Gebruik dit medicijn altijd precies zoals uw a Neem dan contact op met uw arts of apothe
Dit medicijn gebruiken
-
Uw arts of verpleegkundige zal u normaa een inspuiting (injectie) moet worden toe
-
Als u naar huis gaat, moet u mogelijk doo u het geneesmiddel zelf toedienen (zie d
-
Dit middel wordt normaal gesproken ond
-
Dit middel kan via een injectie in uw ader hartaanvallen of operaties.
-
Dit middel kan worden toegevoegd aan h
van de dialysebehandeling (verwijdering Dit middel niet in een spier spuiten (injectere
Hoeveel u krijgt toegediend
-
Uw arts beslist hoeveel u van het genees hangt af van de reden waarom het gebru
-
Als u problemen heeft met uw nieren, krij
1.
De behandeling van bloedstolsels die in
-
De aanbevolen dosering is 150 IE (1,5 of 100 IE (1 mg) per kilogram lichaam
-
Uw arts beslist hoelang u dit middel m
Het stoppen van de vorming van bloedst
Als u geopereerd bent of in periodes van door een ziekte
-
De dosis hangt af van de kans dat zic U krijgt iedere dag 2.000 IE (20 mg) o
-
Als u geopereerd zal worden, wordt u voor de operatie toegediend.
-
Als u door uw ziekte minder kan bewe 4.000 IE (40 mg) van dit middel krijge
-
Uw arts beslist hoelang u dit middel m
Na een hartaanval
Dit middel kan worden gebruikt voor twee (ST-elevatie-myocardinfarct) of NSTEMI van dit middel die u krijgt, hangt af van u
NSTEMI-type hartaanval
-
De aanbevolen dosering is 100 IE (1 mg)
-
Uw arts zal u normaal gesproken vragen
-
Uw arts beslist hoelang u dit middel moet
STEMI-type hartaanval als u jonger bent dan
-
Een eerste dosis van 3.000 IE (30 mg) va
-
Op hetzelfde moment krijgt u ook dit mid De aanbevolen dosering is 100 IE (1 mg)
-
Uw arts zal u normaal gesproken vragen
-
Uw arts beslist hoelang u dit middel moet
STEMI-type hartaanval als u 75 jaar of oude
-
De aanbevolen dosering is 75 IE (0,75 m
-
De maximale hoeveelheid van dit middel
-
Uw arts beslist hoelang u dit middel moet
Patiënten die een dotterbehandeling (het blij coronaire interventie (PCI)) moeten krijgen: heeft gekregen, beslist uw arts of u een extr Deze wordt via een injectie in uw ader toege
3. Het stoppen van de vorming van bloedst
-
De aanbevolen dosering is 100 IE (1 mg)
-
Dit middel wordt toegevoegd aan het slan van de dialysebehandeling (verwijdering is normaal gesproken voldoende voor ee van 50 IE tot 100 IE (0,5 tot 1 mg) toevoe
De aanbevolen doseringen zijn mogelijk met dan 4.000 IE ((40mg)/0,4ml) beschikbaar, w
Uitleg voor het gebruik van voorgevulde
Als u zichzelf Enoxaparine Medcor moet i
Als u dit middel aan uzelf kan toedienen, zal Probeer uzelf niet te injecteren als u niet is l doen, neem dan meteen contact op met uw injectie’ genoemd) op de juiste wijze uitvoere
Heeft u eenmaal de beschermdop verwijderd, zorg er dan voor dat de naald niets aanraakt. Dit om ervoor te zorgen dat de naald schoon (steriel) blijft.
-
Indien de hoeveelheid geneesmiddel in de spuit hetzelfde is als uw voorgeschreven dosis, dan hoeft u de dosis niet aan te passen. U bent nu klaar voor de injectie.
-
Als uw dosis afhankelijk is van uw lichaamsgewicht, kan het zijn dat u de dosis in de spuit moet aanpassen tot deze overeenkomt met de voorgeschreven dosis. In dat geval kunt u het teveel
aan geneesmiddel uit de spuit duwen door de spuit recht naar beneden te laten wijzen (zodat de luchtbel in de spuit blijft) en het teveel aan geneesmiddel in een hiervoor geschikt potje of bakje te spuiten.
-
Er kan een druppel aan de naald hangen. Als dit gebeurt, laat dan de naald recht naar beneden wijzen en tik met een vinger tegen de spuit tot de druppel valt. U bent nu klaar voor de injectie.
