Wat bevat Vancomycine Sandoz
- Het werkzame bestanddeel is vancomycinehydrochloride.
Elke flacon Vancomycine Sandoz 500 mg bevat 500 mg vancomycine(hydrochloride), overeenkomend met 500.000 IE.
Elke flacon Vancomycine Sandoz 1000 mg bevat 1000 mg vancomycine(hydrochloride), overeenkomend met 1.000.000 IE.
Er zijn geen andere bestanddelen.
Hoe ziet Vancomycine Sandoz eruit en wat is de inhoud van de verpakking
Vancomycine Sandoz is een wit of gebroken wit gevriesdroogd poeder voor oplossing voor intraveneuze infusie.
Vóór gebruik moet het eerst worden opgelost in water voor injectie en verder worden verdund in een geschikt verdunningsmiddel.
Dit geneesmiddel wordt geleverd in kleurloze glazen flacons, gesloten met een rubberen sluiting en verzegeld met een aluminium en plastic “flip-off” dop. Dit geneesmiddel is verkrijgbaar in twee sterkten: 500 en 1000 mg.
Vancomycine Sandoz is verpakt in kartonnen dozen. Elke doos kan 1, 5, 10 of 100 flacons bevatten.
Niet alle genoemde verpakkingsgrootten worden in de handel gebracht.
Houder van de vergunning voor het in de handel brengen en fabrikant
Houder van de vergunning voor het in de handel brengen
Sandoz B.V., Veluwezoom 22, Almere
Correspondentie: Postbus 10332, 1301 AH Almere
Fabrikanten
Lek Pharmaceuticals d.d. Verovškova 57
1526 Ljubljana Slovenië
Salutas Pharma GmbH
Vancomycine Sandoz 500 mg poeder voor oplossing voor infusie Vancomycine Sandoz 1000 mg poeder voor oplossing voor infusie Vancomycin SandozVancomycin Sandoz 0.5 mg Vancomycin Sandoz 1 mg Vancomycin Sandoz Vancomycin Sandoz 500 mg Vancomycin Sandoz 1000 mg Vancomycin Sandoz Vancomycin SandozVancomicina Sandoz 500 mg polvere per soluzione per infusione Vancomicina Sandoz 1000 mg polvere per soluzione per infusione Vancomycin Sandoz 500 mg pulveris infūziju šķīduma pagatavošanai Vancomycin Sandoz 1000 mg pulveris infūziju šķīduma pagatavošanaiVancomycine Sandoz 500 mg, poeder voor oplossing voor infusie Vancomycine Sandoz 1000 mg, poeder voor oplossing voor infusie Vancomycin SandozVancomycina BillevEDICIN 0,5 g prášok na infúzny roztok EDICIN 1 g prášok na infúzny roztokVankomicin Lek 0,5 g prašek za raztopino za infundiranje Vankomicin Lek 1 g prašek za raztopino za infundiranje Vancomicina Sandoz 500 mg polvo para solución inyectable EFG Vancomicina Sandoz 1000 mg polvo para solución inyectable EFG Vancomycin SandozVancomycin 500 mg Powder for Solution for Infusion Vancomycin 1000 mg Powder for Solution for Infusion
Otto-von Guericke Allee 1
39179 Barleben
Duitsland
In het register ingeschreven onder:
RVG 101505 (500 mg)
RVG 101509 (1000 mg).
Dit geneesmiddel is geregistreerd in de lidstaten van de EER onder de volgende namen:
België:
Bulgarije:
Tsjechië:
Denemarken:
Estland:
Finland:
Italië:
Letland:
Nederland:
Polen:
Portugal:
Slowakije:
Slovenië:
Spanje:
Zweden:
Verenigd Koninkrijk:
Deze bijsluiter is goedgekeurd in december 2011.
De volgende informatie is alleen bestemd voor artsen of andere beroepsbeoefenaren in de gezondheidszorg:
Dit is een uittreksel uit de Samenvatting van de Productkenmerken, bedoeld als ondersteuning bij de toediening van Vancomycine Sandoz. Bij het vaststellen van de
geschiktheid voor gebruik bij een bepaalde patiënt dient de voorschrijver vertrouwd te zijn met de Samenvatting van de Productkenmerken van het geneesmiddel.
