Fludarabinefosfaat Actavis 25 mg/ml, concentraat voor oplossing voor injectie of infusie

Fludarabinefosfaat Actavis 25 mg/ml, concentraat voor oplossing voor injectie of infusie
Werkzame stof(fen)Fludarabine
Toelatingslandnl
VergunninghouderActavis
ATC-codeL01BB05
Farmacologische groepenAntimetabolieten

Patiëntenbijsluiter

Wat is het en waarvoor wordt het gebruikt?

Fludarabinefosfaat Actavis is een geneesmiddel tegen kanker.

Dit middel wordt gebruikt voor de behandeling van B-cel chronische lymfatische leukemie (B-CLL) in patiënten waarvan de bloedcelproductie voldoende gezond is. Dit is een type kanker van witte bloedcellen (de cellen worden lymfocyten genoemd).

De eerste behandeling voor chronische lymfatische leukemie met dit middel mag alleen worden gestart bij patiënten met een gevorderde ziekte die symptomen hebben gerelateerd aan de ziekte of bij aanwijzingen van progressie van de ziekte.

Wat moet u weten voordat u het gebruikt?

  • als u allergisch bent voor fludarabinefosfaat of voor één van de stoffen die in dit geneesmiddel zitten. Deze stoffen kunt u vinden onder rubriek 6.
  • als u borstvoeding geeft.
  • als u ernstige nierproblemen heeft.
  • als u een laag aantal rode bloedcellen heeft door een bepaalde vorm van bloedarmoede (gedecompenseerde hemolytische anemie). Als dit het geval is, heeft uw arts u dit verteld.
  • Als u zich ziek voelt, vertel dit aan uw arts. Uw arts kan beslissen het geneesmiddel niet aan u te geven of zal dit geneesmiddel geven en voorzorgsmaatregelen nemen. Dit is erg belangrijk als uw beenmerg niet goed werkt of als u gevoelig bent voor infecties.
  • Als u ongebruikelijke bloeduitstortingen opmerkt, na een verwonding meer bloed dan gewoonlijk heeft of als u veel infecties oploopt, vertel dit uw arts. Het aantal normale rode bloedcellen kan verminderd zijn en daarom worden er regelmatig bloedtesten van u afgenomen gedurende de behandeling.
  • De ziekte zelf en de behandeling kunnen een verminderd aantal rode bloedcellen veroorzaken en uw immuunsysteem kan verschillende delen van uw lichaam aanvallen (auto-immuunziekte). Het kan ook gericht zijn tegen uw rode bloedcellen (genaamd auto-immuun hemolyse). Deze aandoeningen kan levensbedreigend zijn. Als dit gebeurt kunt u andere medicatie krijgen zoals een bloedtransfusie (bestraald, zie hieronder) en adrenocorticoïden.
  • Als u een bloedtransfusie nodig heeft en u wordt (of bent) behandeld met dit geneesmiddel, dient u dit aan de arts te vertellen. Uw arts zal ervoor zorgen dat u alleen bloed ontvangt, dat een speciale behandeling heeft ondergaan (bestraald). Er zijn ernstige complicaties en zelfs overlijden gemeld wanneer onbestraald bloed werd gegeven.
  • Als er stamcellen moeten worden afgenomen en u wordt (of bent) behandeld met dit geneesmiddel, dient u dit aan de arts te melden.
  • Als uw lever niet naar behoren werkt, kan uw arts dit geneesmiddel met voorzorgsmaatregelen geven.
  • Als u enige vorm van nierfalen heeft, dient uw nierfunctie regelmatig gecontroleerd te worden. Als blijkt dat uw nieren niet naar behoren werken, kan dit geneesmiddel in een lagere dosis gegeven worden. Als u ernstige nierenproblemen heeft, zal dit geneesmiddel niet aan u worden gegeven. Patiënten met een leeftijd van 65 jaar of ouder moeten de nierfunctie laten controleren voordat de behandeling start.
  • Er is weinig informatie bekend over de effecten van dit middel bij patiënten van 75 jaar en ouder. Uw arts zal dit met voorzorgsmaatregelen gebruiken als u in deze leeftijdsgroep valt.
  • Als u zeer ernstige chronische lymfatische leukemie heeft, is uw lichaam mogelijk niet in staat om alle afvalproducten van de cellen die door dit middel zijn vernietigd, af te voeren. Dit heet tumorlysis syndroom en kan uitdroging, nierfalen en hartproblemen veroorzaken. Uw arts zal hiervan op de hoogte zijn en kan u andere medicatie geven.
  • Als u enige ongewone effecten op het centraal zenuwstelsel ervaart, dient u dit aan arts te vertellen. Dit is omdat wanneer het middel gebruikt werd bij patiënten die doseringen kregen die viermaal zo hoog waren dan de aanbevolen dosis, ernstige centraal zenuwstelsel (hersenen en ruggenmerg) effecten zoals blindheid, coma en overlijden zijn gerapporteerd.
  • Vertel uw arts als u enige verandering aan uw huid opmerkt zowel tijdens uw behandeling of nadat de behandeling is beëindigd. Uw arts dient de ernst van de huidveranderingen te controleren. Als u huidkanker heeft, kunnen de beschadigde gebieden van uw huid erger worden gedurende het gebruik van dit geneesmiddel.
  • Vruchtbare mannen en vrouwen moeten tijdens de behandeling en gedurende minimaal 6 maanden daarna effectieve anticonceptie gebruiken.
  • Als u een vaccinatie nodig heeft, bespreek dit dan met uw arts, omdat vaccinaties met een levend vaccin tijdens en na behandeling met dit middel moeten worden vermeden.

