Furosemide CF 10 mg/ml injectievloeistof, oplossing voor injectie (i.v., i.m.) 2 ml en 4 ml

Furosemide CF 10 mg/ml injectievloeistof, oplossing voor injectie (i.v., i.m.) 2 ml en 4 ml
Werkzame stof(fen)Furosemide
Toelatingslandnl
VergunninghouderCentrafarm
ATC-codeC03CA01
Farmacologische groepenHoog plafond diuretica

Patiëntenbijsluiter

Wat is het en waarvoor wordt het gebruikt?

Furosemide CF 10 mg/ml injectievloeistof behoort tot de geneesmiddelengroep van de lisdiuretica (bepaald type plasmiddelen). Furosemide CF 10 mg/ml injectievloeistof bevordert de water- en zoutuitscheiding via de urine.

Furosemide CF 10 mg/ml injectievloeistof wordt gebruikt bij:

  • vochtophoping (oedeem) veroorzaakt door hart, lever- of nieraandoeningen
  • vochtophoping in de longen (longoedeem)
  • verhoogde bloeddruk (hypertensie), waarbij de bloeddruk licht of middelmatig verhoogd is; bij ernstige verhoogde bloeddruk is een gecombineerde behandeling met andere bloeddrukverlagende middelen aan te bevelen
  • plotseling te veel calcium in het bloed (acute hypercalciëmie)
  • ondersteunen van gedwongen afscheiding van urine (diurese).

Wat moet u weten voordat u het gebruikt?

Gebruik Furosemide CF 10 mg/ml injectievloeistof niet

  • als u allergisch (overgevoelig) bent voor furosemide of voor één van de andere bestanddelen van Furosemide CF 10 mg/ml injectievloeistof. Wanneer u allergisch bent voor bepaalde geneesmiddelen die de bacteriegroei remmen (sulfonamiden; bijvoorbeeld sulfonamide antibiotica of sulfonylurea), kunt u ook allergisch zijn voor furosemide.
  • wanneer u onvoldoende bloedvolume heeft (hypovolemie) of lijdt aan uitdroging (dehydratie).
  • wanneer uw urine wegblijft (anurie) tengevolge van onvoldoende werking van de nieren (nierinsufficiëntie).
  • wanneer u te weinig kalium in uw bloed heeft, in ernstige vorm te herkennen aan spierkrampen of spierzwakte en vermoeidheid (hypokaliëmie).
  • wanneer u te weinig natrium in uw bloed heeft (hyponatriëmie).
  • wanneer u een ernstige leveraandoening heeft (precomateuze en comateuze leverencefalopathie).

Wees extra voorzichtig met Furosemide CF 10 mg/ml injectievloeistof

  • als u een verlaagde bloeddruk heeft (hypotensie); uw arts zal u regelmatig controleren.
  • als u lijdt aan een duidelijk bloeddrukverlies, bijvoorbeeld door vernauwing van de kransaders of van de bloedvaten die de hersenen voeden; uw arts zal u regelmatig controleren.
  • als u latente (sluimerende) of manifesterende (duidelijk zichtbare) diabetes mellitus (suikerziekte) heeft; uw arts zal u regelmatig controleren.
  • als u een ontsteking van de gewrichten, veroorzaakt door afzetting van urinezuurkristallen (jicht) heeft; uw arts zal u regelmatig controleren.
  • als uw nieren minder goed werken én u een ernstige leverziekte heeft (lever-niersyndroom); uw arts zal u regelmatig controleren.
  • als u een te laag eiwitgehalte in uw bloed heeft (hypoproteïnemie); uw arts zal u regelmatig controleren.
  • bij vroeggeborenen; de arts zal uw baby regelmatig controleren.
  • als u lijdt aan een leverziekte (levercirrose) en gelijktijdig behandeld wordt met bijnierschorshormonen (corticosteroïden), eenzijdige voeding gebruikt of misbruik maakt van laxeermiddelen; een tekort aan kalium in het bloed kan ontstaan (hypokaliëmie). Uw arts zal regelmatig uw bloed controleren. Bij langdurig gebruik van furosemide kan de arts een kaliumrijk dieet voorschrijven (aardappelen, bananen, tomaten, citrusvruchten, vruchtensappen, gedroogde vruchten, bloemkool en spinazie).
  • als u lijdt aan een bestaande koolhydraatintolerantie of suikerziekte (diabetes mellitus); deze aandoeningen kunnen verergeren. Uw arts zal regelmatig uw bloedglucosegehalte controleren.
  • als u een verstoorde nierfunctie heeft met als gevolg veel plassen; u moet zorgen dat u voldoende vocht (door te drinken) tot u neemt.
  • als u lijdt aan mechanische afsluiting in de urinewegen, zoals waternier (hydronefrose), vernauwing van de urineleider (ureterstrictuur), nierstenen (nefrolithiase) of prostaatlijden; uw arts zal eventueel een lagere dosering van furosemide voorschrijven en zal u nauwkeurig controleren.
  • als u lijdt aan een bestaande verhoging van de zuurgraad (pH) in het bloed door zuurverlies (metabole alkalose); dit kan verergerd worden door furosemide. Bij langdurig gebruik zal de arts u regelmatig controleren.
  • als u plotseling lijdt aan te veel calcium in het bloed (acute hypercalciëmie) als gevolg van braken en afscheiding van urine (diurese); uw arts zal u vaker controleren.

