Cytarabine CF 20 mg/ml, oplossing voor injectie 20 mg/ml

Cytarabine CF 20 mg/ml, oplossing voor injectie 20 mg/ml
Werkzame stof(fen)Cytarabine
Toelatingslandnl
VergunninghouderCentrafarm
ATC-codeL01BC01
Farmacologische groepenAntimetabolieten

Patiëntenbijsluiter

Wat is het en waarvoor wordt het gebruikt?

Cytarabine CF 20 mg/ml is een geneesmiddel tegen kanker en wordt gebruikt voor de behandeling van acute leukemie (bloedkanker) bij kinderen en volwassenen.

Het wordt ook gebruikt om leukemie, die de vliezen om de hersenen of ruggenmerg aantast (meningeale leukemie), te voorkomen of te behandelen.

Wat moet u weten voordat u het gebruikt?

Gebruik Cytarabine CF niet

  • als u allergisch (overgevoelig) bent voor cytarabine of voor één van de andere bestanddelen van Cytarabine CF.

Wees extra voorzichtig met Cytarabine CF

Vertel uw arts als u andere ziekten of medische afwijkingen heeft, in het bijzonder:

  • plotseling beginnende of ernstige infecties.
  • maag- of darmzweren of indien u kort geleden een operatie heeft ondergaan. In deze gevallen zal uw arts u nauwgezet controleren op tekenen van bloeding. Wanneer dit optreedt, kunt u een bloedplaatjestransfusie toegediend krijgen (om het bloeden te helpen stoppen).
  • als u weet dat u niet voldoende witte bloedcellen of bloedplaatjes heeft.
  • als u weet dat uw lever niet normaal werkt.

Cytarabine kan de aanmaak van bloedcellen in het beenmerg sterk remmen. Dit kan u gevoeliger maken voor infecties of bloedingen. De aantallen bloedcellen kunnen tot een week na het stoppen met de behandeling blijven dalen. Uw arts zal uw bloed regelmatig controleren en, indien nodig, uw beenmerg onderzoeken.

Ernstige en soms levensbedreigende bijwerkingen kunnen optreden in het centraal zenuwstelsel, darmen of longen (zie sectie 4 “Mogelijke bijwerkingen”).

Gedurende cytarabinebehandeling dienen de lever- en nierfunctie gecontroleerd te worden. Als uw lever niet goed werkt voordat de behandeling start, mag cytarabine alleen met grote zorgvuldigheid gegeven worden.

De hoeveelheid urinezuur in uw bloed (die laat zien dat de kankercellen vernietigd zijn) kan hoog zijn (hyperuricemie) tijdens de behandeling. Uw arts zal u vertellen of u een geneesmiddel moet gebruiken om dit onder controle te houden.

Als u met hoge doses cytarabine behandeld wordt, zal uw arts uw vertellen om uw ogen regelmatig te spoelen om ontstoken ogen (conjunctivitis) te voorkomen. Uw arts kan ook een geneesmiddel (glucocorticosteroïd) voorschrijven om ontstoken ogen te voorkomen of te verminderen.

Gebruik met andere geneesmiddelen

Vertel uw arts als u andere geneesmiddelen gebruikt of kort geleden heeft gebruikt. Dit geldt ook voor geneesmiddelen die u zonder voorschrift kunt krijgen.

Vertel uw arts in het bijzonder als u het volgende gebruikt of onlangs heeft gebruikt:

  • andere geneesmiddelen voor de behandeling van kanker (cytotoxische middelen).
  • digoxine (een hartmedicijn). In dit geval zal uw arts de hoeveelheid digoxine in uw bloed controleren.
  • fluorocytosine (een antischimmelmiddel).
  • gentamicine (een antibioticum).

U dient uw arts te vertellen als u voor uw kanker behandeld wordt met bestraling.

Zwangerschap en borstvoeding

Zwangerschap

Als u zwanger bent, zal uw arts u alleen cytarabine voorschrijven als de voordelen van de behandeling opwegen tegen de mogelijke gevaren voor het ongeboren kind. Vertel het uw arts onmiddellijk als u zwanger bent of zwanger denkt te zijn. U moet effectieve voorbehoedmiddelen gebruiken tijdens en gedurende 6 maanden na behandeling.

Borstvoeding

Geef geen borstvoeding tijdens de behandeling met cytarabine. Het is mogelijk dat het geneesmiddel via de moedermelk in het kind terecht komt, waar het ernstige bijwerkingen kan veroorzaken.

