Welke stoffen zitten er in dit middel?
- De werkzame stof in dit middel is canakinumab. Eén injectieflacon met poeder bevat 150 mg canakinumab.
- De andere stoffen in dit middel zijn: Poeder: sucrose, histidine, histidine hydrochloride monohydraat, polysorbaat 80. Oplosmiddel: water voor injecties.
Hoe ziet Ilaris eruit en hoeveel zit er in een verpakking?
- Ilaris poeder en oplosmiddel voor oplossing voor injectie bestaat uit een wit poeder (150 mg in een 6 ml glazen injectieflacon) en een helder, kleurloos oplosmiddel (5 ml in een aparte 6 ml glazen injectieflacon).
- Ilaris poeder en oplosmiddel voor oplossing voor injectie is beschikbaar in een injectieset die bestaat uit 1 injectieflacon met poeder voor oplossing voor injectie, 1 injectieflacon met oplosmiddel, 1 injectiespuit, 1 veiligheidsnaald, 2 injectieflaconadapters en 4 reinigingsdoekjes.
Houder van de vergunning voor het in de handel brengen
Novartis Europharm Limited
Wimblehurst Road
Horsham
West Sussex, RH12 5AB
Verenigd Koninkrijk
Fabrikant
Novartis Pharma GmbH
Roonstrasse 25
D-90429 Nürnberg
Duitsland
Neem voor alle informatie met betrekking tot dit geneesmiddel contact op met de lokale vertegenwoordiger van de houder van de vergunning voor het in de handel brengen:
België/Belgique/Belgien | Lietuva |
Novartis Pharma N.V. | Novartis Pharma Services Inc. |
Tél/Tel: +32 2 246 16 11 | Tel: +370 5 269 16 50 |
България | Luxembourg/Luxemburg |
Novartis Pharma Services Inc. | Novartis Pharma N.V. |
Тел.: +359 2 489 98 28 | Tél/Tel: +32 2 246 16 11 |
Česká republika | Magyarország |
Novartis s.r.o. | Novartis Hungária Kft. Pharma |
Tel: +420 225 775 111 | Tel.: +36 1 457 65 00 |
Danmark | Malta |
Novartis Healthcare A/S | Novartis Pharma Services Inc. |
Tlf: +45 39 16 84 00 | Tel: +356 2122 2872 |
Deutschland | Nederland |
Novartis Pharma GmbH | Novartis Pharma B.V. |
Tel: +49 911 273 0 | Tel: +31 26 37 82 111 |
Eesti | Norge |
Novartis Pharma Services Inc. | Novartis Norge AS |
Tel: +372 66 30 810 | Tlf: +47 23 05 20 00 |
Ελλάδα | Österreich |
Novartis (Hellas) A.E.B.E. | Novartis Pharma GmbH |
Τηλ: +30 210 281 17 12 | Tel: +43 1 86 6570 |
España | Polska |
Novartis Farmacéutica, S.A. | Novartis Poland Sp. z o.o. |
Tel: +34 93 306 42 00 | Tel.: +48 22 375 4888 |
France | Portugal |
Novartis Pharma S.A.S. | Novartis Farma - Produtos Farmacêuticos, S.A. |
Tél: +33 1 55 47 66 00 | Tel: +351 21 000 8600 |
Hrvatska | România |
Novartis Hrvatska d.o.o. | Novartis Pharma Services Romania SRL |
Tel. +385 1 6274 220 | Tel: +40 21 31299 01 |
Ireland | Slovenija |
Novartis Ireland Limited | Novartis Pharma Services Inc. |
Tel: +353 1 260 12 55 | Tel: +386 1 300 75 50 |
Ísland | Slovenská republika |
Vistor hf. | Novartis Slovakia s.r.o. |
Sími: +354 535 7000 | Tel: +421 2 5542 5439 |
Italia | Suomi/Finland |
Novartis Farma S.p.A. | Novartis Finland Oy |
Tel: +39 02 96 54 1 | Puh/Tel: +358 (0)10 6133 200 |
Κύπρος | Sverige |
Novartis Pharma Services Inc. | Novartis Sverige AB |
Τηλ: +357 22 690 690 | Tel: +46 8 732 32 00 |
Latvija | United Kingdom |
Novartis Pharma Services Inc. | Novartis Pharmaceuticals UK Ltd. |
Tel: +371 67 887 070 | Tel: +44 1276 698370 |
Deze bijsluiter is voor het laatst goedgekeurd in
Dit geneesmiddel is geregistreerd met als kanttekening dat er uitzonderlijke omstandigheden waren. Het was tijdens de registratie onmogelijk om volledige informatie over dit geneesmiddel te verkrijgen vanwege de zeldzaamheid van de ziekte waar het voor bedoeld is. Het Europees Geneesmiddelenbureau zal ieder jaar nieuwe informatie over het geneesmiddel beoordelen. Als dat nodig is, zal deze bijsluiter worden aangepast.