Raadpleeg uw arts indien één van de bovenstaande waarschuwingen voor u van toepassing is, of dat in het verleden is geweest.

Gebruik met andere geneesmiddelen

Furosemide CF 10 mg/ml injectievloeistof en andere geneesmiddelen kunnen elkaars werking en bijwerkingen beïnvloeden. Dit geldt onder andere voor:

  • bijnierschorshormonen met o.a. een ontstekingsremmende werking (corticosteroïden), carbenoxolon, verhoogd alcoholgebruik en misbruik van laxeermiddelen; hierdoor kan een tekort aan kalium in het bloed (hypokaliëmie) ontstaan.
  • hartmiddelen (bijvoorbeeld digoxine); de toxiciteit (giftigheid) van deze middelen kan verhoogd worden door een verstoorde elektrolytenbalans (bijvoorbeeld te weinig kalium en natrium in het bloed).
  • middelen om suikerziekte te behandelen (antidiabetica); de werking van deze middelen kan verminderd worden.
  • bloeddrukverhogende middelen (zogenaamde sympathicomimetica, zoals epinefrine en norepinefrine); de werking van deze middelen kan verminderd worden.
  • spierverslappende middelen (spierrelaxantia en theofylline (middel bij astma)); de effecten van deze middelen kunnen versterkt worden.
  • bepaalde antibiotica (middelen ter voorkoming/bestrijding van bepaalde infecties); de nieren en het gehoor kunnen beschadigd raken door deze middelen. De gehoorstoornissen kunnen blijvend van aard zijn.
  • cefalosporines (bepaalde soort antibiotica); nierbeschadiging kan optreden, vooral wanneer uw nieren minder goed werken.
  • ciclosporine A (middel dat de natuurlijk afweer onderdrukt, onder andere bij transplantaties); er bestaat een verhoogd risico op het krijgen van ontstekingen aan de gewrichten (jicht- gelijkende artritis).
  • middelen die via de nieren worden uitgescheiden, zoals probenecide (middel bij pijn) en methotrexaat (middel dat de natuurlijke afweer onderdrukt (immunosuppressivum); deze middelen verminderen het effect van furosemide.
  • lithiumpreparaten (middelen bij depressies); de kans op vergiftiging door lithium is verhoogd (lithiumintoxicatie). Uw arts zal regelmatig de lithiumconcentratie in uw bloed controleren.
  • orale bloedsuikerverlagende middelen en middelen die de bloeddruk verhogen (pressoraminen); furosemide verzwakt de werking van deze middelen.
  • bloeddrukverlagende middelen (antihypertensiva) en ACE-remmers (bepaalde groep bloeddrukverlagende middelen); furosemide versterkt de werking van deze middelen.
  • bepaalde groep van pijnstillende middelen met ook een ontstekingsremmende en koortswerende werking (NSAIDs, zoals indometacine en acetylsalicylzuur); de bloeddrukverlagende werking van furosemide wordt tegengegaan.
  • fenytoïne (middel bij epilepsie); het urine-vorming bevorderend (diuretisch) effect van furosemide neemt af.
  • cisplatine (middel bij kanker); gelijktijdig gebruik met furosemide kan leiden tot gehoorbeschadigingen.
  • chloralhydraat (slaapmiddel); indien binnen 24 uur na inname van chloralhydraat Furosemide CF 10 mg/ml injectievloeistof intraveneus wordt toegediend, kunnen zweten, rusteloosheid, misselijkheid, verhoogde bloeddruk, versnelde hartslag (tachycardie) of warmtegewaarwording optreden. Gelijktijdig gebruik van furosemide en chloralhydraat wordt daarom niet aanbevolen.

