FLUOXETINE 20 MG PCH
Capsules, hard
- als u allergisch (overgevoelig) bent voor fluoxetine of voor één van de andere bestanddelen van Fluoxetine 20 PCH. Bij een allergie kan huiduitslag, jeuk, gezwollen gezicht of lippen of kortademigheid optreden
- als u geneesmiddelen gebruikt die bekend staan als monoamineoxidaseremmers (ook MAOI´s genoemd) die ook gebruikt worden om depressie te behandelen, aangezien in combinatie met deze geneesmiddelen ernstige of zelfs fatale reacties kunnen optreden. Voorbeelden van MAOI’s zijn nialamide, iproniazide, selegiline, moclobemide, fenelzine, trancylpromine, isocarboxazide en toloxaton. Zie de rubriek ‘Inname met andere geneesmiddelen’ voor meer informatie over deze geneesmiddelen.
Gedachten over zelfmoord en verergering van uw depressie of angststoornis
Als u depressief bent en/of lijdt aan angststoornissen kunt u soms gedachten hebben over zelfbeschadiging of zelfmoord. Deze gedachten kunnen toenemen als u voor het eerst middelen tegen depressie (antidepressiva) gaat innemen, aangezien deze middelen allemaal de tijd nodig hebben, in het algemeen ongeveer 2 weken of soms langer, om te gaan werken.
U heeft een grotere kans dat u dit soort gedachten vertoont:
- als u al eerder gedachten heeft gehad over zelfmoord of zelfbeschadiging
- als u een jongvolwassene bent. Informatie uit klinische onderzoeken heeft een toegenomen risico aangetoond van zelfmoordgedrag bij jongvolwassenen (jonger dan 25 jaar oud) met psychiatrische aandoeningen die behandeld werden met een antidepressivum.
Als u op enig moment gedachten over zelfbeschadiging of zelfmoord heeft, neem dan direct contact op met uw arts of ga direct naar het ziekenhuis.
Het kan helpen als u een vriend of familielid vertelt dat u zich depressief voelt of dat u lijdt aan een angststoornis, en hen vraagt deze bijsluiter te lezen. U kunt hen vragen u te vertellen of zij denken dat uw depressie of angststoornis erger wordt of als zij zich zorgen maken over veranderingen in uw gedrag.
Kinderen en jongeren van 8 tot 18 jaar
Patiënten jonger dan 18 jaar hebben een verhoogd risico op bijwerkingen zoals zelfmoordpogingen, zelfmoordgedachten en vijandigheid (voornamelijk agressie, tegendraads gedrag en woede) wanneer zij deze klasse van geneesmiddelen gebruiken. Fluoxetine 20 PCH dient alleen gebruikt te worden bij kinderen en adolescenten van 8 tot 18 jaar voor de behandeling van matige tot ernstige depressieve episodes (in combinatie met psychotherapie) en het dient niet toegepast te worden voor andere indicaties.
Daarnaast zijn er slechts beperkte gegevens beschikbaar over de veiligheid van Fluoxetine 20 PCH op langere termijn met betrekking tot de groei, puberteit, mentale en emotionele ontwikkeling in deze leeftijdsgroep. Desondanks kan uw arts Fluoxetine 20 PCH voorschrijven aan patiënten jonger dan 18 jaar met een matige tot ernstige depressieve episode in combinatie met psychotherapie omdat hij/zij denkt dat dat voor het kind het beste is. Indien uw arts Fluoxetine 20 PCH heeft voorgeschreven voor een patiënt jonger dan 18 jaar en u wilt hierover praten, ga dan terug naar uw arts. U dient uw arts te
FLUOXETINE 20 MG PCH
Capsules, hard
informeren indien één van bovenstaande symptomen zich ontwikkelt of verergert bij een patiënt jonger dan 18 jaar die Fluoxetine 20 PCH gebruikt.
Fluoxetine 20 PCH dient niet gebruikt te worden voor de behandeling van kinderen die jonger zijn dan 8 jaar.