Andere informatiebronnen
Meer informatie over dit geneesmiddel is beschikbaar op de website van het Europees Geneesmiddelenbureau (http://www.ema.europa.eu).
INSTRUCTIES VOOR GEBRUIK VAN ILARIS POEDER EN OPLOSMIDDEL VOOR OPLOSSING VOOR INJECTIE (INJECTIESET)
Lees deze instructies helemaal door voordat u begint met de bereiding van uw geneesmiddel.
- Uw arts of verpleegkundige zal u een training geven over hoe u uzelf kunt injecteren (zie punt 3: Zelf Ilaris injecteren of een kind injecteren met Ilaris).
- Het voorbereiden van de injectie duurt ongeveer 30 minuten.
- In deze rubriek noemen we de injectieset de “set”.
Voordat u begint:
- Haal de set uit de koelkast.
- Controleer de uiterste houdbaarheidsdatum op de doos.
- Gebruik dit middel niet meer na de uiterste houdbaarheidsdatum. Die is te vinden op de etiketten en de doos. Daar staat een maand en een jaar. De laatste dag van die maand is de uiterste houdbaarheidsdatum.
Laat de set 15 minuten ongeopend staan.
- Dit brengt de inhoud op kamertemperatuur.
- Probeer de set niet te verwarmen – laat het vanzelf opwarmen.
Zoek een schone plek om de injectie voor te bereiden en toe te dienen. Was uw handen met zeep en water en droog ze dan af aan een schone handdoek.
Open de buitenverpakking en haal de inhoud er volledig uit.
- Controleer of u alle onderdelen heeft die in de onderstaande afbeelding zijn weergegeven.
- Geef de gehele verpakking terug aan uw arts of apotheker als een van de onderdelen van de set ontbreekt of beschadigd is.
- Gebruik alleen de onderdelen uit de set – gebruik niets anders.
Raak de naalden of de bovenkant van de injectieflacons niet aan.
WAT ZIT ER IN DE SET:
a. Injectieflacon met poeder
b. Injectieflacon met oplosmiddel
a. b.
c.
c. 1 ml injectiespuit d. Veiligheidsnaald
d.
e. 2 injectieflaconadapters
e.
f. 4 reinigingsdoekjes
f.
BEREIDEN VAN HET MIDDEL
Stap 1: Voorbereiden van de injectieflacon met poeder
- Verwijder het beschermkapje van de injectieflacon met poeder.
- Gebruik een nieuw reinigingsdoekje om de rubberen stop schoon te maken.
- Raak de rubberen stop niet meer aan na het schoonmaken.
Stap 2: Bevestigen van de injectieflaconadapter aan de injectieflacon met poeder
- Pak een van de blisterverpakkingen met de injectieflaconadapters.
- Houd de blisterverpakking stevig vast.
- Haal de folieafdekking er helemaal af.
- Neem de injectieflaconadapter niet uit de blisterverpakking.
Raak op geen enkel moment de injectieflaconadapter aan.
Zet de injectieflacon met poeder op een vlakke ondergrond.
- Houd de blisterverpakking vast en zet de injectieflaconadapter bovenop de injectieflacon met poeder.