Kinderen en jongeren tot 18 jaar

Fludarabine wordt niet aanbevolen voor het gebruik bij kinderen en jongeren tot 18 jaar. Er zijn geen gegevens beschikbaar betreffende het gebruik van fludarabinefosfaat bij de paediatrische populatie.

Gebruikt u naast Fludarabinefosfaat Actavis nog andere geneesmiddelen of heeft u dat kort geleden gedaan? Vertel dat dan uw arts of apotheker. Het is vooral belangrijk als u een geneesmiddel gebruikt genaamd pentostatine of deoxycoformycine (ook gebruikt om chronische lymfatische leukemie te behandelen) aangezien het in combinatie met dit middel niet wordt aanbevolen. Sommige geneesmiddelen bijv. dipyridamol (gebruikt om overmatige bloedstolling tegen te gaan) kan de effectiviteit van dit middel verminderen.

Het is vooral belangrijk om uw arts te vertellen over:

  • pentostatine (deoxycoformycine), ook gebruikt om B-cellen te behandelen. Gebruik van deze twee geneesmiddelen samen kan tot ernstige longproblemen leiden.
  • dipyridamol, gebruikt om overmatige bloedstolling tegen te gaan of andere gelijksoortige bestanddelen. Zij kunnen mogelijk de effectiviteit van de behandeling met dit middel verminderen.
  • cytarabine (Ara-C), gebruikt om chronische lymfatische leukemie te behandelen. Als dit middel wordt gecombineerd met cytarabine kan de concentratie van fludarabine in de leukemische cellen verhoogd worden. Het is echter niet aangetoond dat de totale concentraties in het bloed en de verwijdering uit het bloed verandert.

Zwangerschap , borstvoeding en vruchtbaarheid

Bent u zwanger, denkt u zwanger te zijn, wilt u zwanger worden of geeft u borstvoeding? Neem dan contact op met uw arts of apotheker voordat u dit geneesmiddel gebruikt.

Fludarabine behandeling heeft de potentie het ongeboren kind te schaden. U dient dit middel niet te gebruiken als u zwanger bent tenzij strikt noodzakelijk en wanneer de mogelijke voordelen opwegen tegen de mogelijke risico’s voor het ongeboren kind. Als u een vrouw bent in de vruchtbare leeftijd, voorkom dan dat u zwanger wordt tijdens de behandeling en gedurende minimaal 6 maanden na de behandeling. Echter, als u zwanger wordt, informeer dan onmiddellijk uw arts.

Mannen die behandeld zijn met Fludarabinefosfaat Actavis en die vader kunnen worden, moeten betrouwbare anticonceptiemethoden gebruiken gedurende de behandeling en tot minstens 6 maanden na beëindiging van de behandeling.

