Farmacodynamica
Nebivolol blokkeert β1- en β2-receptoren, waarbij het een veel hogere selectiviteit heeft voor β1-receptoren. Door de β1-receptoren te blokkeren, kunnen de endogene liganden adrenaline en noradrenaline niet langer aan deze receptoren binden. Deze verhogen normaal gesproken de frequentie en de kracht van de hartslag. Door ze te blokkeren met nebivolol wordt de abnormaal verhoogde hartslag weer genormaliseerd en kan het hart efficiënter bloed in de circulatie pompen. Door de β2-receptoren te blokkeren, ontspannen de gladde spieren van de bloedvaten, waardoor de bloeddruk daalt. Door de hoge selectiviteit voor β1-receptoren is dit effect echter niet erg uitgesproken.
Farmacokinetiek
De absorptie van nebivolol wordt niet beïnvloed door voedselinname. De maximale plasmaspiegel wordt bereikt na ongeveer 2-4 uur. Het geneesmiddel is voor 98% gebonden aan serumalbumine. Het wordt zowel in de urine als in de ontlasting uitgescheiden. De halfwaardetijd is ongeveer 12 uur.
De metabolisering vindt plaats in de lever en wordt voornamelijk gekatalyseerd door het enzym CYP2D6. Door genetische variaties in de bevolking zijn er individuen die meer of minder van dit enzym produceren. Dit kan leiden tot aanzienlijke schommelingen in de werkzame stof bij deze personen, wat het effect kan beïnvloeden. Vooral bij zogenaamde "poor CYP2D6 metabolizers" (te weinig CYP2D6 aanwezig) kunnen na inname van nebivolol verhoogde plasmaspiegels en dus verhoogde ongewenste bijwerkingen optreden. Dit treft vooral delen van de blanke bevolking en mensen van Afrikaanse afkomst.
Interacties tussen geneesmiddelen
Gelijktijdige inname van stoffen die ook door CYP2D6 worden afgebroken of inname van stoffen die CYP2D6 remmen of induceren, kan leiden tot gewijzigde serumconcentraties. Dit kan leiden tot meer bijwerkingen of een gebrek aan effect.