Wanneer mag u dit middel niet gebruiken?
U bent allergisch voor erlotinib eenn van de andere stoffen in dit geneesmiddel. Deze stoffen kunt u vinden in rubriek 6.
Wanneer moet u extra voorzichtig zijn met dit middel?
-
Als u andere geneesmiddelen gebruikt die het gehalte erlotinib in uw bloed kunnen verhogen of verlagen of invloed hebben op de werking (bijvoorbeeld antischimmelmiddelen zoals ketoconazol, proteaseremmers (middelen die voorkomen dat een bepaald eiwit andere eiwitten afbreekt), erytromycine, claritromycine, fenytoïne, carbamazepine, barbituraten, rifampicine, ciprofloxacine, omeprazol, ranitidine, sint-janskruid of proteasoomremmers (middelen die voorkomen dat een groep van eiwitten overbodige of beschadigde eiwitten afbreekt)), neem
Bijsluiter
|
|
Erlotinib Mylan 25 mg, 50 mg, 100 mg, 150 mg, filmomhulde tabletten
|
RVG 119538, 39, 40, 41
|
Versie: januari 2020
|
Page 2 of 7
|
contact op met uw arts. In sommige gevallen kunnen deze geneesmiddelen de werkzaamheid van dit middel verminderen of het aantal bijwerkingen verhogen en moet uw arts uw behandeling aan passen. Uw arts kan vermijden om u met deze geneesmiddelen te behandelen terwijl u dit middel ontvangt.
-
Als u antistollingsmiddelen gebruikt (geneesmiddelen die helpen om bloedstolsels of het klonteren van bloed te voorkomen, zoals warfarine). Dit middel kan de neiging tot bloeden verhogen. Neem contact op met uw arts, hij of zij zal u regelmatig moeten controleren met enkele bloedonderzoeken.
-
Als u statines gebruikt (geneesmiddelen die het cholesterolgehalte in uw bloed verlagen). Dit middel kan het risico op spierproblemen die verband houden met het gebruik van een statine verhogen, wat in zeldzame gevallen kan leiden tot ernstige afbraak van spierweefsel met als verschijnselen spierkrampen, koorts en roodbruine verkleuring van de urine (rabdomyolyse), wat resulteert in beschadiging aan de nieren, bespreek dit met uw arts.
-
Als u contactlenzen gebruikt en/of een voorgeschiedenis heeft met oogproblemen zoals ernstig droge ogen, ontsteking van het voorste deel van uw oog (hoornvlies) of zweren waarbij het voorste deel van uw ogen betrokken is, vertel dat dan uw arts.
Zie ook onder “Gebruikt u nog andere geneesmiddelen?”.
Neem contact op met uw arts:
-
Als u plotseling moeilijkheden met ademhalen heeft, wat verband houdt met hoesten of koorts. Het kan namelijk nodig zijn dat uw arts u moet behandelen met andere geneesmiddelen en de behandeling met dit middel moet onderbreken.
-
Als u last heeft van diarree. Uw arts moet u mogelijk behandelen met een middel tegen diarree (bijvoorbeeld loperamide).
-
Onmiddellijk als u ernstige of aanhoudende diarree, misselijkheid, verlies van eetlust heeft of overgeeft. Het kan mogelijk zijn dat uw arts uw behandeling met dit middel moet onderbreken en dat u in het ziekenhuis behandeld moet worden.
-
Als u ernstige buikpijn, ernstige blaarvorming of loslaten van de huid heeft. Uw arts zal uw behandeling mogelijk moeten onderbreken of stoppen.
-
Als u plotselinge of erger wordende roodheid en pijn in uw oog heeft, uw oog meer traant, u wazig ziet en/of uw oog gevoelig is voor licht, vertel dat meteen uw arts of verpleegkundige omdat u mogelijk dringende behandeling nodig heeft (zie de rubriek Mogelijke bijwerkingen).
-
Als u ook een bepaalde cholesterolverlager (statine) gebruikt en onverklaarbare spierpijn, gevoeligheid, zwakte of krampen ervaart. Uw arts zal uw behandeling mogelijk moeten staken of beëindigen.
Zie ook rubriek 4 “Mogelijke bijwerkingen”.
Lever- of nierziekte
Het is niet bekend of dit middel een andere werking heeft wanneer uw lever of nieren niet normaal werken. De behandeling met dit middel wordt niet aanbevolen wanneer u een ernstige leverziekte of ernstige nierziekte heeft.
Glucuronidatiestoornis zoals het syndroom van Gilbert
Uw arts dient u voorzichtig te behandelen indien u een glucuronidatiestoornis, zoals het syndroom van Gilbert, heeft.
Roken
U wordt geadviseerd om te stoppen met roken wanneer u behandeld wordt met dit middel, omdat roken de hoeveelheid van het geneesmiddel in het bloed kan verlagen.
Kinderen en jongeren tot 18 jaar
Dit middel is niet onderzocht bij patiënten jonger dan 18 jaar. De behandeling met dit middel wordt
Bijsluiter
|
|
Erlotinib Mylan 25 mg, 50 mg, 100 mg, 150 mg, filmomhulde tabletten
|
RVG 119538, 39, 40, 41
|
Versie: januari 2020
|
Page 3 of 7
|
niet aanbevolen bij kinderen en jongeren tot 18 jaar.
|
|
Gebruikt u nog andere geneesmiddelen?
Gebruikt u naast Erlotinib Mylan nog andere geneesmiddelen, heeft u dat kort geleden gedaan of bestaat de mogelijkheid dat u in de nabije toekomst andere geneesmiddelen gaat gebruiken? Vertel dat dan uw arts of apotheker.
Waarop moet u letten met eten?
Neem dit middel niet in met voedsel. Zie ook rubriek 3 ‘Hoe gebruikt u dit middel?’
Zwangerschap en borstvoeding
Vermijd zwangerschap terwijl u behandeld wordt met dit middel. Als u zwanger zou kunnen worden, gebruik dan geschikte middelen om zwangerschap te voorkomen (voorbehoedsmiddelen, anticonceptiva) tijdens de behandeling en gedurende ten minste 2 weken na het innemen van de laatste tablet.
Als u zwanger wordt tijdens de behandeling met dit middel, vertel dit dan direct aan uw arts die dan zal beslissen of de behandeling moet worden voortgezet.
Geef geen borstvoeding als u met dit middel wordt behandeld en gedurende ten minste 2 weken na inname van de laatste tablet..
Bent u zwanger, denkt u zwanger te zijn, wilt u zwanger worden of geeft u borstvoeding? Neem dan contact op met uw arts of apotheker voordat u dit geneesmiddel gebruikt.
Rijvaardigheid en het gebruik van machines
Dit middel is niet onderzocht op mogelijke effecten op het vermogen om te rijden en machines te gebruiken, maar het is erg onwaarschijnlijk dat uw behandeling dit vermogen zal beïnvloeden.
Erlotinib Mylan bevat lactose en natrium
Wanneer uw arts u verteld heeft dat u bepaalde suikers niet kunt verdragen, neem dan contact op met uw arts voordat u dit middel inneemt.
Dit middel bevat minder dan 1 mmol natrium (23 mg) per doseereenheid, dat wil zeggen dat het in wezen ‘natriumvrij’ is.