Het is niet bekend of dit middel in de moedermelk van vrouwen behandeld met Fludarabinefosfaat Actavis wordt uitgescheiden. Echter in studies met dieren werd het geneesmiddel in moedermelk aangetroffen. Daarom dient u geen borstvoeding te geven gedurende de behandeling met dit geneesmiddel.

Rijvaardigheid en het gebruik van machines

Sommige mensen kunnen last krijgen van vermoeidheid, gevoel van zwakte, visuele stoornissen, een onrustig gevoel of epileptische aanvallen tijdens de behandeling met Fludarabinefosfaat Actavis. Probeer geen voertuig te besturen of machines te bedienen, tot u zeker bent dat u geen last heeft van de behandeling.

Fludarabinefosfaat Actavis bevat natrium

Dit geneesmiddel bevat minder dan 1 mmol natrium per dosering; dat wil zeggen nagenoeg natriumvrij.

Hoe wordt het gebruikt?

Dit middel moet worden toegediend onder toezicht van een bevoegde arts die ervaring heeft met het behandelen van kanker.

De dosering die gegeven wordt is afhankelijke van de grootte van uw lichaam. Het is afhankelijk van uw lichaamsoppervlak. Technisch gezien wordt dit gemeten in vierkante meter (m2), maar wordt berekend aan de hand van uw lengte en gewicht. De aanbevolen dosis is 25 mg /m2 lichaamsoppervlak. Dit wordt zowel als een injectie of als een infusie (met een druppelinfuus) toegediend eenmaal per dag rechtstreeks in een ader op 5 achtereenvolgende dagen elke 28 dagen. Deze 5-daagse kuur wordt elke 28 dagen herhaald totdat uw arts besluit dat het best mogelijke effect is bereikt (meestal na 6 kuren). De dosering kan worden verlaagd of de volgende kuur kan worden uitgesteld als de bijwerkingen een probleem vormen. Als u nierproblemen heeft of als u ouder bent dan 65, zult u regelmatig tests ondergaan om uw nierfunctie te controleren. Als uw nieren niet goed werken, kunt u een lagere dosis van dit geneesmiddel krijgen. Als uw nierenfunctie ernstig is verminderd zult u dit geneesmiddel helemaal niet krijgen (zie ook rubriek 2 ‘Wanneer mag u dit middel niet gebruiken of moet u er extra

voorzichtig mee zijn?’).

De veiligheid van dit geneesmiddel bij kinderen en jongeren tot 18 jaar is niet aangetoond en behandeling wordt niet aanbevolen.

Als de Fludarabinefosfaat Actavis-oplossing in contact komt met huid of de slijmvliezen van uw neus of mond, moeten deze grondig met water en zeep worden afgespoeld. Mocht de oplossing in contact met de ogen komen, spoel de ogen dan grondig met een ruime hoeveelheid water. Voorkom blootstelling door inademing.

Als u teveel van dit middel heeft ontvangen, dan zal uw arts de behandeling stoppen en de symptomen behandelen.

Symptomen van een overdosering kunnen vertraagde blindheid, coma en zelfs overlijden als gevolg van onomkeerbare toxiciteit op het centrale zenuwstelsel zijn. Hoge doses kunnen leiden tot een ernstig verminderd aantal bloedcellen.

Uw arts bepaalt op welke tijdstippen u dit geneesmiddel krijgt toegediend. Als u denkt dat u een dosis heeft overgeslagen, neem dan zo snel mogelijk contact op met uw arts.

Heeft u nog andere vragen over het gebruik van dit geneesmiddel? Neem dan contact op met uw arts of apotheker.

Wat zijn mogelijke bijwerkingen?

Zoals elk geneesmiddel kan ook dit geneesmiddel bijwerkingen hebben, al krijgt niet iedereen daarmee te maken. Als u niet weet wat de bijwerkingen inhouden, vraag uw dokter om uitleg.

Sommige bijwerkingen kunnen levensbedreigend zijn.