De injectie toedienen
-
Houd de spuit in de hand waarmee u schrijft (zoals u een potlood vasthoudt). Met uw andere hand knijpt
u voorzichtig met duim en wijsvinger de schoongemaakte huid van uw buik samen tot een huidplooi.
• Zorg ervoor dat u de huidplooi tijdens de hele injectie blijft vasthouden.
-
Houd de spuit zodanig vast dat de naald recht naar beneden wijst (verticaal onder een hoek van 90°). Duw de naald in zijn geheel in de huidplooi.
-
Duw met uw duim de zuiger naar beneden. Hierdoor wordt het geneesmiddel in het vetweefsel van de buik gespoten. Voltooi de injectie tot al het geneesmiddel in de spuit is gebruikt.
-
Verwijder de naald uit de injectieplaats door deze er recht uit te trekken. Houd de naald van u af en zorg dat deze niet naar een andere persoon wijst. U kunt nu de huidplooi loslaten.
Na de injectie
-
Om blauwe plekken te voorkomen, niet op de injectieplaats wrijven na de inspuiting.
-
Gooi de gebruikte spuit in een naaldencontainer. Doe het deksel stevig op de naaldencontainer en plaats deze buiten het zicht en bereik van kinderen. Wanneer de container vol is, kunt u deze weggooien
zoals uw arts of apotheker u heeft uitgelegd.
Al het ongebruikte geneesmiddel of afvalmateriaal moet worden vernietigd volgens de lokale voorschriften.
Als u de indruk krijgt dat de dosis te hoog (u krijgt bijvoorbeeld onverwachts een bloeding) of te laag (de dosis lijkt bijvoorbeeld niet te werken) is, neem dan contact op met uw arts of uw apotheker.
Van antistollingsmiddel veranderen
-
Het overstappen van dit middel op bloedverdunners bekend als vitamine K-antagonisten (bijvoorbeeld warfarine)
Uw arts zal u vragen een bloedtest, bekend als INR, te laten doen en zal u laten weten wanneer u met dit middel kunt stoppen.
-
Het overstappen van bloedverdunners bekend als vitamine K-antagonisten (bijvoorbeeld warfarine) op dit middel
Stop met het nemen van de vitamine K-antagonist. Uw arts zal u vragen een bloedtest, bekend als INR, te laten doen en zal u laten weten wanneer u met dit middel kunt beginnen.
-
Overstappen van dit middel op een behandeling met directe orale (via de mond) antistollingsmiddelen
Stop met het gebruik van dit middel. Begin met de directe orale (via de mond) antistollingsmiddelen 0 tot 2 uur voor het moment waarop u normaal gesproken de volgende injectie had gekregen,
en houd het normale schema verder aan.
-
Overstappen van een behandeling met directe orale (via de mond) antistollingsmiddel op dit middel
Stop met het gebruik van directe orale antistollingsmiddelen. Wacht met de start van de behandeling met dit middel tot 12 uur na de laatste dosis van het directe orale antistollingsmiddel.
Gebruik bij kinderen en jongeren tot 18 jaar
De veiligheid en werkzaamheid van dit middel zijn niet bepaald bij kinderen en jongeren tot 18 jaar.
Heeft u te veel van dit medicijn gebruikt?
Als u denkt dat u te veel of te weinig van dit middel heeft gebruikt, neem dan onmiddellijk contact op met uw arts, verpleegkundige of apotheker, zelfs als u geen symptomen of problemen opmerkt. Als een kind per ongeluk dit middel injecteert of inslikt, breng het dan onmiddellijk naar de afdeling spoedeisende hulp van het ziekenhuis.
Bent u vergeten dit medicijn te gebruiken?
Als u bent vergeten uzelf een dosis toe te dienen, doe dit dan zodra u eraan denkt. Neem geen dubbele dosis op dezelfde dag om een vergeten dosis in te halen. Het bijhouden van een schema of dagboek zal u helpen geen dosis te vergeten.
Als u stopt met het gebruik van dit medicijn
Heeft u nog andere vragen over het gebruik van dit medicijn? Neem dan contact op met uw arts, apotheker of verpleegkundige.
Het is belangrijk dat u dit middel blijft gebruiken tot uw arts besluit de injecties te stoppen. Als u stopt, kan zich bij u een bloedstolsel vormen, wat erg gevaarlijk kan zijn.