Wanneer mag u dit middel niet gebruiken?
- U bent allergisch voor één van de stoffen die in dit geneesmiddel zitten. Deze stoffen kunt u vinden onder punt 6.
- U heeft epilepsie.
- U neemt orale geneesmiddelen tegen suikerziekte (middelen die u via de mond inneemt, bijvoorbeeld tabletten).
- U geeft borstvoeding.
Wanneer moet u extra voorzichtig zijn met dit middel?
- Als u een acute astma-aanval heeft. Ketotifen CF kan acute astma-aanvallen niet behandelen of voorkomen.
- Als u begint met een langdurige behandeling met ketotifen en u gebruikt andere middelen tegen astma (anti-astmatica), dan moet u niet plotseling stoppen met dit andere middel.
- Als u ook middelen gebruikt tegen suikerziekte (antidiabetica), dan moet de hoeveelheid bloedplaatjes in het bloed regelmatig geteld worden.
- Als u een voorgeschiedenis heeft van epilepsie. Ketotifen CF kan de drempel voor toevallen/stuipen (convulsies) verlagen.
- Als u minder alert wordt of slaperig wordt, dan moet de dosis verlaagd worden (zie onder punt 3).
Raadpleeg uw arts indien één van de bovenstaande waarschuwingen voor u van toepassing is, of dat in het verleden is geweest.
Gebruikt u nog andere geneesmiddelen?
Gebruikt u naast Ketotifen CF nog andere geneesmiddelen, of heeft u dat kort geleden gedaan? Vertel dat dan uw arts of apotheker. Dat geldt ook voor geneesmiddelen waar u geen voorschrift voor nodig heeft.
Sommige geneesmiddelen kunnen een wisselwerking met elkaar aangaan, dat wil zeggen elkaars werking en bijwerkingen versterken of verzwakken.
Ketotifen CF kan de werking van de volgende middelen versterken:
- kalmerende middelen (sedativa, bijvoorbeeld midazolam)
- slaapmiddelen (hypnotica, bijvoorbeeld lorazepam of zolpidem)
- middelen tegen overgevoeligheidsreacties (antihistaminica, bijvoorbeeld loratadine)
- bloedverdunners (anticoagulantia, bijvoorbeeld acenocoumarol)
- alcohol
- luchtwegverwijders (bronchodilatators, bijvoorbeeld salbutamol) Als u luchtwegverwijders gebruikt, moet u dat minder vaak doen bij gelijktijdig gebruik met Ketotifen CF.
Een ernstige bijwerking kan optreden bij gelijktijdig gebruik van Ketotifen CF en de volgende middelen:
- orale geneesmiddelen tegen suikerziekte (middelen die u via de mond inneemt, bijvoorbeeld metformine-, glibenclamide-, gliclazide- of glimepiridetabletten). Bij gelijktijdig gebruik met Ketotifen CF kan een bloedafwijking (tekort aan bloedplaatjes) voorkomen met blauwe plekken en bloedingsneiging (trombocytopenie).
Waarop moet u letten met eten en drinken?
Ketotifen CF kan het effect van alcohol versterken.
Zwangerschap en borstvoeding
Wilt u zwanger worden, bent u zwanger of geeft u borstvoeding? Neem dan contact op met uw arts of apotheker voordat u geneesmiddelen gebruikt.
Zwangerschap
Over het gebruik van ketotifen tijdens de zwangerschap zijn onvoldoende gegevens bekend. Gebruik Ketotifen CF alleen tijdens de zwangerschap als uw arts het om dwingende redenen heeft voorgeschreven.
Borstvoeding
Over het gebruik van ketotifen tijdens het geven van borstvoeding zijn onvoldoende gegevens bekend. Op basis van dierproeven wordt aangenomen dat ketotifen in de moedermelk wordt uitgescheiden. Gebruik Ketotifen CF niet als u borstvoeding geeft.
Rijvaardigheid en het gebruik van machines
Tijdens de eerste paar dagen van de behandeling met Ketotifen CF kan uw reactievermogen verminderd zijn. Tijdens de hele behandeling kunt u last krijgen van slaperigheid en/of duizeligheid. Bestuur geen auto of ander voertuig en gebruik geen machines of gereedschap, als u last heeft van (één van) bovenstaande bijwerkingen.
Stoffen in dit middel waarmee u rekening moet houden
Sorbitol
Dit middel bevat 0,6 g sorbitol per ml. Bij gebruik van de aanbevolen dagdosering, levert elke dosis 6,0 g sorbitol. Als uw arts u heeft meegedeeld dat u bepaalde suikers niet verdraagt, neem dan contact op met uw arts voordat u dit geneesmiddel inneemt.
Alcohol
Dit middel bevat 2 vol % ethanol (alcohol), dat wil zeggen maximaal 158 mg per dosis. Dit komt overeen met 4 ml bier of 2 ml wijn per dosis. Een dergelijke hoeveelheid is schadelijk bij alcoholisme. Ook is voorzichtigheid geboden bij zwangere vrouwen en vrouwen die borstvoeding geven, kinderen en groepen met een verhoogd risico, zoals patiënten met een leveraandoening of epilepsie.
Conserveermiddelen
Dit middel bevat methylparahydroxybenzoaat (E218) en propylparahydroxybenzoaat (E216). Deze stoffen kunnen allergische reacties veroorzaken (ook vertraagd, dat wil zeggen: enige tijd na inname).