Vraag uw arts of apotheker om advies voordat u een geneesmiddel gebruikt.

Rijvaardigheid en het gebruik van machines

Cytarabine zelf heeft geen invloed op de rijvaardigheid en het vermogen om machines te bedienen. Echter, in het algemeen kunnen geneesmiddelen tegen kanker de vaardigheid om te rijden of machines te bedienen van sommige patiënten beïnvloeden. Als uw rijvaardigheid en uw vermogen om machines te bedienen beïnvloed is, dient u geen voertuigen te besturen en geen machines te bedienen.

Hoe wordt het gebruikt?

Cytarabine CF mag alleen gegeven worden onder toezicht van een arts met ervaring in de behandeling van kanker. Uw arts zal bepalen welke dosering u krijgt.

U kunt Cytarabine CF krijgen als een injectie in een bloedvat (intraveneus), in een spier (intramusculair), onder de huid (subcutaan) of in de ruimte om het ruggenmerg (intrathecaal).

Wat u moet doen als u meer van cytarabine heeft gebruikt dan u zou mogen

Uw arts zal ervoor zorgen dat de juiste dosering voor uw ziekte wordt gegeven.

In het geval van overdosering kunt u meer last van bijwerkingen krijgen. Uw arts zal de cytarabine therapie stoppen en indien nodig kunt u behandeld worden voor deze bijwerkingen.

Vraag uw arts of apotheker, als u vragen heeft over het gebruik van dit product.

Wat zijn mogelijke bijwerkingen?

Zoals alle geneesmiddelen kan cytarabine bijwerkingen veroorzaken, hoewel niet iedereen deze bijwerkingen krijgt. De bijwerkingen zijn afhankelijk van de dosis. Bijwerkingen aan het maagdarmkanaal komen het meeste voor, evenals aan het bloed.

Vaak (meer dan 1 op 100, maar minder dan 1 op 10 patiënten)

  • koorts
  • tekort aan witte en rode bloedcellen of bloedplaatjes, hetgeen u gevoeliger maakt voor infecties of bloedingen
  • abnormale bloedcellen (megablastose)
  • verlies van eetlust
  • slikproblemen
  • pijn in de onderbuik (abdominale pijn)
  • misselijkheid
  • braken
  • diarree
  • ontstekingen of zweervorming in de mond of aan de anus
  • herstelbare bijwerkingen aan de huid zoals roodheid van de huid (erytheem), vorming van blazen of blaren, huiduitslag met hevige jeuk en vorming van bultjes , ontsteking van een bloedvat (vasculitis), haaruitval
  • herstelbare bijwerkingen zoals verhoogde enzymspiegels
  • herstelbare bijwerkingen aan de ogen, zoals ontstoken ogen met bloedingen (hemorragische conjunctivitis) gekenmerkt door stoornissen in het zien, lichtgevoeligheid (fotofobie), waterige of brandende ogen en ontsteking van het hoornvlies (keratitis)
  • verminderd bewustzijnsniveau (bij hoge doses)
  • spraakproblemen (bij hoge doses)
  • oogbevingen (nystagmus, bij hoge doses)
  • ontsteking van het bloedvat ter hoogte van de injectieplaats
  • te hoog urinezuurgehalte in het bloed (hyperuricemie)

Soms (meer dan 1 op 1000, maar minder dan 1 op 100 patïenten)

  • zere keel
  • hoofdpijn
  • ernstige overgevoeligheidsreacties (anafylaxie), die bijvoorbeeld ademhalingsproblemen of duizeligheid veroorzaken
  • bloedvergiftiging (sepsis)
  • ontsteking en zweervorming in de slokdarm
  • ernstige ontsteking van de dikke darm (necrotiserende colitis)
  • blaasjes in de dikke darmen (cysten)
  • zweervorming in de huid
  • jeuk
  • ontsteking op de injectieplaats
  • bruine/zwarte vlekken op de huid (lentigo)
  • gele verkleuring van de huid en oogbol (geelzucht)
  • longontsteking (pneumonie)
  • ademhalingsproblemen
  • verlamming van de benen en onderlichaam kan optreden als cytarabine gegeven wordt in de ruimte om het ruggenmerg
  • spier- en gewrichtspijn
  • ontsteking van het hartzakje (pericarditis)
  • nierfunctiestoornissen
  • achterblijven van urine in de blaas (urineretentie)
  • pijn op de borst
  • brandende pijn van de handpalmen en voetzolen