Vertel uw arts of apotheker als u andere geneesmiddelen gebruikt of kort geleden heeft gebruikt. Dit geldt ook voor geneesmiddelen die u zonder voorschrift kunt krijgen.

Zwangerschap en borstvoeding

Bij zwangerschap dient furosemide alleen te worden gebruikt op advies van de arts en uitsluitend voor vochtophoping (oedeem) die niet direct of indirect met de zwangerschap samenhangt.

Furosemide passeert de moederkoek, waardoor het ongeboren kind een verhoogde afscheiding van urine (diurese) kan hebben. Uw arts zal de groei van het kind nauwkeurig controleren.

Furosemide komt in de moedermelk terecht en kan de vorming van moedermelk remmen. U dient geen borstvoeding te geven wanneer u behandeld wordt met furosemide.

Vraag uw arts of apotheker om advies voordat u een geneesmiddel inneemt.

Rijvaardigheid en het gebruik van machines

Het vermogen om deel te nemen aan het verkeer of om machines te bedienen kan in zeldzame gevallen nadelig worden beïnvloed door het gebruik van furosemide. Dit gebeurt vooral in het begin van de behandeling, bij verandering van medicatie en in combinatie met alcohol.

Hoe wordt het gebruikt?

Uw arts zal over het algemeen de laagst mogelijke dosering toedienen.

Uw arts dient furosemide alleen intraveneus toe, wanneer een tablet niet toegediend kan worden of niet het gewenste resultaat bereikt (bijvoorbeeld bij verminderde opname via de darmen) of wanneer een snel effect vereist is. Indien mogelijk, zal uw arts zo snel mogelijk overstappen op de tabletvorm van furosemide.

Uw arts kan de injectievloeistof zowel intraveneus (in de aders) als intramusculair (in de spieren) toedienen. Uw arts zal bepalen welke toediening in uw geval nodig is.

Over het algemeen zal uw arts starten met een dosering van 20 tot 40 mg.

Voor kinderen gelden bijzondere richtlijnen voor de dosering: 1 mg per kg lichaamsgewicht met een maximum van 20 mg per dag.

Als u merkt dat Furosemide CF 10 mg/ml injectievloeistof te sterk of juist te weinig werkt, raadpleeg dan uw arts of apotheker.

Wat u moet doen als u meer van Furosemide CF 10 mg/ml injectievloeistof heeft gebruikt dan u zou mogen

Wanneer (u denkt dat) er te veel Furosemide CF 10 mg/ml injectievloeistof is toegediend, neem dan onmiddellijk contact op met uw arts of apotheker. Symptomen van overdosering kunnen zijn: plotseling verlaagde bloeddruk (acute hypotensie), uitdroging (dehydratie) en tekort aan bepaalde stoffen in het lichaam (elektrolytentekort).

Wat u moet doen wanneer u bent vergeten Furosemide CF 10 mg/ml injectievloeistof te gebruiken

Neem contact op met uw behandelend arts.

Als u stopt met het gebruik van Furosemide CF 10 mg/ml injectievloeistof

Stoppen met de kuur alleen op indicatie van uw arts. Vroegere klachten kunnen terug komen.

Als u nog vragen heeft over het gebruik van dit geneesmiddel, vraag dan uw arts of apotheker.

Wat zijn mogelijke bijwerkingen?

Zoals alle geneesmiddelen kan Furosemide CF 10 mg/ml injectievloeistof bijwerkingen veroorzaken, hoewel niet iedereen deze bijwerkingen krijgt.

Bijwerkingen kunnen in de volgende frequenties voorkomen: zeer vaak (bij meer dan 1 op de 10 gebruikers), vaak (bij 1 tot 10 op de 100 gebruikers), soms (bij 1 tot 10 op de 1.000 gebruikers),

zelden (bij 1 tot 10 op de 10.000 gebruikers) en zeer zelden (bij minder dan 1 op de 10.000 gebruikers) of niet bekend (kan met de beschikbare gegevens niet worden bepaald).

De bijwerkingen die bij Furosemide CF 10 mg/ml injectievloeistof kunnen optreden, houden meestal verband met de water- en zoutuitscheidende werking van furosemide.

Bijwerkingen die zouden kunnen optreden zijn:

Bloed- en lymfestelselaandoeningen

Soms:

  • bloedafwijking (tekort aan bloedplaatjes) gepaard gaande met blauwe plekken en bloedingsneiging (trombocytopenie).

Zelden:

  • bloedafwijking (tekort aan witte bloedlichaampjes) gepaard gaande met verhoogde gevoeligheid voor infecties (leukopenie)
  • toename van bepaalde stoffen (eosinofiele cellen) in het bloed (eosinofilie).