  • Als u moeilijkheden heeft met ademhalen, u hoest of pijn heeft op de borst met of zonder koorts. Dat kunnen tekenen zijn van een infectie van de longen.
  • Als u ongewone blauwe plekken krijgt, als u meer bloedt dan normaal na een verwonding of als u veel infecties oploopt. Dit kan worden veroorzaakt door een verminderd aantal bloedcellen. Dit kan ook leiden tot een verhoogd risico op (ernstige) infecties, die worden veroorzaakt door organismen die normaal in gezonde personen geen ziekte veroorzaken

(opportunistische infecties), waaronder een late reactivatie van virussen, zoals bijvoorbeeld herpes zoster.

  • Als u pijn in uw zij, bloed in uw urine of verminderde hoeveelheid urine opmerkt. Deze tekenen kunnen wijzen op tumorlysis syndroom (zie rubriek 2, 'Wanneer moet u extra voorzichtig zijn met dit middel?').
  • Als u een huid- en/of slijmvliesreactie met roodheid, ontsteking, blaarvorming en afbraak van weefsel opmerkt. Dit kunnen tekenen zijn van een ernstige allergische reactie (Lyell’s syndroom, Stevens-Johnson syndroom).
  • Als u hartkloppingen heeft (als u zich plotseling bewust wordt van uw hartslag) of als u pijn in de borstkas heeft. Deze kunnen wijzen op hartproblemen.

► Vertel het direct aan uw arts als u één van deze bijwerkingen opmerkt.

Hieronder volgt een lijst van mogelijke bijwerkingen, gerangschikt naar hoe vaak ze voorkomen. De zelden optredende bijwerkingen (minder dan 1 op de 1000 patiënten) zijn voornamelijk vastgesteld tijdens post-marketing ervaring.

Zeer vaak, komen voor bij meer dan 1 op de 10 patiënten:

  • infecties (soms ernstig)
  • infecties vanwege een onderdrukt immuunsysteem (opportunistische infecties)
  • infectie van de longen (pneumonie) met mogelijke verschijnselen zoals moeite met ademhalen en/of hoesten met of zonder koorts
  • afname van het aantal bloedplaatjes (trombocytopenie) met de kans op blauwe plekken en bloedingen
  • Verlaagd aantal witte bloedcellen (neutropenie)
  • Verlaagd aantal rode bloedcellen (anemie)
  • hoesten
  • braken, diarree, misselijkheid (nausea)
  • koorts
  • vermoeidheid (fatigue)
  • zwakte

Vaak, komen voor bij minder dan 1 op de 10 patiënten:

  • andere vormen van bloedkanker (myelodysplastisch syndroom, acute myeoloïde leukemie). De meeste patiënten met deze aandoeningen werden eerder, tegelijkertijd of later behandeld met andere geneesmiddelen tegen kanker (alkylerende middelen, topoisomerase remmers) of bestralingstherapie.
  • beenmergdepressie (myelosuppressie)
  • ernstige afname van de eetlust leidend tot gewichtsverlies (anorexie)
  • verdoofd gevoel of zwakte in de ledematen (perifere neuropathie)
  • verstoord zicht
  • ontsteking van de binnenkant van de mond (stomatitis)
  • huiduitslag
  • zwelling door buitensporig vasthouden van vocht (oedeem)
  • ontsteking van het slijmvlies van het spijsverteringskanaal van de mond tot aan de anus (mucositis)
  • koude rillingen
  • algemeen niet lekker voelen

Soms, komen voor bij minder dan 1 op de 100 gebruikers:

  • aanval van het immuunsysteem op delen van het lichaam of rode bloedcellen (Auto- immuunziekte)
  • verhoging van kalium, fosfaat en urinezuur in het bloed die nierproblemen kan veroorzaken (Tumorlysissyndroom)
  • verwardheid
  • longtoxiciteit, littekenvorming in de longen (pulmonaire fibrose), ontsteking van de longen (pneumonitis), kortademigheid (dyspneu)
  • bloedingen in de maag of darmen
  • abnormale concentraties van de enzymen van de lever of de alvleesklier

Zelden, komen voor bij minder dan 1 op 1000 patiënten:

  • stoornissen in het lymfestelsel door een virale infectie (EBV-geassocieerde lymfoproliferatieve stoornis)
  • coma
  • epileptische aanvallen
  • onrustig gevoel (agitatie)
  • blindheid;
  • ontsteking of schade aan de zenuw van de ogen (optische neuritis, optische neuropathie)
  • hartfalen
  • onregelmatige hartslag (aritmie)
  • huidkanker
  • huid- en/of slijmvliesreacties met roodheid, ontsteking, blaarvorming en weefselafbraak (Lyell’s syndroom, Stevens-Johnson syndroom)