- Druk de blisterverpakking helemaal naar beneden. U zult de injectieflaconadapter op zijn plaats horen klikken. Op dit moment zit de injectieflaconadapter nog
steeds in de blisterverpakking. Houd de blisterverpakking bovenaan vast.
- Til de blisterverpakking recht omhoog zodat deze van de injectieflaconadapter komt.
Controleer of de injectieflaconadapter op de juiste plaats zit. Als dit niet zo is:
- Raak de injectieflaconadapter niet aan.
- Zet de blisterverpakking terug op de injectieflaconadapter.
- Verander dan de stand van de injectieflaconadapter.
1,0 m
Stap 3: Bevestigen van de injectieflaconadapter aan de injectieflacon met oplosmiddel
- Herhaal stappen 1 en 2 om een injectieflaconadapter op de injectieflacon met oplosmiddel te plaatsen.
- De injectieflacon met oplosmiddel bevat water voor
injecties.
De injectieflaconadapters zijn nu bevestigd aan de twee injectieflacons. Ze zijn klaar voor gebruik.
Stap 4: Opzuigen van 1,0 ml lucht in de spuit
Trek de folieafdekking van de verpakking van de spuit en neem de spuit eruit.
- Raak de punt van de spuit niet aan.
Breng de spuit op ooghoogte. Zo kunt u de hoeveelheid juist afmeten.
- Trek de zuiger naar beneden tot de 1,0 ml markering
een rechte lijn vormt met de bovenkant van de 1,0 zuiger. Dit is weergegeven in de afbeelding.
Het opzuigen van 1,0 ml lucht in de spuit maakt het makkelijker om het water voor injecties in de spuit te zuigen. Het helpt ook om het krijgen van luchtbellen in de spuit te voorkomen.
Stap 5: Bevestigen van de spuit op de injectieflacon met oplosmiddel
Raak de bovenkant van de spuit en van de injectieflaconadapter niet aan terwijl u dit doet.
- Houd de injectieflacon met oplosmiddel vast.
- Draai de spuit voorzichtig aan de injectieflaconadapter vast.
- Gebruik geen kracht.
Een naald is in dit stadium niet nodig.
Stap 6: Brengen van 1,0 ml lucht in de injectieflacon met oplosmiddel
Duw de zuiger langzaam helemaal naar beneden.
- Dit zal de lucht die u net heeft opgezogen in de spuit in de injectieflacon met oplosmiddel brengen.
- Houd de zuiger naar beneden geduwd.
1,0 ml
Stap 7: Opzuigen van 1,0 ml water in de spuit
Draai de spuit zodat deze omhoog wijst – dit betekent dat de injectieflacon met oplosmiddel nu ondersteboven is.
| 1,0 ml | | Breng de spuit op ooghoogte. Zo kunt u de |
| | hoeveelheid juist afmeten. |
| | | Trek de zuiger langzaam naar beneden tot de 1,0 ml |
| | | markering een rechte lijn vormt met de bovenkant |
| | | van de zuiger. Dit is weergegeven in de afbeelding. |
1,0 ml | | Houd de injectieflacon ondersteboven. |
| | | Controleer de spuit op grote luchtbellen. |
Stap 8: Verwijderen van grote luchtbellen uit de spuit
Als er grote luchtbellen in de spuit zijn, moet u die verwijderen.
- Tik zacht op de spuit zodat de grote luchtbellen naar boven stijgen.
- Duw de zuiger voorzichtig omhoog. Hierdoor worden grote luchtbellen in de injectieflacon geduwd.
- Trek dan de zuiger weer voorzichtig terug naar beneden tot de 1,0 ml markering.
- Herhaal deze stappen totdat u alle grote luchtbellen heeft verwijderd.
- Controleer hierna of de spuit nog steeds 1,0 ml water bevat.
Draai de spuit en injectieflacon de andere kant op. Dit betekent dat de injectieflacon nu onderaan is.
- Zet de injectieflacon op een schone en vlakke ondergrond.
- Het gebruik van een vlakke ondergrond zal u helpen om morsen van water te voorkomen.
- Houd de injectieflacon met één hand vast.
- Houd met de andere hand de zuiger vast en draai de spuit van de injectieflacon los.