Vertel het uw arts of apotheker:
- als u lijdt aan epilepsie of in het verleden een stuip heeft gehad. Neem direct contact op met uw arts als u stuipen (convulsies) krijgt of de frequentie van de stuipen toeneemt, omdat het nodig kan zijn om de behandeling met fluoxetine te staken
- als u manisch bent geweest in het verleden; indien u een manische episode doormaakt neem dan direct contact op met uw arts, omdat het nodig kan zijn het gebruik van fluoxetine te staken
- als u diabetes heeft (het kan nodig zijn dat uw arts de dosering van insuline of andere geneesmiddelen voor diabetes eventueel aanpast
- als u leverfunctieproblemen heeft (het kan nodig zijn dat uw arts de dosering aanpast)
- als u hartproblemen heeft
- als u diuretica gebruikt (plastabletten), vooral wanneer u een oudere bent
- als u ECT (elektroconvulsietherapie) ondergaat
- als u bloedingsstoornissen heeft gehad of als u blauwe plekken of ongebruikelijke bloedingen krijgt
- als u andere geneesmiddelen gebruikt die de bloedstolling tegengaan zijn (zie ‘inname in combinatie met andere geneesmiddelen’).
- als u tamoxifen inneemt (gebruikt bij de behandeling van borstkanker)
- als u zich rusteloos begint te voelen en niet kan stilzitten of stilstaan (akathisie). Verhogen van uw dosis fluoxetine kan dit erger maken.
Gebruikt u naast Fluoxetine 20 PCH nog andere geneesmiddelen, of heeft u dat kort geleden gedaan of bestaat de mogelijkheid dat u in de nabije toekomst andere geneesmiddelen gaat gebruiken? Vertel dat dan uw arts of apotheker.
Gebruik fluoxetine niet in combinatie met bepaalde MAOI’s:
-
niet-selectieve MAOI’s (zoals isocarboxazide) en reversibele MAOI’s type A (zoals moclobemide) gebruikt bij de behandeling van depressie mogen niet gelijktijdig gebruikt worden met dit geneesmiddel omdat het een ernstige of zelfs fatale reactie (serotonine syndroom) kan veroorzaken (zie rubriek 4 ‘Mogelijke bijwerkingen’).
-
MAOI’s Type B gebruikt bij de behandeling van de ziekte van Parkinson zoals selegiline, mogel wel samen met Fluoxetine 20 PCH worden gebruikt mits uw arts u nauwgezet controleert
- de behandeling met fluoxetine mag pas 2 weken na het stoppen van de irreversibele MAOI- behandeling (zoals tranylcypromine) worden gestart. Bij bepaalde reversibele MAOI's (bijv. moclobemide) kan echter al de dag na de stopzetting worden gestart met de behandeling met fluoxetine. Als u twijfelt, raadpleeg dan uw arts of apotheker voordat u begint met het gebruiken van fluoxetine.
FLUOXETINE 20 MG PCH
Capsules, hard
-
gebruik GEEN MAOI’s gedurende ten minste 5 weken nadat u gestopt bent met het innemen van fluoxetine. Als fluoxetine langdurig en/of met een hoge dosis door u is gebruikt, kan uw arts een langere wachttijd voorstellen.
Het is belangrijk dat u het uw arts vertelt als u de volgende geneesmiddelen gebruikt:
-
lithium, tryptofaan of clozapine (gebruikt bij de behandeling van bepaalde psychische stoornissen); er is een verhoogd risico op het serotoninesyndroom wanneer deze geneesmiddelen gelijktijdig toegediend worden met Fluoxetine 20 PCH. Wanneer fluoxetine wordt gebruikt samen met lithium zal uw arts u vaker willen controleren
-
fenytoïne (voor epilepsie); aangezien Fluoxetine 20 PCH de bloedspiegels van dit geneesmiddel kan beïnvloeden, kan het nodig zijn dat uw arts fenytoïne voorzichtiger start en u vaker controleert wanneer het samen gegeven wordt met Fluoxetine 20 PCH
-
tramadol (een pijnstiller)
-
triptanen (voor migraine); er is een verhoogd risico op een verhoogde bloeddruk
-
niet-steroïde ontstekingsremmers (NSAID’s zoals aspirine, ibuprofen, gebruikt bij de behandeling van een ontsteking en pijn)
-
fenothiazines (zoals chloorpromazinehydrochloride, prochloorperazine
-
flecaïnide of encaïnide (voor hartproblemen)
-
carbamazepine (voor epilepsie)
-
tricyclische antidepressiva (zoals imipramine, desipramine en amitryptyline): aangezien Fluoxetine 20 PCH mogelijk de bloedconcentratie van flecaïnide, encaïnide, carbamazepine, en tricyclische antidepressiva beïnvloedt, kan het nodig zijn dat uw arts de dosis van deze middelen mogelijk verlaagt bij gelijktijdig gebruik met fluoxetine.
