Wanneer mag u dit middel niet gebruiken?
-
U bent allergisch voor een van de stoffen in dit geneesmiddel. Deze stoffen kunt u vinden in rubriek 6.
-
U heeft een ernstige leverziekte.
-
U heeft ooit pancreatitis gehad.
-
U heeft ooit een ernstige bloeding gehad na behandeling met asparaginase.
-
U heeft ooit bloedstolsels gehad na behandeling met asparaginase.
Is een of meer van bovenstaande omstandigheden op u van toepassing? Vertel dat dan uw arts. Wordt uw kind met Oncaspar behandeld en is een of meer van bovenstaande omstandigheden van toepassing op uw kind? Vertel dat dan uw arts.
Wanneer moet u extra voorzichtig zijn met dit middel?
Neem in de volgende gevallen contact op met uw arts voordat u dit middel toegediend krijgt. Dit geneesmiddel kan ongeschikt zijn voor u:
-
U heeft ernstige allergische reacties gehad op andere vormen van asparaginase, bijvoorbeeld jeuk, overmatig blozen of zwelling van de luchtwegen. In dat geval kunnen zich namelijk ernstige allergische reacties op Oncaspar voordoen.
-
U heeft een bloedingsstoornis of u heeft ernstige bloedstolsels gehad.
-
U krijgt koorts. Dit geneesmiddel kan u vatbaarder maken voor infecties.
-
U heeft een slecht functionerende lever gehad of u gebruikt andere geneesmiddelen die schadelijk voor de lever kunnen zijn. Als Oncaspar in combinatie met andere kankerbehandelingen wordt gebruikt, kan zich schade aan de lever en het centrale zenuwstelsel voordoen.
-
U heeft buikpijn. Bij de behandeling met Oncaspar kan de alvleesklier (pancreas) ontstoken raken, wat in sommige gevallen tot overlijden heeft geleid.
Dit geneesmiddel kan leiden tot schommelingen in stollingsfactoren en kan de kans op bloedingen en/of bloedstolsels doen toenemen.
Na het op de markt komen is er een bijwerking die osteonecrose heet (botschade) gemeld bij kinderen en jongeren tot 18 jaar die Oncaspar tegelijk met glucocorticoïden (bijv. dexamethason) toegediend kregen. Deze bijwerking is vaker bij meisjes waargenomen.
Als u de ouder bent van een kind dat met Oncaspar wordt behandeld, dan moet u de arts op de hoogte brengen als een van de bovenstaande voorwaarden
op uw kind van toepassing is.
Tijdens de behandeling met Oncaspar
Bij de toediening van Oncaspar wordt u na aanvang van de behandeling een uur lang nauwlettend gecontroleerd op tekenen van ernstige allergische reacties. Medische benodigdheden voor de behandeling van allergische reacties zijn binnen handbereik.
Extra controletests
Er worden geregeld tests gedaan om de concentratie suiker in uw bloed en urine te bepalen, om het functioneren van de lever en alvleesklier te controleren en om andere zaken na te gaan. Op deze manier wordt uw gezondheid tijdens en na de behandeling in de gaten gehouden, aangezien dit geneesmiddel invloed kan hebben op uw bloed en andere organen.
Gebruikt u nog andere geneesmiddelen?
Gebruikt u naast Oncaspar nog andere geneesmiddelen, heeft u dat kort geleden gedaan of bestaat de mogelijkheid dat u binnenkort andere geneesmiddelen gaat gebruiken? Vertel dat dan uw arts. Dit is belangrijk omdat Oncaspar de bijwerkingen van andere geneesmiddelen kan versterken door zijn effect op de lever, die een belangrijke rol speelt bij het afvoeren van geneesmiddelen uit het lichaam. Verder is het met name belangrijk dat u het aan uw arts vertelt als u ook een van de volgende geneesmiddelen gebruikt:
-
Immunisatie met levende vaccins binnen drie maanden na het afronden van de leukemiebehandeling. Hierdoor neemt de kans op ernstige infecties toe.
-
Vincristine, een ander kankergeneesmiddel. Als dit middel tegelijkertijd met Oncaspar wordt gebruikt, bestaat er een verhoogde kans op bijwerkingen of allergische reacties.
-
geneesmiddelen die de stolling van het bloed verminderen, zoals anticoagulantia (bijvoorbeeld coumarine/warfarine en heparine), dipyridamol, acetylsalicylzuur of niet-steroïde ontstekingsremmers (zoals ibuprofen of naproxen). Als deze tegelijkertijd met Oncaspar worden gebruikt, bestaat er een verhoogde kans op bloedingsstoornissen.
-
geneesmiddelen waarbij celdeling nodig is voor de werkzaamheid, bijvoorbeeld methotrexaat, een geneesmiddel dat wordt gebruikt voor de behandeling van zowel kanker als artritis, waarbij de werking verminderd kan zijn.
-
Prednison, een steroïde. Als dit middel tegelijkertijd met Oncaspar wordt gebruikt, zijn de effecten op het stollingsvermogen van uw bloed groter.
-
Glucocorticoïden wanneer die tegelijk worden ingenomen als onderdeel van de aanbevolen leukemiebehandeling. Oncaspar kan het risico op osteonecrose (botschade) door steroïden verhogen bij kinderen en jongeren tot 18 jaar, waarbij dit vaker bij meisjes wordt waargenomen.
Daarom moet u uw arts zo snel mogelijk op de hoogte stellen als u nieuwe botpijn voelt (bijv. pijn in de heup, knie of rug).
cytarabine, een geneesmiddel dat kan worden ingezet bij de behandeling van kanker, en dat de effecten van Oncaspar kan beïnvloeden.
Oncaspar kan ook veranderingen in het functioneren van de lever teweegbrengen, wat van invloed kan zijn op de manier waarop andere geneesmiddelen werken.
Zwangerschap en borstvoeding
Bent u zwanger, denkt u zwanger te zijn, wilt u zwanger worden of geeft u borstvoeding? Neem dan contact op met uw arts voordat u dit geneesmiddel gebruikt.
U mag Oncaspar niet gebruiken als u zwanger bent, omdat er geen onderzoek is gedaan naar de effecten tijdens de zwangerschap. Het is aan uw arts om te beslissen of uw aandoening moet worden behandeld. Vrouwen die zwanger kunnen worden, moeten gedurende de behandeling en ten minste 6 maanden nadat ze zijn gestopt met de behandeling met Oncaspar, een betrouwbare anticonceptiemethode gebruiken. Oraal (via de mond) in te nemen anticonceptiemiddelen zijn tijdens
de behandeling met Oncaspar geen doeltreffende antconceptiemethode. Vraag uw arts om advies over de anticonceptiemethode die u het best kunt gebruiken. Ook mannen moeten een doeltreffende anticonceptiemethode gebruiken terwijl zij of hun partner worden behandeld met Oncaspar.
Het is niet bekend of pegaspargase in moedermelk wordt uitgescheiden. Als voorzorgsmaatregel moet met borstvoeding worden gestopt tijdens behandeling met Oncaspar en mag hier niet opnieuw mee worden begonnen tot nadat u bent gestopt met de behandeling met Oncaspar.
Rijvaardigheid en het gebruik van machines
Wanneer u dit geneesmiddel gebruikt, mag u niet autorijden of machines bedienen omdat het middel u slaperig, moe of verward kan maken.
Oncaspar bevat natrium
Dit middel bevat minder dan 1 mmol natrium per dosis, dat wil zeggen dat het in wezen ‘natriumvrij’ is.