Farmaceutische vorm en inhoud
Gliclazide PCH is een geneesmiddel in de vorm van tabletten met gereguleerde afgifte. Gliclazide PCH wordt geleverd in flacons, doordrukstrips en eenheidsafleververpakkingen (EAV). Flacons bevatten 60, 100, 200, 250, 500, 750 en 1000 tabletten. Doordrukstrips bevatten veelvouden van 10 en 15 tabletten. Eenheidsafleververpakkingen (EAV) bevatten 50 tabletten.
Geneesmiddelengroep
Gliclazide behoort tot de groep van geneesmiddelen die afgeleiden van sulfonylureum worden genoemd. Afgeleiden van sulfonylureum, zoals gliclazide, stimuleren de afgifte van insuline door de alvleesklier. Insuline is een stofje dat door het eigen lichaam wordt gemaakt en ervoor zorgt dat de hoeveelheid glucose in het bloed (het zogenaamde bloedsuiker) daalt. Gliclazide werkt dus alleen indien het lichaam in staat is insuline aan te maken. Verder zorgt gliclazide ervoor dat de lever minder
glucose in het bloed brengt en dat andere weefsels makkelijker glucose uit het bloed opnemen. Als gevolg hiervan daalt de hoeveelheid glucose in het bloed tot een normale waarde.
Toepassing van het geneesmiddel
Gliclazide wordt gebruikt bij de behandeling van een bepaalde vorm van suikerziekte, nl. niet-insuline- afhankelijke diabetes ofwel ouderdomsdiabetes (diabetes mellitus type II), indien met dieet alleen onvoldoende resultaat wordt verkregen.
Het gebruik van gliclazide hangt af van de aandoening. De basis van iedere succesvolle behandeling van suikerziekte berust op een juist dieet, regelmatige lichamelijke activiteit en tevens regelmatige bloed- en urineonderzoeken. Negatieve gevolgen die kunnen ontstaan bij het niet nakomen van de dieetvoorschriften kunnen niet door tabletten of insuline worden gecompenseerd. De dosering is afhankelijk van het resultaat van stofwisselingsonderzoek (bloed- en urinesuikerbepalingen) en wordt door de arts voor iedere patiënt afzonderlijk vastgesteld; in sommige gevallen kan deze dosering afwijken van de aanbevolen dosering. Bij een verslechtering van de situatie of in periodes van stress (koorts, operaties, infecties) kan overschakeling op insuline noodzakelijk zijn. Raadpleeg in geval van twijfel altijd uw arts.
Dosering
De gebruikelijke dosering bedraagt 2 tabletten per dag kort vóór of tijdens de maaltijden (’s morgens en ’s avonds). Na ongeveer 14 dagen kan de dosering zonodig aangepast worden tot 1 tablet per dag (‘s morgens) of 3 tabletten per dag (’s morgens, ’s middags en ’s avonds). De maximale dosering bedraagt
3 tabletten van 80 mg per dag.
Toediening
Neem de tabletten kort vóór of tijdens de maaltijd in.
Als u merkt of denkt dat gliclazide te sterk werkt, of juist te weinig, raadpleeg dan uw arts of apotheker.
Wat u moet doen wanneer u te veel gliclazide heeft ingenomen:
Wanneer u te veel gliclazide heeft ingenomen, neem dan onmiddellijk contact op met uw arts of apothe- ker. Laat uw arts of apotheker altijd de verpakking of patiëntenbijsluiter zien, die zal u dan op de juiste manier behandelen. Na overdosering kan misselijkheid, braken en pijn in de bovenbuik optreden. Verder kunnen onrust, bevingen (tremoren), stoornissen in het zien (visusstoornissen), coördinatiestoornissen, slaperigheid, coma en stuiptrekkingen (convulsies) optreden. Deze verschijnselen ontstaan door een te laag suikergehalte in uw bloed (hypoglykemie) en kunnen tot 24 uur na inname van de overdosis optreden. Daarom is ziekenhuisopname in de regel aan te bevelen.
Wat u moet doen wanneer u bent vergeten gliclazide in te nemen:
Indien u vergeten bent uw tablet gliclazide in te nemen en het tijdstip is niet al te lang voorbij dan dient u het tablet alsnog in te nemen. Indien het tijdstip reeds langer voorbij is dan dient u toch het tablet in te nemen. Het is dan wel raadzaam voor u de behandeling voortzet uw bloedsuiker te bepalen. Het is raadzaam hierover uw arts te raadplegen.
Neem nooit een dubbele dosis gliclazide om zo de vergeten dosis in te halen.
Effecten die u kunt verwachten wanneer de behandeling met gliclazide wordt gestopt:
Uw arts heeft aangegeven hoe lang u gliclazide moet gebruiken. Stop de behandeling niet voortijdig zonder met uw arts te overleggen. Stoppen met de behandeling zal waarschijnlijk leiden tot een verhoging van uw bloedsuikerspiegel.