-
warfarine of andere geneesmiddelen die bloedverdunnend werken; fluoxetine kan de werking van deze middelen op het bloed veranderen. Indien fluoxetine wordt gestart of gestopt wanneer u warfarine gebruikt, zal uw arts bepaalde testen moeten uitvoeren.
-
tamoxifen (gebruikt bij de behandeling van borstkanker), omdat fluoxetine de bloedspiegels hiervan kan veranderen en een afname van de werking van tamoxifen niet kan worden uitgesloten. Uw arts kan een andere antidepressiebehandeling noodzakelijk vinden.
- het kruidengeneesmiddel Sint-Janskruid. U mag niet starten met het gebruik van Sint-Janskruid wanneer u behandeld wordt met Fluoxetine 20 PCH aangezien er een toename kan optreden van bijwerkingen. Indien u al Sint-Janskruid gebruikt, moet u vóór aanvang van het gebruik van Fluoxetine 20 PCH het gebruik van Sint-Janskruid staken. Bespreek dit met uw arts vóór de start van de fluoxetinebehandeling.
- U kunt Fluoxetine 20 PCH innemen met of zonder voedsel, afhankelijk van wat u het prettigst vindt.
- U dient alcohol te vermijden wanneer u dit geneesmiddel gebruikt.
Zwangerschap, borstvoeding en vruchtbaarheid
Zwangerschap
Bent u zwanger, denkt u zwanger te zijn, wilt u zwanger worden of geeft u borstvoeding? Neem dan contact op met uw arts of apotheker voordat u dit geneesmiddel gebruikt.
FLUOXETINE 20 MG PCH
Capsules, hard
Als u zwanger wordt tijdens het gebruik van fluoxetine, moet u dit zo snel mogelijk aan uw arts vertellen.
Hoewel fluoxetine wel gebruikt kan worden tijdens de zwangerschap, zal uw arts uw behandeling herbeoordelen, vooral in een laat stadium van de zwangerschap, aangezien de volgende effecten soms zijn voorgekomen bij pasgeborenen: prikkelbaarheid, trillen, spierzwakte, aanhoudend huilen, moeilijkheden bij het zuigen of bij het slapen.
Bij baby’s waarvan de moeder in de eerste paar maanden van de zwangerschap fluoxetine heeft gebruikt, is er een aantal meldingen geweest, die op een verhoogde kans op geboortedefecten wijzen, in het bijzonder aan het hart. In de totale bevolking worden ongeveer 1 op de 100 baby’s geboren met een hartafwijking. Bij moeders die fluoxetine gebruikt hebben, verhoogde dit tot 2 op de 100 baby’s. U en uw arts kunnen beslissen dat het voor u beter is geleidelijk aan te stoppen met het gebruik van fluoxetine als u zwanger bent. Afhankelijk van de omstandigheden kan uw arts echter voorstellen dat het beter voor u is om fluoxetine te blijven gebruiken.
Verzeker uzelf ervan dat uw verloskundige en/of uw arts weten dat u fluoxetine gebruikt. Geneesmiddelen zoals fluoxetine kunnen de kans op een ernstige bijwerking bij baby’s, blijvende pulmonaire hypertensie bij pasgeborenen (PPHN) genaamd, verhogen als ze tijdens de zwangerschap zijn gebruikt en in het bijzonder in de laatste 3 maanden van de zwangerschap. De baby zal dan sneller ademhalen en kan blauw worden. Deze verschijnselen beginnen gewoonlijk binnen 24 uur na de geboorte. Als dit bij uw baby gebeurt moet u direct uw verloskundige en/of arts waarschuwen.
Borstvoeding
Fluoxetine wordt uitgescheiden in de moedermelk en kan bijwerkingen geven bij baby’s. U dient alleen borstvoeding te geven wanneer het echt noodzakelijk is. Als u borstvoeding blijft geven, zal uw arts u mogelijk een lagere dosering voorschrijven.
Vruchtbaarheid
Uit dieronderzoek is gebleken dat fluoxetine de kwaliteit van het sperma verlaagt. In theorie kan dit van invloed zijn op de vruchtbaarheid, maar tot nu toe is er geen effect op de vruchtbaarheid bij de mens waargenomen.
Rijvaardigheid en het gebruik van machines
Dit geneesmiddel kan uw inschatting, gezichtsvermogen en coördinatie beïnvloeden. Als u hiervan last krijgt, dient u geen auto te rijden of machines te gebruiken.