Zeer zelden (minder dan 1 op 10.000 patiënten, inclusief geïsoleerde gevallen)

  • ontsteking van zweetklieren
  • hartritmestoornissen (aritmie)

Andere bijwerkingen

Het cytarabine syndroom kan 6-12 uur na aanvang van de therapie optreden. De symptomen omvatten:

  • koorts
  • bot- en spierpijn
  • incidentele pijn op de borst
  • huiduitslag
  • ontstoken ogen (conjunctivitis)
  • misselijkheid

Uw arts kan corticosteroïden (ontstekingsremmende geneesmiddelen) voorschrijven om deze symptomen te voorkomen of te behandelen. Indien dit succesvol is kan de therapie met cytarabine voortgezet worden.

De volgende symptomen kunnen optreden na intrathecale toediening (injectie in de ruimte om het ruggenmerg) van cytarabine:

  • ontsteking en afbraak van de witte stof in de hersenen (necrotiserende leukoencefalitis)
  • blindheid
  • beschadiging van het ruggenmerg, uitlopend in verlamming van twee of alle vier ledematen (para- en quadriplegie)
  • misselijkheid
  • overgeven
  • hoofdpijn
  • koorts
  • andere symptomen als de vliezen om de hersenen en ruggenmerg ontstoken zijn

Centraal zenuwstelsel:

De volgende symptomen, die meestal omkeerbaar zijn, kunnen in tot eenderde van de patiënten ontstaan na hoge doses cytarabine:

  • persoonlijkheidsveranderingen
  • aangetaste waakzaamheid
  • spraakstoornissen
  • coördinatieproblemen
  • beven
  • oogbevingen (nystagmus)
  • hoofdpijn
  • verwardheid
  • slaperigheid
  • duizeligheid
  • coma
  • toevallen (convulsies)

Deze bijwerkingen kunnen vaker optreden:

  • bij oudere patiënten (>55 jaar)
  • bij patiënten met een verminderde werking van de lever en/of nieren
  • na voorafgaande behandeling tegen kanker van de hersenen en het ruggenmerg, bijv. bestraling of injectie van antikankermedicijnen in de ruimte rond het ruggenmerg (intrathecale behandeling)
  • alcoholmisbruik

De kans op schade aan het zenuwstelsel neemt toe als de cytarabine behandeling:

  • in hoge doses of met korte tussenpozen gegeven wordt
  • wordt gecombineerd met andere behandelingen die schadelijk zijn voor het zenuwstelsel (zoals bestraling of methotrexaat)

Maagdarmstelsel:

Vooral bij behandeling met hoge doses cytarabine kunnen ernstigere bijwerkingen optreden bovenop de vaak voorkomende bijwerkingen. Het ontstaan van gaten in de darmwand, afsterven (necrose) en blokkade van de dikke darm en ontsteking van de buikholte zijn gemeld. Etterbuilen in de lever (leverabcessen), leververgroting, afsluiting van de leverader en ontsteking van de alvleesklier zijn waargenomen na hoge-dosis-therapie. Indien cytarabine als infusie wordt toegediend zijn de bijwerkingen aan het maagdarmkanaal minder.

Longen:

Plotseling optredende, benauwende ademhalingsmoeilijkheden en vocht in de longen (pulmonair oedeem) zijn waargenomen, met name met hoge doses.

Overig:

  • hartspierziekte (cardiomyopathie)
  • abnormale afbraak van spierweefsel (rhabdomyolyse).

Wanneer één van de bijwerkingen ernstig wordt of als er bij u een bijwerking optreedt, die niet in deze bijsluiter is vermeld, raadpleeg dan uw arts of apotheker.

Hoe moet het worden bewaard?

Uw geneesmiddel wordt bewaard in een apotheek en wordt speciaal voor u klaargemaakt door deskundig personeel op basis van het voorschrift van uw arts.

Buiten het zicht en het bereik van kinderen houden.

Gebruik Cytarabine CF niet meer na de vervaldatum die staat vermeld op de flacon en doos.

Voor dit geneesmiddel zijn er geen speciale bewaarcondities.

Verdere informatie

Wat bevat Cytarabine CF

Het werkzame bestanddeel is cytarabine.

1 ml oplossing voor injectie bevat 20 mg cytarabine.

1 flacon van 2 ml bevat 40 mg cytarabine.

1 flacon van 5 ml bevat 100 mg cytarabine.

