- als u allergisch (overgevoelig) bent voor methylprednisolon of voor één van de andere bestanddelen van Depo-Medrol.
- bij overgevoeligheid voor soortgelijke producten of voor één van de overige bestanddelen van het product;
- bij virus- of schimmelinfecties;
- bij patiënten met een maagzweer;
- bij patiënten met een tropische worminfectie;
- bij toediening van bepaalde vaccins.
Wees extra voorzichtig met Depo-Medrol
De arts zal u nauwlettend observeren. Het is van belang dat u alle effecten die tijdens of na de behandeling optreden met uw arts of verpleegkundige bespreekt.
U dient tijdens de behandeling met dit geneesmiddel onder regelmatig medisch toezicht te staan:
- indien u behoort tot één van de bijzondere risicogroepen (zie rubriek "Mogelijke bijwerkingen").
- indien u leed of lijdt aan tuberculose, een maag-darmkwaal, een hartkwaal of infecties.
- indien een langdurige behandeling met dit geneesmiddel noodzakelijk is.
- indien een inenting tegen bepaalde infecties (vaccinatie) absoluut noodzakelijk is.
Wanneer methylprednisolon wordt gebruikt bij bepaalde oogaandoeningen zal men geregeld uw ogen controleren.
Stel uw arts op de hoogte van het gebruik van dit geneesmiddel alvorens een laboratorium test wordt gedaan.
Ondanks een verbetering van de symptomen na behandeling van een gewricht, dient overdadig gebruik van het betrokken gewricht vermeden te worden. Verwaarlozing van deze voorzorg kan de beschadiging van het gewricht verergeren.
Gebruik met andere geneesmiddelen
Vertel uw arts of apotheker als u andere geneesmiddelen gebruikt of kort geleden heeft gebruikt. Dit geldt ook voor geneesmiddelen die u zonder voorschrift kunt krijgen. Verschillende geneesmiddelen kunnen namelijk elkaars werking en/of bijwerking beïnvloeden.
Methylprednisolon behoort tot de groep van de glucocorticoïden. Van deze groep zijn o.a. de volgende wisselwerkingen met andere geneesmiddelen bekend:
- bepaalde ontstekingwerende geneesmiddelen. Het risico op bepaalde maag-darmaandoeningen is verhoogd.
- insuline of orale bloedsuikerverlagende middelen. De behoefte aan deze middelen bij suikerzieken is verhoogd.
- inentingen. Glucocorticoïden onderdrukken het afweermechanisme. Bepaalde inentingen kunnen daarom niet worden gegeven.
- antistollingsmiddelen. Glucocorticoïden kunnen het effect van
geneesmiddelen die de bloedstolling remmen beïnvloeden.
Vertel uw arts dat u met methylprednisolon wordt behandeld vooraleer u een vaccinatie dient te krijgen.
Gebruik van Depo-Medrol met voedsel en drank
Raadpleeg uw arts of apotheker over het gebruik van alcohol samen met methylprednisolon.
Zwangerschap en borstvoeding
Vraag uw arts of apotheker om advies voordat u een geneesmiddel inneemt.
Het gebruik van deze geneesmiddelen tijdens de zwangerschap en de borstvoedingsperiode is in het algemeen af te raden, tenzij dit gebeurt in overleg met uw arts. Mocht u zwanger worden in de periode waarin u met dit geneesmiddel wordt behandeld, dan dient u uw arts te raadplegen. Corticoïden komen in de moedermelk terecht. Daarom wordt het geven van borstvoeding tijdens corticosteroïdtherapie ontraden.
Rijvaardigheid en het gebruik van machines
Er zijn geen gegevens bekend over het effect van methylprednisolon op de rijvaardigheid. Bij het besturen van voertuigen en het bedienen van machines dient rekening te worden gehouden met de mogelijkheid van spierzwakte, spieratrofie en stemmingsveranderingen.