Gebruik Pollinex boom- of graspollen niet:
- Als u een klacht hebt die van invloed is op de werking van uw immuunsysteem, zoals kwaadaardige tumoren en zogenaamde auto- immuunziekten
- Als u ernstige cardiovasculaire ziekten hebt (bijv. angina, artherosclerose)
- Als u een klacht hebt die de therapietrouw negatief kan beïnvloeden
- Als u jonger dan 6 jaar of ouder dan 60 jaar bent
- Als u astma hebt die niet bevredigend onder controle kan worden gehouden met geneesmiddelen
- Wanneer u geneesmiddelen gebruikt die het immuunsysteem onderdrukken (immunosuppressiva)
- Wanneer u zogenaamde bètablokkers (bijv. atenolol, propanolol) gebruikt, bijvoorbeeld omdat u een hoge bloeddruk hebt of lijdt aan bepaalde hartklachten
- Als u zwanger bent
- Als u allergisch bent voor een van de hulpstoffen (zie rubriek 6. Aanvullende informatie voor een volledige lijst van de hulpstoffen in Pollinex boom- of graspollen)
- Als uw tyrosinemetabolisme is verstoord (bijvoorbeeld in het geval van de klachten tyrosinemie en alkaptonurie).
Wees extra voorzichtig met Pollinex boom- of graspollen:
- Als bij u bekend is dat u geen adrenaline toegediend mag krijgen
Landspecifieke tekst (Nederland), definitieve versie 6.0
- Wanneer u koorts, een infectie, acute bronchitis of een astma-aanval hebt. U zult de injectie met Pollinex boom- of graspollen pas 1 week nadat u volledig bent hersteld ontvangen.
- Als u een bepaalde groep bloeddrukverlagende middelen ontvangt (ACE- remmers). Deze medicijnen kunnen, in combinatie met immunotherapie, bepaalde bijwerkingen geven.
U dient tenminste 30 minuten na de injectie in de wachtkamer van de arts te blijven voor observatiedoeleinden zodat kan worden bepaald of zich een ernstige bijwerking zoals anafylactische shock of ernstige kortademigheid ontwikkelt. Wanneer deze bijwerkingen binnen 24 uur na de injectie optreden, neem dan contact op met uw arts. Onthoud wanneer en in welke mate lokale reacties (zie 4. Mogelijke bijwerkingen) optreden en informeer uw arts hierover tijdens het volgende bezoek. Wanneer bijwerkingen optreden dient de behandeling tijdelijk te worden gestopt.
Raadpleeg uw arts wanneer een van de volgende waarschuwingen op u van toepassing is of in het verleden van toepassing is geweest.
Gebruik van Pollinex boom- of graspollen in combinatie met andere geneesmiddelen
Informeer uw arts of apotheker wanneer u andere geneesmiddelen gebruikt of kortgeleden heeft hebt gebruikt. Dit is ook van toepassing op zonder recept verkrijgbare geneesmiddelen.
Geneesmiddelen die de allergische reactie onderdrukken, zoals antihistaminica
(bijv. cetirizine en loratidine) en luchtwegverwijders (bijv. salbutamol en terbutaline) kunnen de dosis allergeen die u kunt verdragen beïnvloeden. Dit is ook van toepassing op mestcellenstabilisatoren zoals cromoglycaten en corticosteroïden. Als u stopt met het gebruik van deze geneesmiddelen tijdens de behandeling met Pollinex boom- of graspollen kan het noodzakelijk zijn de dosis allergeensuspensie aan te passen.
Wanneer u geneesmiddelen gebruikt die het immuunsysteem onderdrukken (zogenaamde immunosuppressiva), mag u niet beginnen met de behandeling met Pollinex boom- of graspollen. Wanneer u vaccinaties nodig hebt, moeten deze 7 dagen voor of na een injectie met Pollinex boom- of graspollen worden gegeven., tenzij deze vaccinaties direct gegeven moeten worden.
Zwangerschap en borstvoeding
Landspecifieke tekst (Nederland), definitieve versie 6.0
Als u zwanger bent dient u niet te beginnen met immunotherapie. Als u tijdens de behandeling zwanger raakt, moet u stoppen met de immunotherapie.
Het is niet bekend of dit middel wordt overgebracht in moedermelk. Het is niet raadzaam borstvoeding te geven tijdens het gebruik van dit middel.
Vraag uw arts of apotheker om advies voordat u een geneesmiddel krijgt toegediend.
Rijvaardigheid en het gebruik van machines
In zeldzame gevallen kan gedurende een periode van ongeveer 12 uur na de injectie een lichte vermoeidheid optreden.
Wanneer vermoeidheid wordt ondervonden dient u geen voertuig te besturen of machines te bedienen omdat uw vermogen om veilig te rijden en een machine of gereedschap te bedienen verminderd zal zijn.
3. Hoe wordt Pollinex boom- of graspollen toegediend?
Volg bij het gebruik van Pollinex Boom- of Graspollen nauwgezet het advies van uw arts. Raadpleeg bij twijfel uw arts of apotheker.
Volwassenen en kinderen van 12 jaar en ouder
U zult een aantal keren direct onder de huid (subcutaan) door uw arts worden geïnjecteerd volgens een door de arts bepaald doseringsschema. De injecties met allergoïden van graspollen beginnen normaal in januari of februari en de injecties met boompollen beginnen normaliter in oktober of november.
U zult in totaal 6 injecties ontvangen met injectiespuiten met toenemende sterkte: om te beginnen een injectie met injectiespuit nummer 1 (300 SU/0,5 ml), na 7 tot
14 dagen een injectie met injectiespuit nummer 2 (800 SU/0,5 ml) en na nog eens 7 tot 14 dagen een injectie met injectiespuit nummer 3 (2000 SU/0,5 ml). Daarna zult u nog eens drie injecties ontvangen met injectiespuit nummer 3 met tussenpozen van 14 tot 28 dagen.
Afhankelijk van uw reactie op de injecties kan uw arts besluiten het bovengenoemde doseringsschema aan te passen. Wanneer een ernstige lokale of algemene reactie is opgetreden, zal de dosis van de volgende injectie worden verminderd. Om deze reden is het belangrijk dat u bij een eerstvolgend bezoek aan uw arts goed heeft onthouden of er bepaalde nadelige gevolgen van de injectie hebben plaats gehad. Uw arts zal u hiernaar vragen.
Landspecifieke tekst (Nederland), definitieve versie 6.0
De injecties met een graspollenextract beginnen in januari of februari zodat de behandelingskuur in april is afgelopen, vlak voor het begin van het bloeiseizoen van graspollen. Om dezelfde reden beginnen injecties met het boompollen in oktober of november, zodat deze behandelingskuur is voltooid in januari, vóór het begin van het bloeiseizoen van het boompollen.
Kinderen van 6 tot 12 jaar oud;
Er zijn onvoldoende gegevens beschikbaar om een specifiek doseringsadvies te geven voor kinderen van 6 tot 12 jaar oud.
Het is niet waarschijnlijk dat u teveel pollen krijgt toegediend. Wanneer dit echter het geval is, zal uw arts u grondig onderzoeken. Als u bang bent dat u teveel toegediend hebt gekregen, of als u vragen hebt over de toegediende dosis, raadpleeg dan de arts die u de dosis heeft gegeven.
Het is niet waarschijnlijk dat u een dosis zult missen omdat uw arts een doseringsschema volgt met de frequentie van de injecties. Als u echter denkt dat u mogelijk een dosis hebt gemist, raadpleeg dan uw arts.
Wanneer u vragen heeft, neem dan contact op met uw arts of apotheker.