Er zal nog steeds wat water in de injectieflacon met oplosmiddel aanwezig zijn.
Stap 9: Vastdraaien van de spuit aan de injectieflacon met poeder
Raak de bovenkant van de spuit en de injectieflacon niet aan.
- Houd de injectieflacon met poeder vast op de schone en vlakke ondergrond.
- Draai de spuit met 1,0 ml water aan de injectieflaconadapter vast.
- Gebruik geen kracht.
Stap 10: Brengen van 1,0 ml water in de injectieflacon met poeder
Duw de zuiger langzaam helemaal naar beneden.
- Dit zal het water in de spuit in de injectieflacon met poeder brengen.
- Haal de spuit er nog niet af.
Stap 11: Mengen van poeder en water
- Houd de spuit in een hoek van ongeveer 45 graden.
- Zwenk de spuit en injectieflacon nu rustig gedurende ten minste 1 minuut.
- Doe het rustig – schud de spuit en injectieflacon niet.
Stap 12: Laat de spuit en injectieflacon staan | |
| Zet de spuit en injectieflacon op een vlakke |
| ondergrond. |
| Laat het 5 minuten staan. |
Maakt u zich geen zorgen als de zuiger naar boven schuift. Dit kan gebeuren wanneer er iets te veel druk in de injectieflacon is.
Stap 13: Opnieuw mengen van het poeder en water
- Druk de zuiger na 5 minuten weer helemaal naar beneden in de spuit.
- Beweeg de spuit en injectieflacon rustig omhoog totdat ze ondersteboven zijn. Zwenk de spuit en injectieflacon weer terug zodat ze terug zijn waar ze waren.
- Doe dit tien keer.
- Doe het rustig – schud de spuit en injectieflacon niet.
Stap 14: Controleren van het geneesmiddel
- Laat de injectieflacon en spuit 15 minuten staan.
Controleer na 15 minuten of het middel niet troebel is en er geen deeltjes in zitten.
- Schud de injectieflacon en spuit niet.
- Er kan bovenop het middel schuim aanwezig zijn. U hoeft zich hier geen zorgen over te maken.
Herhaal stap 13 als er nog steeds deeltjes in het middel aanwezig zijn.
- Laat dan de injectieflacon en spuit nogmaals 5 minuten staan.
- Controleer het middel weer op eventuele deeltjes. Het middel is klaar voor gebruik wanneer het niet troebel is en er geen deeltjes in zitten.
Als u het geneesmiddel niet onmiddelijk na bereiding gebruikt:
- Bewaar het middel in een koelkast bij een temperatuur tussen de 2°C en 8°C.
- Gebruik uw geneesmiddel binnen 24 uur.
VOORBEREIDEN OM HET BEREIDE GENEESMIDDEL TE INJECTEREN Stap 15: Vullen van de spuit met 1,0 ml van het bereide geneesmiddel
- Draai de spuit en injectieflacon ondersteboven.
- Trek de zuiger voorzichtig naar beneden tot de
1,0 ml markering een rechte lijn vormt met de
1,0 m bovenkant van de zuiger. Dit is weergegeven in de afbeelding.
- Haal de spuit er nog niet af.
1,0
- Duw de zuiger langzaam weer helemaal in. Hierdoor zal al het geneesmiddel weer teruggebracht worden in de injectieflacon.
Door de zuiger helemaal in te duwen, wordt het geneesmiddel volledig gemengd. Het helpt ook luchtbellen te voorkomen.
Stap 16: Afmeten van de dosis van uw bereide geneesmiddel
Uw arts zal u vertellen wat uw dosis van het geneesmiddel is.
- Breng de spuit op ooghoogte. Zo kunt u de hoeveelheid juist afmeten.
- De gebruikelijke dosis ligt tussen de 0,2 en 1,0 ml.
- Trek de zuiger weer langzaam naar beneden tot de bovenkant van de zuiger een rechte lijn vormt met de markering voor uw dosis van het middel. Dit is weergegeven in de afbeelding.
Houd de injectieflacon ondersteboven.