Zeer zelden:

  • bloedarmoede als gevolg van tekort aan rode bloedlichaampjes (aplastische anemie)
  • bloedarmoede als gevolg van te grote afbraak van het bloed (hemolytische anemie)
  • zeer ernstige bloedafwijking (tekort aan witte bloedlichaampjes) gepaard gaande met plotselinge hoge koorts, heftige keelpijn en zweertjes in de mond (agranulocytose).

Endocriene aandoeningen

Het kan voorkomen dat u bepaalde suikers (glucose) niet meer kunt verdragen door het gebruik van furosemide.

Indien u suikerziekte (diabetes mellitus) heeft, kunt u bepaalde waarden in uw bloed niet meer nauwkeurig meten.

Voedings- en stofwisselingsstoornissen

Furosemide kan leiden tot overmatig verlies van lichaamsvocht (bijvoorbeeld door vaker plassen dan normaal) en verlies van mineralen (natrium, kalium, magnesium, calcium). Symptomen die hierdoor kunnen optreden zijn: dorst, hoofdpijn, verwarring, spierkrampen, verhoogde prikkelbaarheid van de spieren (tetanie), spierzwakte, hartritmestoornissen en maagdarmstoornissen.

Bij tekort aan natrium (natriumdeficiëntie):

  • kuitkrampen
  • gebrek aan eetlust
  • lusteloosheid (apathie)
  • gevoel van zwakte
  • duizeligheid
  • slaperigheid
  • braken
  • verwardheid.

Bij tekort aan kalium (kaliumdeficiëntie):

  • spierzwakte en het onvermogen om één of meer spieren te doen samentrekken (paralyse)
  • maagdarmklachten (intestinale symptomen), zoals braken, verstopping (constipatie) en winderigheid (meteorisme)
  • verhoogde uitscheiding van urine (polyurie)
  • hartklachten (cardiale symptomen)
  • bij ernstig kaliumverlies: belemmering van de darmwerking (paralytische ileus) of verwardheid, wat kan resulteren in coma.

Bii tekort aan magnesium en calcium (magnesium- en calciumdeficiëntie):

  • verhoogde prikkelbaarheid van de spieren (tetanie)
  • hartritmestoornissen.

Zenuwstelselaandoeningen

Zelden:

  • waarnemen van kriebelingen, jeuk of tintelingen zonder dat daar aanleiding voor is (paresthesieën)
  • levensbedreigende vorm van bewusteloosheid (hyperosmolair coma).

Evenwichtsorgaan- en ooraandoeningen

Zelden:

  • gehooraandoeningen
  • oorsuizen (tinnitus).

Deze bijwerkingen zijn meestal van tijdelijke aard.

Hartaandoeningen

  • verlaging van de bloeddruk, met als gevolg verminderde concentratie en reacties, licht hoofd, gevoel van druk op het hoofd, hoofdpijn, duizeligheid, slaperigheid, gevoel van zwakte, verstoord gezichtsvermogen, droge mond en niet kunnen rechtstaan (orthostatische intolerantie)
  • bij ouderen kan dit leiden tot een te gering bloedvolume (hypovolemie), uitdroging (dehydratie) en verdikking van het bloed (hemoconcentratie); hierdoor kunnen zich bloedproppen vormen in de bloedvaten (trombose).

Bloedvataandoeningen

Zelden:

  • ontsteking van een bloedvat (vasculitis).

Maagdarmstelselaandoeningen

Zelden:

  • maagdarmklachten, zoals misselijkheid, braken of diarree.

Lever- en galaandoeningen

Zeer zelden:

  • bepaalde leverfunctiestoornissen (intrahepatische cholestase)
  • verhoging van bepaalde leverenzymen (levertransaminasen)
  • plotselinge ontsteking van de alvleesklier gepaard gaande met heftige pijn in de bovenbuik uitstralend naar de rug en misselijkheid en braken (acute pancreatitis).

Huid- en onderhuidaandoeningen

Soms:

  • gevoeligheid voor licht (fotosensitiviteit).

Zelden:

  • overgevoeligheidsreacties zoals jeuk, huiduitslag met hevige jeuk en vorming van bultjes (galbulten of urticaria), koorts, overgevoeligheid voor licht, ernstige overgevoeligheidsreactie met (hoge) koorts, rode vlekken op de huid, gewrichtspijnen en/of oogontsteking (Stevens- Johnson syndroom), ernstige, acute (overgevoeligheids)reactie gepaard gaande met koorts en

blaren op de huid/vervelling van de huid (Lyell syndroom) en puntvormige bloedingen in de huid (purpura).

