree, koorts (een temperatuur van 38,0°C of hoger).
De volgende aanvullende bijwerkingen zijn gemeld bij de verschillende aanbevolen leeftijdsgroepen tijdens het commerciële gebruik van TRIAXIS POLIO. De frequentie van deze bijwerkingen kan niet precies worden berekend, omdat deze zou zijn gebaseerd op vrijwillige meldingen in relatie tot het geschatte aantal gevaccineerde personen.
Lymfeklieraandoeningen, allergische/ernstige allergische reacties, stuipen (convulsies), flauwvallen, gedeeltelijke of gehele verlamming van het lichaam (syndroom van Guillain-Barré), verlamming van het gezicht, ontsteking van de ruggengraat, ontsteking van de zenuwen in de arm (brachiale neuritis), tijdelijk verlies van of veranderde gevoelswaarneming in het gevaccineerde ledemaat, duizeligheid, pijn in het gevaccineerde ledemaat, uitgebreide zwelling van ledematen (vaak met roodheid en soms met blaren gepaard gaand), ziek gevoel, bleke huid, een harde knobbel (induratie) in het gebied waar het vaccin is geïnjecteerd.
Krijgt u of uw kind veel last van een van de bijwerkingen? Of krijgt u of uw kind een bijwerking die niet in deze bijsluiter staat? Neem dan contact op met uw arts, apotheker of verpleegkundige.