- Controleer het middel op grote luchtbellen.
- Er kan nog wat geneesmiddel in de injectieflacon aanwezig zijn.
Stap 17: Verwijderen van grote luchtbellen uit de spuit
Verwijder grote luchtbellen uit de oplossing op de volgende manier:
- Tik zacht op de spuit zodat de grote luchtbellen naar boven stijgen.
- Duw de zuiger voorzichtig omhoog. Hierdoor worden grote luchtbellen in de injectieflacon geduwd.
- Trek dan de zuiger weer voorzichtig terug naar beneden tot de dosis die voorgeschreven is door uw arts.
- Herhaal deze stappen totdat alle grote luchtbellen zijn verwijderd.
- Controleer of de spuit de dosis bevat die is voorgeschreven door uw arts.
Leg de bereide spuit op een schone en vlakke ondergrond.
- Het gebruik van een vlakke ondergrond zal u helpen om morsen van het middel te voorkomen.
- Houd de zuiger vast en draai de spuit los.
- Raak de punt van de spuit niet aan.
Stap 18: Bevestigen van de naald
Raak het uiteinde van de naald of de punt van de spuit niet aan.
- Neem de veiligheidsnaald uit de blisterverpakking.
- Draai de veiligheidsnaald aan de bereide spuit vast.
- Beweeg het scharnierende deel van de beschermkap naar de naald – zoals weergegeven in de afbeelding.
Leg de spuit op een vlakke ondergrond. Kies nu de plaats op uw lichaam waar u zichzelf gaat injecteren.
WAAR KUNT U ZICHZELF INJECTEREN
De gearceerde gebieden in deze afbeelding, geven de plaatsen weer waar u zichzelf kunt injecteren. Kies één van deze plaatsen:
- rechts op uw onderbuik of
- links op uw onderbuik of
- uw rechter bovenbeen of
- uw linker bovenbeen.
U kunt de injectie ook in uw bovenarm of billen toedienen.
Kies iedere keer dat u injecteert een andere plaats. Dit helpt om pijnlijke plekken te voorkomen.
- Injecteer nooit in een gebied waar uw huid pijnlijk of ontstoken is.
UZELF EEN INJECTIE TOEDIENEN
Stap 19: Voorbereiden van uw huid en de naald
- Maak de huid waar u zichzelf gaat injecteren schoon met een nieuw reinigingsdoekje.
- Trek de beschermkap recht van de naald. Raak de naald niet aan en buig de naald niet.
Stap 20: Uzelf een injectie toedienen
- Maak voorzichtig een huidplooi op de plaats die u heeft gekozen om uzelf te injecteren. Dit moet huid met een vetlaag zijn.
- Houd de spuit vast zoals weergegeven in de afbeelding.
- Steek de volledige naald recht in de huidplooi in een rechte hoek.
- Druk de zuiger rustig zover mogelijk naar beneden. Hierdoor wordt de volledige dosis geinjecteerd.
- Wacht dan 10 seconden en haal de naald uit uw huid.
Als u begint te bloeden:
- Wrijf niet over de injectieplaats.
- Breng een schoon, droog katoenen doekje op de plaats aan.
- Druk zacht gedurende 1 tot 2 minuten. Plak er dan een pleister op.
NA DE INJECTIE
Stap 21: De beschermkap op de naald zetten
Zet de beschermkap meteen op de naald:
- Houd uw vingers weg van de punt van de naald en beschermkap.
- Druk de beschermkap van de naald op een harde ondergrond zoals een tafel. Gebruik uw vingers niet om op de beschermkap te duwen.
- U zult een klik horen wanneer de beschermkap op de juiste manier op de naald is gezet.
Stap 22: Wegruimen
Gooi de spuit, de naald en de gebruikte injectieflacons, waaronder eventueel overgebleven oplossing, meteen weg.
- Gooi ze in de naaldencontainer of volg de instructies van uw arts, verpleegkundige of apotheker wanneer dit anders is.
- Houd de naaldencontainer buiten het bereik van
kinderen.
Probeer nooit om onderdelen van de set of overgebleven oplossing opnieuw te gebruiken.