Alphanine 500, poeder voor injectievloeistof 500 IE

Alphanine 500, poeder voor injectievloeistof 500 IE
Werkzame stof(fen)Bloedstollingsfactor IX
ToelatingslandNL
VergunninghouderInstituto Grifols S.A. Poligono levante
Toelatingsdatum19.02.2001
ATC-codeB02BD04
Farmacologische groepenVitamine k en andere hemostatica

Patiëntenbijsluiter

Wat is het en waarvoor wordt het gebruikt?

Wat moet u weten voordat u het gebruikt?

  • Patiënten die factor IX concentraat krijgen moeten tegen hepatitis A en B zijn ingeënt.
  • Indien u zwanger bent of borstvoeding geeft, moet u dit aan uw arts vertellen. Deze zal dan overwegen of de behandeling met AlphaNine® kan worden voortgezet.
  • Overgevoeligheid of allergische reacties kunnen zich voordoen. De beginverschijnselen hiervan zijn: netelroos, benauwdheid op de borst, piepende en hijgende ademhaling en eventueel
    flauwvallen. Indien u de voorgaande verschijnselen bij uzelf opmerkt moet gestopt worden met de toediening van AlphaNine® en onmiddellijk contact opgenomen worden met uw arts.
  • In zeer zeldzame gevallen kunnen patiënten die AlphaNine® toegediend krijgen na herhaalde behandelingen ook neutraliserende antistoffen ontwikkelen die de werking van Factor IX belemmeren en tot een hoger aantal bloedingen leiden. Neem onmíddellijk contact op met uw arts als u ongewone bloedingen vaststelt. Het wordt aanbevolen om contact op te nemen met een centrum dat in hemofilie is gespecialiseerd.

Uit bloed vervaardigde geneesmiddelen

Als geneesmiddelen gemaakt zijn uit menselijk bloed of plasma, worden bepaalde maatregelen getroffen om te voorkomen dat infecties doorgegeven worden aan de patiënten. Het gaat hierbij ondermeer over een zorgvuldige selectie van bloed- en plasmadonoren om er zeker van te zijn dat donoren die een risico vormen op het dragen van infecties, uitgesloten worden. Verder worden elke bloedgift en plasmapool getest op virussen of infecties. De fabrikanten van deze producten nemen ook stappen in het productieproces van bloed of plasma, waardoor virussen geïnactiveerd kunnen worden of uit het bloed of plasma verwijderd kunnen worden. Ondanks deze maatregelen kan de mogelijkheid om een infectie door te geven niet volledig worden uitgesloten wanneer geneesmiddelen toegediend worden die gemaakt zijn uit menselijk bloed of plasma. Dit is ook het geval voor onbekende of opkomende virussen of andere infecties.

De genomen maatregelen worden als efficiënt beschouwd voor virussen met een enveloppe zoals het humaan immunodeficiëntie virus (HIV), het hepatitis B virus en het hepatitis C virus. De genomen maatregelen kunnen slechts beperkte waarde hebben tegen virussen zonder virusenveloppe zoals het hepatitis A virus en het parvovirus B19. Parvovirus B19 infecties kunnen ernstig zijn voor zwangere vrouwen (foetale infectie) en voor mensen met een verminderde werking van het immuunsysteem of voor mensen met bepaalde soorten anemie (bloedarmoede) (bijvoorbeeld sikkelcelanemie of hemolytische anemie).

Het is ten zeerste aanbevolen dat u elke keer wanneer u een dosis AlphaNine® toegediend krijgt, u de naam en het chargenummer van het product noteert om zo te kunnen bijhouden welke charges gebruikt werden.

Hoe wordt het gebruikt?

  • AlphaNine® wordt via injectie in uw aders toegediend (intraveneuze toediening).
  • De dosis Alphanine® die u krijgt toegediend, is afhankelijk van vele factoren zoals uw leeftijd, uw lichamelijke toestand en het type en de ernst van de bloeding. Uw arts zal de dosis en de toedieningsintervallen van Alphanine® berekenen om het beoogde niveau van de factor IX activiteit in uw bloed te bereiken.
  • Uw arts zal u inlichten over de duur van de behandeling met Alphanate

De toe te dienen hoeveelheid en de frequentie van toediening dienen altijd op de klinische effect van het individuele geval gericht te zijn. Factor IX producten hoeven meestal niet meer dan eenmaal per dag toegediend te worden.

