Gebruik dit geneesmiddel altijd precies zoals uw arts u dat heeft verteld. Twijfelt u over het juiste gebruik? Neem dan contact op met uw arts.
Dosering
Uw arts zal de juiste dosis berekenen, rekening houdend met uw gewicht en reactie op de behandeling. Wijzig de dosis of periode tussen doses niet zonder eerst uw arts te raadplegen. Spreek a.u.b. met uw arts als u denkt dat u Hizentra vaker of minder vaak toegediend zou moeten krijgen.
Raadpleeg zo snel mogelijk uw arts als u denkt dat u een dosis heeft gemist.
Vervangingstherapie
Uw arts zal bepalen of u een oplaaddosis (voor volwassenen en kinderen) van minstens 1 tot 2,5 ml/kg lichaamsgewicht verdeeld over verschillende dagen nodig heeft. Hierna kunnen met herhaalde tussenperiodes onderhoudsdoses worden gegeven, van dagelijks tot eens per twee weken, tot een cumulatieve maanddosis van ongeveer 2 tot 4 ml/kg lichaamsgewicht. Het kan zijn dat uw arts de dosis moet aanpassen op basis van uw respons op de behandeling.
Immunomodulerende behandeling
Uw arts zal de behandeling met Hizentra starten 1 week na de laatste intraveneuze immunoglobuline- infusie. Hij zal wekelijks een dosis van 1,0 tot 2,0 ml/kg lichaamsgewicht onderhuids (subcutaan)
toedienen. Uw arts zal uw wekelijkse dosis van Hizentra bepalen. De wekelijkse onderhoudsdoses kunnen worden verdeeld over kleinere doses en zo vaak als nodig worden toegediend in de loop van de week. Bij toediening om de twee weken zal uw arts de wekelijkse dosis van Hizentra verdubbelen. Uw gezondheidswerker kan de dosis aanpassen naargelang uw respons op de behandeling.
Wijze van toediening en toedieningsweg
De thuisbehandeling zal worden gestart door een medische zorgverlener die ervaring heeft met de behandeling van immunodeficiëntie/CIDP met SCIg en de begeleiding van patiënten voor thuisbehandeling.
Men zal u het volgende aanleren:
-
aseptische infusietechnieken
-
het bijhouden van een behandelingsdagboek en
-
maatregelen die genomen moeten worden bij ernstige bijwerkingen.
Infusieplaats(en)
-
Dien Hizentra enkel onderhuids toe.
-
Hizentra kan via infusie worden toegediend op plaatsen als de buik, de dij, bovenarm en zijkant van de heup. Als grote doses (> 50 ml) worden gegeven, probeer deze toe te dienen op verschillende plaatsen.
-
U kunt tegelijkertijd gebruik maken van een onbeperkt aantal injectieplaatsen. De injectieplaatsen moeten minstens 5 cm van elkaar verwijderd zijn.
-
Als u een hulpmiddel gebruikt voor de infusie (bv. een spuitpomp), kunnen meerdere hulpmiddelen voor infusie tegelijkertijd gebruikt worden.
-
Als u het middel toedient via een injectiespuit waarvan u de zuiger manueel indrukt, mag u slechts één infusieplaats per spuit gebruiken. Als u een extra spuit Hizentra moet toedienen, moet u dat doen met een nieuwe steriele injectienaald en op een andere injectieplaats.
-
Het volume van via infusie toegediend product kan variëren afhankelijk van de injectieplaats.
Infusiesnelheid
Uw arts zal op basis van uw individuele dosis, toedieningsfrequentie en hoe goed u het product verdraagt, bepalen wat voor u de juiste infusiemethode en -snelheid zijn.
Infusie via een hulpmiddel:
De aanbevolen infusiesnelheid bij aanvang van de behandeling is tot 20 ml/uur/injectieplaats. Indien goed verdragen, kan de infusiesnelheid geleidelijk worden verhoogd tot 35 ml/uur/injectieplaats voor de volgende twee infusies. Daarna kan de infusiesnelheid verder verhoogd worden afhankelijk van uw verdraagbaarheid.
Infusie waarbij u de zuiger manueel indrukt:
De maximale aanbevolen infusiesnelheid bij het begin bedraagt 0,5 ml/min/plaats (30 ml/uur/plaats). Als die goed wordt verdragen, mag de infusiesnelheid worden verhoogd naar maximaal
2,0 ml/min/plaats (120 ml/uur/plaats) voor de volgende infusies. Daarna kan de infusiesnelheid verder verhoogd worden afhankelijk van hoe goed u het middel verdraagt.
