Wanneer mag u dit middel niet gebruiken?
U bent allergisch voor een van de stoffen in dit geneesmiddel. Deze stoffen kunt u vinden in rubriek 6.
Neem contact op met uw arts als dit voor u geldt. Neem Tamiflu niet in.
Wanneer moet u extra voorzichtig zijn met dit middel?
Neem contact op met de behandelend arts voordat u dit middel gebruikt:
-
als u allergisch bent voor andere geneesmiddelen.
-
als u nierproblemen heeft. Als dit het geval is moet mogelijk uw dosis worden aangepast.
-
als u een ernstige medische aandoening heeft, die mogelijk een directe opname in het ziekenhuis vereist.
-
als uw immuunsysteem niet goed werkt.
-
als u een chronische hart- of ademhalingsaandoening heeft.
Tijdens de behandeling met Tamiflu, vertel het een arts direct:
als u veranderingen waarneemt in gedrag of gemoedstoestand (neuropsychiatrische bijwerkingen), met name bij kinderen en jongeren tot 18 jaar. Dit kunnen verschijnselen zijn van zelden voorkomende, maar ernstige bijwerkingen.
Tamiflu is geen griepvaccin (griepprik)
Tamiflu is geen vaccin: het behandelt de infectie of voorkomt de verspreiding van het griepvirus. Een vaccin geeft u antilichamen tegen het virus. Tamiflu verandert de werkzaamheid van een griepprik niet en beide kunnen aan u worden voorgeschreven door uw arts.
Gebruikt u nog andere geneesmiddelen?
Gebruikt u naast Tamiflu nog andere geneesmiddelen, heeft u dat kort geleden gedaan of bestaat de mogelijkheid dat u binnenkort andere geneesmiddelen gaat gebruiken? Vertel dat dan uw arts of apotheker. Dit geldt ook voor geneesmiddelen waar u geen voorschrift voor nodig heeft.
De volgende geneesmiddelen zijn vooral belangrijk:
-
chloorpropamide (voor de behandeling van diabetes)
-
methotrexaat (voor de behandeling van bv. reumatoïde artritis)
-
fenylbutazon (voor de behandeling van pijn en ontsteking)
-
probenecide (voor de behandeling van jicht)
Zwangerschap en borstvoeding
Bent u zwanger, denkt u zwanger te zijn, wilt u zwanger worden of geeft u borstvoeding? Neem dan contact op met uw arts voordat u dit geneesmiddel gebruikt.
De effecten op baby’s die borstvoeding krijgen zijn niet bekend. U moet het uw arts vertellen wanneer u borstvoeding geeft, zodat uw arts kan bepalen of Tamiflu voor u geschikt is.
Vraag uw arts of apotheker om advies voordat u dit geneesmiddel inneemt.
Rijvaardigheid en het gebruik van machines
Tamiflu heeft geen effect op uw rijvaardigheid en op uw vermogen om machines te bedienen.
Belangrijke informatie over sommige stoffen in Tamiflu
Tamiflu bevat sorbitol.
Sorbitol is een bron van fructose. Als uw arts u heeft meegedeeld dat u (of uw kind) bepaalde suikers niet verdraagt of als bij u erfelijke fructose-intolerantie is vastgesteld (een zeldzame erfelijke aandoening waarbij een persoon fructose niet kan afbreken), neem dan contact op met uw arts voordat u (of uw kind) dit middel toegediend krijgt.
Sorbitol kan maag-darmklachten veroorzaken en een licht laxerende werking hebben. 5 ml oseltamivir suspensie bevat 0,9 g sorbitol.
7,5 ml oseltamivir suspensie bevat 1,3 g sorbitol.
10 ml oseltamivir suspensie bevat 1,7 g sorbitol.
12,5 ml oseltamivir suspensie bevat 2,1 g sorbitol.
Tamiflu bevat natriumbenzoaat.
Natriumbenzoaat (E211) kan geelzucht (gele verkleuring van de huid en ogen) bij pasgeborenen (jonger dan 4 weken) verergeren.
5 ml oseltamivir suspensie bevat 2,5 mg natriumbenzoaat.
7,5 ml oseltamivir suspensie bevat 3,75 mg natriumbenzoaat.
10 ml oseltamivir suspensie bevat 5,0 mg natriumbenzoaat.
12,5 ml oseltamivir suspensie bevat 6,25 mg natriumbenzoaat.
Dit middel bevat minder dan 1 mmol natrium (23 mg) per dosis (gebaseerd op een maximale dosis van 75 mg), dat wil zeggen dat het in wezen ‘natriumvrij’ is.