Dosering en wijze van toediening
Vancomycine Sandoz wordt toegediend via een intraveneuze infusie en niet in de vorm van een bolusinjectie of intramusculair.
Volwassenen en jongeren ouder dan 12 jaar
De aanbevolen dagelijkse intraveneuze dosering is 2 g, verdeeld over doses van 500 mg om de 6 uur of 1000 mg om de 12 uur.
Parenteraal mag vancomycine uitsluitend worden toegediend als langzame intraveneuze infusie (niet meer dan 10 mg/min – gedurende ten minste 60 minuten), in een voldoende verdunning (ten minste 100 ml per 500 mg of ten minste 200 ml per 1000 mg).
Patiënten bij wie vochtbeperking nodig is, kunnen een oplossing krijgen van 500 mg/50 ml of 1000 mg/100 ml. Bij deze hogere concentraties kan de kans op aan het infuus gerelateerde bijwerkingen groter zijn.
Voor bacteriële endocarditis is de algemeen aanvaarde dosering 1000 mg vancomycine intraveneus om de 12 uur gedurende 4 weken, alleen of in combinatie met andere antibiotica (gentamicine plus rifampicine, gentamicine, streptomycine). Endocarditis door enterokokken wordt gedurende 6 weken behandeld met vancomycine in combinatie met een aminoglycoside – volgens de nationale aanbevelingen.
Perioperatieve profylaxe tegen bacteriële endocarditis:
Volwassenen krijgen voorafgaand aan de operatie (voorafgaand aan de inductie van de anesthesie) 1000 mg vancomycine intraveneus; afhankelijk van de operatieduur en het soort operatie kan een dosis van 1000 mg vancomycine i.v. 12 uur na de ingreep worden toegediend.
Kinderen van 1 maand tot 12 jaar
De aanbevolen intraveneuze dosis is 10 mg/kg om de 6 uur of 20 mg/kg om de 12 uur.
Zuigelingen en pasgeborenen
De aanbevolen aanvangsdosering is 15 mg/kg, in de eerste levensweek gevolgd door 10 mg/kg om de 12 uur, en daarna om de 8 uur tot aan de leeftijd van 1 maand. Zorgvuldige controle van de serumconcentratie vancomycine wordt aanbevolen (zie hieronder).
Oudere patiënten:
Vanwege de leeftijdgebonden afname van de nierfunctie kunnen lagere onderhoudsdoseringen nodig zijn.
Zwaarlijvige patiënten:
Er kan een wijziging van de gebruikelijke dagdosering nodig zijn.
Patiënten met leverinsufficiëntie
Er zijn geen aanwijzingen dat de dosering moet worden verlaagd bij patiënten met leverinsufficiëntie.
Patiënten met een verminderde nierfunctie
Bij patiënten met een verminderde nierfunctie moet de dosering worden aangepast waarbij het volgende nomogram als richtlijn kan dienen. Zorgvuldige controle van de serumconcentratie vancomycine wordt aanbevolen (zie hieronder).
Bij patiënten met lichte of matige nierinsufficiëntie mag de aanvangsdosering niet lager zijn dan 15 mg/kg. Bij patiënten met ernstig nierfalen verdient toediening van een onderhoudsdosis tussen 250 mg en 1000 mg met een tussenpoos van enkele dagen de voorkeur boven een lagere dagelijkse dosis.
Patiënten met anurie (nagenoeg zonder nierfunctie) dienen een dosering van 15 mg/kg lichaamsgewicht te krijgen tot de therapeutische serumconcentratie is bereikt.
De onderhoudsdosering is 1,9 mg/kg lichaamsgewicht per 24 uur. Om het doseren te vergemakkelijken, kunnen volwassenen met ernstige nierinsufficiëntie een onderhoudsdosering krijgen van 250-1000 mg met tussenpozen van enkele dagen in plaats van een dagelijkse dosis.
Bereiding van de oplossing voor infusie
Los voor een dosis van 500 mg, 500 mg vancomycine op in 10 ml water voor injectie Los voor een dosis van 1000 mg, 1000 mg vancomycine op in 20 ml water voor injectie
Een ml gereconstitueerde oplossing bevat 50 mg vancomycine. Een oplossing die op deze wijze aseptisch is bereid, kan 24 uur worden bewaard bij 25°C, of 96 uur in een koelkast bij een temperatuur tussen 2°C en 8°C. Na reconstitutie moet deze oplossing verder worden verdund.