De andere bestanddelen zijn: natriumlactaat oplossing, natriumchloride, water voor injecties.

Hoe zit Cytarabine CF er uit en wat is de inhoud van de verpakking

Dit geneesmiddel is een oplossing voor injectie. De oplossing is helder en kleurloos, en zit in heldere glazen flacons, afgesloten met een rubberen stop en aluminium sluitring.

De verpakking bevat 10 flacons van 2 ml of 5 ml.

Niet alle verpakkingen hoeven in de handel te worden gebracht.

Houder van de vergunning voor het in de handel brengen en fabrikant

Vergunninghouder

Centrafarm B.V.

Nieuwe Donk 3 4879 AC Etten-Leur Nederland

Fabrikant

cell pharm GmbH Feodor-Lynen-Str. 35 30625 Hannover Duitsland

Deze bijsluiter is voor de laatste keer goedgekeurd in november 2010.

De volgende informatie is alleen bestemd voor artsen of andere beroepsbeoefenaren in de gezondheidszorg:

Onverenigbaarheden

Dit geneesmiddel dient niet gemengd te worden met andere geneesmiddelen, behalve met de middelen genoemd bij “Verwerking”.

Onverenigbaar met: heparine, insuline, methotrexaat, 5-fluorouracil, nafcilline, oxacilline, penicilline G, en methyl-prednisolon succinaat.

Verwerking

Cytarabine CF dient voor infusie verdund te worden met natriumchlorideoplossing, 9 mg/ml, of glucoseoplossing, 50 mg/ml. Het gebruik van infusieoplossing in een gesloten transmissiesysteem wordt aanbevolen. Verdunningsoplossingen die benzylalcohol bevatten mogen niet gebruikt worden voor intrathecale toediening. De concentratie mag echter niet hoger zijn dan 50 mg/ml.

Indien Cytarabine CF in contact komt met de huid, dient het blootgestelde gebied gespoeld te worden met een grote hoeveelheid water en daarna grondig gewassen te worden met water en zeep. Als de oplossing in de ogen komt, spoel dan zeer voorzichtig met een grote hoeveelheid water, en raadpleeg daarna onmiddellijk een oogspecialist.

Zwangere medewerkers dienen uitgesloten te worden van het werken met dit geneesmiddel.

Na gebruik dienen flessen en injectiematerialen, inclusief handschoenen, vernietigd te worden volgens de regels voor cytostatica.

Gemorst of gelekt geneesmiddel kan geïnactiveerd worden met 5% natriumhypochlorietoplossing. Alle reinigingsmaterialen dienen opgeruimd te worden zoals eerder aangegeven.

Houdbaarheid

Geopende ampullen mogen niet bewaard worden.

Stabiliteit na reconstitutie

Chemische en fysische stabiliteit na verdunning met natriumchlorideoplossing, 9 mg/ml of glucoseoplossing, 50 mg/ml is aangetoond gedurende 10 dagen indien opgeslagen in een koelkast of bij kamertemperatuur.

Uit microbiologisch oogpunt dient het product onmiddellijk gebruikt te worden. Indien niet onmiddellijk gebruikt, zijn de houdbaarheid na verdunning en de omstandigheden voorafgaand aan gebruik de verantwoordelijkheid van de gebruiker. De houdbaarheid na verdunning bedraagt normaal gesproken niet meer dan 24 uur bij 2-8ºC, tenzij verdunning heeft plaatsgevonden onder gecontroleerde en gevalideerde aseptische condities.

Laatst bijgewerkt op 24.08.2022


Logo

Uw persoonlijke medicatie-assistent

Medicijnen

Blader hier door onze uitgebreide database van A-Z medicijnen, met effecten, bijwerkingen en doseringen.

Stoffen

Alle actieve ingrediënten met hun werking, toepassing en bijwerkingen, evenals de medicijnen waarin ze zijn opgenomen.

Ziekten

Symptomen, oorzaken en behandeling van veelvoorkomende ziekten en verwondingen.

De weergegeven inhoud vervangt niet de originele bijsluiter van het medicijn, vooral niet met betrekking tot de dosering en werking van de afzonderlijke producten. We kunnen geen aansprakelijkheid aanvaarden voor de nauwkeurigheid van de gegevens, omdat deze gedeeltelijk automatisch zijn omgezet. Raadpleeg altijd een arts voor diagnoses en andere gezondheidsvragen.

© medikamio