Bij de volgende bloedingssituaties mag de factor IX activiteit niet lager dan het opgegeven activiteitsniveau van het plasma (in % t.o.v. normaal IE/dl) tijdens die periode vallen. De volgende tabel kan worden gebruikt als richtlijn voor de dosering tijdens bloedingen en tijdens operaties:

Mate van hemorragie / Vereist niveau Frequentie dosering (uren) /
Type chirurgische ingreep factor IX (% van Duur van de therapie (dagen)
  de  
  normaal) (IE/dl)  
Hemorragie    
Haemarthrose in beginstadium, bloeding 20 - 40 Herhaal om de 24 uur. Ten minste 1 dag tot
in spieren of orale bloeding   de bloedingsepisode verdwijnt (pijn
    verdwijnt) of tot de wond genezen is.
Meer uitgebreide haemarthrose, bloeding 30 - 60 Herhaal de infusie om de 24 uur gedurende 3
in spieren of hematoom   - 4 dagen of langer totdat pijn en Invaliditeit
    verdwijnen.
Levensbedreigende bloedingen 60 - 100 Herhaal de infusie om de 8 tot 24 uur tot het
    gevaar verdwijnt.
Operaties    
Kleine 30 - 60 Om de 24 uur, ten minste 1 dag tot de wond
inclusief het trekken van tanden   genezen is.
Grote 80 - 100 Herhaal de infusie om de 8 tot 24 uur tot de
  (pre- en wond voldoende genezen is, zet de therapie
  postoperatief) vervolgens gedurende ten minste 7 dagen
    voort teneinde een factor IX activiteit van 30
    tot 60% te handhaven.

IN VIVO

Gedurende de behandeling verdient het aanbeveling het factor IX niveau nauwkeurig te bepalen als leidraad voor de toe te dienen dosering en de frequentie van de herhaalde infusies. Vooral bij grote chirurgische ingrepen is een nauwkeurige bewaking van de vervangingstherapie door middel van stollingsanalyse (plasma factor IX activiteit) essentieel. Individuele patiënten kunnen verschillen in hun respons op factor IX en een verschillende mate van herstel en verschillende halfwaardetijden vertonen.

Voor een behandeling ter vookoming van bloedingen op lange termijn tegen bloedingen bij patiënten met ernstige hemofilie B is de gebruikelijke dosering 20 - 40 IE factor IX per kg lichaamsgewicht met intervallen van 3 tot 4 dagen. In sommige gevallen, vooral bij jongere patiënten, kunnen kortere doseringsintervallen of hogere doses nodig zijn.

Er zijn momenteel onvoldoende gegevens beschikbaar om het gebruik van AlphaNine® bij kinderen jonger dan zes jaar aan te bevelen.

De patiënten dienen te worden bewaakt op de ontwikkeling van remmers tegen factor IX. Indien de verwachte niveaus van factor IX activiteit niet worden bereikt of indien de bloeding niet met een geschikte dosis onder controle kan worden gehouden, dient een analyse te worden uitgevoerd om te bepalen of een remmer tegen factor IX aanwezig is. In patiënten met hoge niveaus remmers is het mogelijk dat factor IX therapie niet voldoende werkt en moeten andere opties overwogen worden. Deze therapieën moeten worden toegepast onder toezicht van een arts met ervaring in de behandeling van patiënten met hemofilie.