Geschikte verdunningsmiddelen voor verdere verdunning zijn: -5% glucose voor injectie of
-0,9% natriumchloride voor injectie of
-5% glucose voor injectie met 0,9% natriumchloride voor injectie.
Intermitterende infusie: De gereconstitueerde oplossing met 500 mg vancomycine (50 mg/ml) moet verder worden verdund met ten minste 100 ml van een van de bovengenoemde verdunningsmiddelen (tot 5 mg/ml).
De gereconstitueerde oplossing met 1000 mg vancomycine (50 mg/ml) moet verder worden verdund met ten minste 200 ml van een van de bovengenoemde verdunningsmiddelen (tot 5 mg/ml).
De concentratie vancomycine in de oplossing voor infusie mag niet meer zijn dan 5 mg/ml.
Stabiliteit van verdunde oplossingen
De gereconstitueerde vancomycine-oplossing (50 mg/ml), verder verdund met 5% glucose of 0,9% natriumchloride (5 mg/ml), kan worden bewaard in een koelkast gedurende 48 uur, of bij 25°C gedurende 24 uur zonder significant verlies van werkingskracht. Oplossingen die zijn verdund met een combinatie van 5% glucose en 0,9% natriumchloride, kunnen worden bewaard in een koelkast (2°C-8°C) gedurende 48 uur of bij 25°C gedurende 24 uur.
Uit microbiologisch oogpunt moet het geneesmiddel onmiddellijk worden gebruikt tenzij reconstitutie en verdunning zijn uitgevoerd onder gecontroleerde en gevalideerde aseptische condities.
Indien het niet onmiddellijk wordt gebruikt, zijn de bewaartijden en -condities tijdens gebruik voor de verantwoordelijkheid van de gebruiker.
Uiterlijk van gereconstitueerde oplossing
Na reconstitutie is de oplossing helder en kleurloos tot licht geelbruin zonder zichtbare deeltjes.
Uiterlijk van de verdunde oplossing
Na verdunning is de oplossing helder en kleurloos zonder zichtbare deeltjes.
Vóór toediening moeten de gereconstitueerde en verdunde oplossingen visueel worden gecontroleerd op de aanwezigheid van deeltjes en op verkleuring. De oplossing mag uitsluitend worden gebruikt als deze helder en kleurloos is en vrij van deeltjes.
Controle van serumconcentraties
De serumconcentratie van vancomycine dient te worden gecontroleerd op de tweede behandeldag direct voorafgaand aan de volgende dosis, en één uur na infusie. Een uur na afloop van de infusie moeten de therapeutische bloedspiegels van vancomycine tussen 30 en 40 mg/l liggen (maximaal 50 mg/l), en het minimale niveau (kort voor de volgende toediening) tussen 5 en 10 mg/l.
De concentraties dienen doorgaans twee- tot driemaal per week te worden gecontroleerd.
Gevallen van onverenigbaarheid
De vancomycine-oplossing heeft een lage pH-waarde. In combinatie met andere stoffen kan deze fysisch of chemisch instabiel worden.
De vancomycine-oplossing mag niet worden gemengd met andere oplossingen, met uitzondering van oplossingen waarvan de compatibiliteit op betrouwbare wijze is vastgesteld.
Combinatiebehandeling:
Bij een combinatiebehandeling van vancomycine met andere antibiotica of chemotherapeutica moeten de preparaten afzonderlijk worden toegediend.
Oplossingen van vancomycine en bètalactam-antibiotica zijn bij menging fysisch onverenigbaar gebleken. De kans op precipitatie neemt toe bij hogere concentraties vancomycine. Aanbevolen wordt om tussen de toediening van deze antibiotica de intraveneuze lijnen goed door te spoelen. Tevens wordt aanbevolen om oplossingen van vancomycine te verdunnen tot 5 mg/ml of minder.
Verwijdering
De flacons zijn uitsluitend voor eenmalig gebruik. Ongebruikt geneesmiddel dient te worden afgevoerd.
Ongebruikt geneesmiddel of afvalmateriaal dient te worden vernietigd overeenkomstig de lokale voorschriften.