Frequenties niet bekend, frequentie kan op basis van de beschikbare gegevens niet worden vastgesteld

  • ontsteking van de blaas, wat pijn bij het urineren kan veroorzaken en kan leiden tot bloed in de urine (hemorragische cystitis)
  • bloeding in de hersenen (cerebrale bloeding)
  • bloeding in de longen (pulmonaire bloeding)

Krijgt u veel last van een van de bijwerkingen? Of krijgt u een bijwerking die niet in deze bijsluiter staat? Neem dan contact op met uw arts.

Hoe moet het worden bewaard?

Buiten het zicht en bereik van kinderen houden.

Bewaar de injectieflacon voor opening tussen 2-8˚C.

De verdunde oplossing van dit middel in natriumchloride 0,9% is stabiel tot 28 dagen in PVC en PE zakken bij 2-8˚C en bij 25˚C, indien beschermd tegen licht.

Vanuit microbiologische oogpunt dient dit product onmiddellijk gebruikt te worden. Als het niet onmiddellijk gebruikt wordt, is de gebruiker verantwoordelijk voor de bewaartijden en - omstandigheden voor gebruik en mag de bewaartijd niet langer zijn dan 24 uur bij een temperatuur van 2 tot 8 °C, tenzij het verdunnen heeft plaatsgevonden onder gecontroleerde en gevalideerde aseptische omstandigheden.

Gebruik dit geneesmiddel niet meer na de uiterste houdbaarheidsdatum. Die is te vinden op de doos en de injectieflacon na EXP. Daar staat een maand en een jaar. De laatste dag van die maand is de uiterste houdbaarheidsdatum.

Spoel geneesmiddelen niet door de gootsteen of de WC. Vraag uw apotheker wat u met geneesmiddelen moet doen die u niet meer gebruikt. Ze worden dan op een verantwoorde manier vernietigd en komen niet in het milieu terecht.

Verdere informatie

  • De werkzame stof in dit middel is fludarabinefosfaat. 1 ml concentraat bevat 25 mg fludarabinefosfaat. Elke 2 ml injectieflacon bevat 50 mg fludarabinefosfaat.
  • De andere stoffen in dit middel zijn dinatriumfosfaat dihydraat, water voor injecties, natriumhydroxide (voor pH-aanpassing)

Fludarabinefosfaat Actavis is een heldere, kleurloze of bijna kleurloze oplossing.

Kleurloze glazen injectieflacon (type I) met bromobutyl rubberen stop en metalen dop (aluminium) met polypropyleen deksel. Injectieflacon wordt verpakt met of zonder een beschermende plastic buitenverpakking.

Verpakkingsgrootten 2 ml injectieflacon

5 x 2 ml injectieflacon

Niet alle genoemde verpakkingsgrootten worden in de handel gebracht.

Houder van de vergunning voor het in de handel brengen en fabrikant

Houder van de vergunning Actavis Group PTC ehf Reykjavikurvegur 76-78 220 Hafnarfjördur

IJsland

Fabrikant

Actavis Italy SpA

Via Pasteur 10,

20014 Nerviano (Milaan)

Italië

In het Register ingeschreven onder: RVG 112183.

Dit geneesmiddel is geregistreerd in lidstaten van de EEA onder de volgende namen:

Bulgarije, Estland,  
Griekenland Fludarabine Actavis

Deze bijsluiter is voor het laatst goedgekeurd in juni 2013.

Gedetailleerde informatie over dit geneesmiddel is beschikbaar op de website van College ter Beoordeling van Geneesmiddelen www.cbg-meb.nl.