  • Indien u hiertoe volledig bent opgeleid door het medisch personeel van uw ziekenhuis, mag u uzelf AlphaNine® toedienen. Zorg ervoor dat u zich op uw gemak voelt betreffende het inspuiten van AlphaNine® in uw eigen ader. U mag nooit alleen zijn wanneer u uzelf AlphaNine® toedient; zorg dat er steeds een andere volwassene aanwezig is.
  • Gebruik het product steeds in overeenstemming met de meegeleverde instructies. Indien u zich onzeker voelt over een van deze instructies, vraag dan aan uw arts of het hemofiliecentrum wat u moet doen.
  • Gebruik steeds de meegeleverde materialen in het pakket om het geneesmiddel klaar te maken.
  • Meng AlphaNine® nooit met enig ander geneesmiddel dat u ontvangt.
  • Gebruik het geneesmiddel niet indien het product moeilijk op te lossen is of indien de verkregen oplossing troebel is of als er enig teken van onopgelost materiaal in het water aanwezig is.
  • Injecteer AlphaNine® onmiddellijk nadat het gereed is gemaakt voor gebruik.
  • Het is belangrijk dat u het begin van de injectie langzaam geeft. Indien u hem te snel geeft, kunnen er bijwerking optreden zoals hieronder staat vermeld. Indien er toch bijwerkingen optreden moet u de injectie langzamer geven of moet u stoppen met de injectie.
  • De injectiesnelheid mag niet meer dan 10 ml per minuut bedragen.

Wat zijn mogelijke bijwerkingen?

Zoals alle geneesmiddelen kan AlphaNine® bijwerkingen veroorzaken. In zeldzame kunnen er ernstige allergische reacties optreden.

Overgevoeligheid of allergische reacties (zoals plaatselijke zwelling, brandend en prikkelend gevoel op de infusieplaats, rillingen, plotselinge roodheid van de huid, jeuk, hoofdpijn, netelroos, lage bloeddruk, lusteloosheid, misselijkheid, rusteloosheid, snelle hartslag, een gevoel van benauwdheid op de borst, piepende ademhaling, tintelen, braken, shock) kunnen zich voordoen. Indien deze bijwerkingen optreden dient de oplossing langzamer gegeven te worden of moet de injectie worden gestopt.

In heel zeldzame gevallen kunnen patiënten die AlphaNine® ontvangen antistoffen vormen die de werking van factor IX verhinderen, wat tot een groter aantal bloedingen kan leiden. Patiënten moeten regelmatig worden onderzocht op de ontwikkeling van deze neutraliserende antilichamen (remmers).

Het is belangrijk dat u alle bijwerkingen, ook die welke niet in deze bijsluiter zijn vermeld, meedeelt aan uw behandelend arts.

1. Hoe bewaart u AlphaNine®

  • Bewaar uw AlphaNine® buiten het bereik en uit het zicht van kinderen.
  • Bewaren bij 2 ºC – 8 ºC.
  • Niet invriezen.
  • Bewaar de flacon in de buitenste verpakking om deze buiten de invloed van licht te houden.
  • Gebruik AlphaNine® nooit na de op het etiket gedrukte vervaldatum.

Hoe moet het worden bewaard?

Verdere informatie

Laatst bijgewerkt op 27.08.2022

Meer medicijnen met dezelfde werkzame stof

De volgende medicijnen bevatten ook de werkzame stof Bloedstollingsfactor IX. Raadpleeg uw arts over een mogelijk alternatief voor Alphanine 500, poeder voor injectievloeistof 500 IE

Medicijn
Vergunninghouder

Logo

Uw persoonlijke medicatie-assistent

Medicijnen

Blader hier door onze uitgebreide database van A-Z medicijnen, met effecten, bijwerkingen en doseringen.

Stoffen

Alle actieve ingrediënten met hun werking, toepassing en bijwerkingen, evenals de medicijnen waarin ze zijn opgenomen.

Ziekten

Symptomen, oorzaken en behandeling van veelvoorkomende ziekten en verwondingen.

De weergegeven inhoud vervangt niet de originele bijsluiter van het medicijn, vooral niet met betrekking tot de dosering en werking van de afzonderlijke producten. We kunnen geen aansprakelijkheid aanvaarden voor de nauwkeurigheid van de gegevens, omdat deze gedeeltelijk automatisch zijn omgezet. Raadpleeg altijd een arts voor diagnoses en andere gezondheidsvragen.

© medikamio