Nier- en urinewegaandoeningen

Zelden:

  • ontsteking van de nieren gepaard gaande met bloed in de urine, koorts en pijn in de flanken (interstitiële nefritis).

Indien u een urinewegverstopping heeft, kan een verhoogde urineproductie ontstaan of verergerd worden.

Indien u een blaasstoornis, vergroting van de prostaat (prostatische hyperplasie) of een vernauwing van de urineleiders heeft, kan de urineproductie plotseling stoppen.

Zwangerschap, perinatale periode en puerperium

Bij vroeggeborenen:

  • kalkneerslag in de nieren (nefrocalcinose)
  • nierstenen (nefrolithiase).

Algemene aandoeningen en toedieningsplaatsstoornissen

  • bij toediening in de spieren (intramusculaire injectie) kunnen reacties (zoals pijn) op de plaats van toediening voorkomen.

Zelden:

  • shock (sterke daling van de bloeddruk. bleekheid, onrust, zwakke snelle pols, klamme huid, verminderd bewustzijn) door een plotselinge sterke vaatverwijding ten gevolge van ernstige overgevoeligheid voor bepaalde stoffen (anafylactische shock)
  • koorts.

Wanneer één van de bijwerkingen ernstig wordt of als er bij u een bijwerking optreedt die niet in deze bijsluiter is vermeld, raadpleeg dan uw arts of apotheker.

Hoe moet het worden bewaard?

Buiten het bereik en zicht van kinderen houden.

Bewaren in de oorspronkelijke verpakking.

Bewaren beneden 25 °C.

Niet in de koelkast of de vriezer bewaren.

Gebruik Furosemide CF 10 mg/ml injectievloeistof niet meer na de vervaldatum die staat vermeld op de doos achter “Niet te gebruiken na” of na “Exp”. De vervaldatum verwijst naar de laatste dag van die maand.

Verdere informatie

Wat bevat Furosemide CF 10 mg/ml injectievloeistof

  • Het werkzaam bestanddeel is furosemide. 1 ml injectievloeistof bevat 10 mg furosemide.
  • De andere bestanddelen zijn natriumchloride, natriumhydroxide, zoutzuur en water voor injecties.

Hoe ziet Furosemide CF mg/ml injectievloeistof eruit en wat is de inhoud van de verpakking

Furosemide CF 10 mg/ml injectievloeistof is een heldere vloeistof, bestemd voor injectie in de aders (intraveneus) of spieren (intramusculair).

1 doos bevat 5, 10, 25, 50 of 100 injectieflacons. Niet alle genoemde verpakkingsgrootten worden in de handel gebracht.

Houder van de vergunning voor het in de handel brengen en fabrikant

Vergunninghouder

Centrafarm B.V.

Nieuwe Donk 3 4879 AC Etten-Leur Nederland

Fabrikant

Centrafarm Services B.V.

Nieuwe Donk 9

4879 AC Etten-Leur

Nederland

Furosemide CF 10 mg/ml injectievloeistof is in het register van geneesmiddelen ingeschreven onder RVG 55472.

Deze bijsluiter is voor de laatste keer goedgekeurd in september 2010.

Laatst bijgewerkt op 18.08.2022

Meer medicijnen met dezelfde werkzame stof

De volgende medicijnen bevatten ook de werkzame stof Furosemide. Raadpleeg uw arts over een mogelijk alternatief voor Furosemide CF 10 mg/ml injectievloeistof, oplossing voor injectie (i.v., i.m.) 2 ml en 4 ml

Medicijn
Vergunninghouder

Logo

Uw persoonlijke medicatie-assistent

Medicijnen

Blader hier door onze uitgebreide database van A-Z medicijnen, met effecten, bijwerkingen en doseringen.

Stoffen

Alle actieve ingrediënten met hun werking, toepassing en bijwerkingen, evenals de medicijnen waarin ze zijn opgenomen.

Ziekten

Symptomen, oorzaken en behandeling van veelvoorkomende ziekten en verwondingen.

De weergegeven inhoud vervangt niet de originele bijsluiter van het medicijn, vooral niet met betrekking tot de dosering en werking van de afzonderlijke producten. We kunnen geen aansprakelijkheid aanvaarden voor de nauwkeurigheid van de gegevens, omdat deze gedeeltelijk automatisch zijn omgezet. Raadpleeg altijd een arts voor diagnoses en andere gezondheidsvragen.

© medikamio