DE VOLGENDE INFORMATIE IS ALLEEN BESTEMD VOOR ARTSEN OF ANDERE BEROEPSBEOEFENAREN IN DE GEZONDHEIDSZORG:

Fludarabinefosfaat Actavis 25 mg/ml, concentraat voor oplossing voor injectie of infusie

Instructie voor gebruik, hantering en verwijdering

ANTINEOPLASTISCHE MIDDELEN

Een cross-over van een initiële behandeling met fludarabinefosfaat naar chloorambucil voor patiënten die niet op fludarabinefosfaat reageren, moet worden vermeden aangezien de meeste patiënten die resistent waren tegen fludarabinefosfaat ook tegen chloorambucil resistent bleken te zijn.

Instructies voor gebruik

Dit geneesmiddel mag niet gemengd worden met andere geneesmiddelen dan die hieronder vermeld.

Verdunning

De vereiste dosis (berekend op basis van het lichaamsoppervlak van de patiënt) wordt in een injectiespuit opgezogen. Voor een intraveneuze bolusinjectie wordt deze dosis verder verdund in 10 ml natriumchloride 0,9%. Als alternatief kan de vereiste dosis voor infusie in 100 ml natriumchloride 0,9% worden verdund en middels een intraveneus infuus gedurende ca. 30 minuten worden toegediend.

Controle voor gebruik

Alleen heldere en kleurloze tot gelige oplossingen zonder deeltjes mogen worden gebruikt. Dit middel mag niet worden gebruikt als de verpakking beschadigd is.

Bewaarcondities na verdunning

De verdunde oplossing van dit middel in natriumchloride 0,9% is stabiel tot 28 dagen in PVC en PE zakken bij 2-8˚C en bij 25˚C wanneer beschermd tegen licht. Vanuit microbiologisch oogpunt moet het product onmiddellijk worden gebruikt. Indien het niet onmiddellijk wordt gebruikt, is de gebruiker verantwoordelijk voor de bewaartijden en -omstandigheden voor gebruik en mag de bewaartijd niet langer zijn dan 24 uur bij een temperatuur van 2 tot 8 °C, tenzij de verdunning heeft plaatsgevonden onder gecontroleerde en gevalideerde aseptische omstandigheden.

Hantering en verwijdering

Dit middel mag niet door zwanger personeel worden verwerkt.

Procedures voor correcte hantering moeten in acht genomen worden, overeenkomstig de lokale richtlijnen inzake cytotoxische geneesmiddelen. Hantering en bereiden van Fludarabinefosfaat Actavis-oplossing dient met voorzichtigheid te geschieden. Het verdient aanbeveling om latex handschoenen en een veiligheidsbril te gebruiken om blootstelling te voorkomen in het geval van breken van de injectieflacon of het per ongeluk morsen.

Indien de oplossing in contact komt met huid of slijmvliezen, moeten deze grondig met water en zeep worden afgespoeld. Mocht de vloeistof in contact met de ogen komen, spoel de ogen dan grondig met een ruime hoeveelheid water. Blootstelling door inademing moet vermeden worden.

Dit geneesmiddel is uitsluitend bestemd voor eenmalig gebruik. Al het ongebruikt product of afvalmateriaal dient te worden weggegooid volgens de lokale voorschriften voor cytotoxische middelen.

Laatst bijgewerkt op 24.08.2022

Meer medicijnen met dezelfde werkzame stof

De volgende medicijnen bevatten ook de werkzame stof Fludarabine. Raadpleeg uw arts over een mogelijk alternatief voor Fludarabinefosfaat Actavis 25 mg/ml, concentraat voor oplossing voor injectie of infusie

Medicijn
Vergunninghouder

Logo

Uw persoonlijke medicatie-assistent

Medicijnen

Blader hier door onze uitgebreide database van A-Z medicijnen, met effecten, bijwerkingen en doseringen.

Stoffen

Alle actieve ingrediënten met hun werking, toepassing en bijwerkingen, evenals de medicijnen waarin ze zijn opgenomen.

Ziekten

Symptomen, oorzaken en behandeling van veelvoorkomende ziekten en verwondingen.

De weergegeven inhoud vervangt niet de originele bijsluiter van het medicijn, vooral niet met betrekking tot de dosering en werking van de afzonderlijke producten. We kunnen geen aansprakelijkheid aanvaarden voor de nauwkeurigheid van de gegevens, omdat deze gedeeltelijk automatisch zijn omgezet. Raadpleeg altijd een arts voor diagnoses en andere gezondheidsvragen.

© medikamio