Instructies voor gebruik
Volg de onderstaande stappen en gebruik een aseptische techniek (techniek waarbij het middel niet besmet kan raken en steriel blijft) om Hizentra toe te dienen.
Reinig het oppervlak
Reinig een tafel of een ander vlak oppervlak grondig met een antiseptisch doekje.
-
Leg het materiaal klaar
Leg Hizentra en het andere benodigde materiaal voor de infusie klaar op een schoon, vlak oppervlak.
Was uw handen grondig en droog ze af.
-
Controleer de injectieflacons
Inspecteer Hizentra op vaste deeltjes in de oplossing of verkleuring en controleer de uiterste houdbaarheidsdatum vóór toediening van Hizentra. Gebruik geen troebele oplossing of oplossing die vaste deeltjes bevat. Een oplossing die is bevroren is geweest, mag u niet gebruiken. Dien de oplossing toe als deze op kamer- of lichaamstemperatuur is. Als een flacon geopend is, moet u de oplossing onmiddellijk gebruiken.
Klaarmaken van Hizentra voor infusie
Reinig de stop van de injectieflacon – Verwijder de beschermende dop van de injectieflacon zodat het middelste gedeelte van de rubber stop bloot komt te liggen. Reinig de stop met een alcoholdoekje of een product voor ontsmetting en laat drogen.
Breng Hizentra in de spuit voor infusie – Bevestig een overbrengsysteem of naald op een steriele spuit met een aseptische techniek. Bij gebruik van een overbrengsysteem (aanpriknaald met ontluchting) moet u de instructies van de fabrikant van het systeem volgen. Bij gebruik van een naald trekt u de zuiger terug om een hoeveelheid lucht in de spuit te trekken gelijk aan de hoeveelheid Hizentra die moet worden opgezogen. Steek daarna de naald in het midden van de stop van de injectieflacon. Om schuimvorming te voorkomen, moet u de lucht in de luchtruimte van de injectieflacon spuiten (en niet in de vloeistof).
Trek tot slot het gewenste volume Hizentra op. Als u meerdere injectieflacons moet gebruiken om de gewenste dosis te verkrijgen, moet u deze stap herhalen.
-
Maak de infuuslijn klaar
Bevestig de infuuslijn of een naald op de spuit. Vul de lijn voor om alle resterende lucht te verwijderen.
Voorbereiding van de infusieplaats(en)
Kies de infusieplaats(en) – Het aantal en de plaats van de infusieplaatsen hangen af van het volume van de totale dosis. De infusieplaatsen moeten minstens 5 cm uit elkaar liggen. U mag een onbeperkt aantal plaatsen tegelijk gebruiken.
Reinig de infusieplaats(en) met een ontsmettend product voor de huid. Laat elke plaats drogen voor u doorgaat.
-
Inbrengen van de naald
Neem de huid vast tussen 2 vingers en steek de naald in het onderhuidse weefsel.
Bevestig de naald op de huid – Gebruik zo nodig gaas en kleefpleister of een transparant verband om de naald op zijn plaats te houden.
Dien Hizentra toe
Start de infusie.
Als u een infuuspomp gebruikt, moet u de richtlijnen van de fabrikant volgen.
1.
Noteer de infusie
Noteer de volgende gegevens in uw behandelingsdagboek:-
de datum van toediening,
-
het partijnummer van het geneesmiddel en
-
de via infusie toegediende hoeveelheid, de snelheid van infusie, het aantal en de ligging van de infusieplaatsen.
Opruimen
Gooi niet-gebruikt product en het materiaal dat voor toediening is gebruikt, na de toediening weg overeenkomstig de plaatselijke vereisten.
Als u nog vragen hebt over het gebruik van dit geneesmiddel, neemt u contact op met uw arts of zorgverlener.
Heeft u te veel van dit middel gebruikt?
Als u denkt dat u te veel Hizentra hebt genomen of een dosis hebt gemist, spreek hierover dan zo snel mogelijk met uw arts.
Bent u vergeten dit middel te gebruiken?
Als u denkt dat u een dosis hebt overgeslagen, spreek zo snel mogelijk met uw arts.