Wanneer mag u dit middel niet gebruiken?
-
Yescarta mag niet bij u worden gebruikt als u allergisch bent voor axicabtagene ciloleucel of een van de andere stoffen in dit geneesmiddel. Deze stoffen kunt u vinden in rubriek 6.
-
Als u geen behandeling kunt krijgen die lymfodepletie-chemotherapie wordt genoemd, die het aantal witte bloedcellen in uw bloed verlaagt (zie ook rubriek 3 “Hoe gebruikt u dit middel?”).
Wanneer moet u extra voorzichtig zijn met dit middel?
Yescarta wordt gemaakt van uw eigen witte bloedcellen en mag alleen aan u (autoloog gebruik) worden gegeven.
Voordat u Yescarta toegediend krijgt, moet u het uw arts vertellen als u:
-
problemen heeft met uw zenuwstelsel (zoals stuipen, beroerte of geheugenverlies);
-
nierproblemen heeft;
-
lage concentraties bloedcellen (bloedceltellingen) heeft;
-
in de afgelopen 4 maanden een stamceltransplantatie heeft ondergaan;
-
problemen met uw longen, hart of bloeddruk (te laag of te hoog) heeft;
-
tekenen of klachten van graft-versus-hostziekte heeft. Dit komt voor wanneer getransplanteerde cellen uw lichaam aanvallen. De klachten die hierbij horen, zijn huiduitslag, misselijkheid, braken, diarree en bloederige ontlasting;
-
merkt dat de klachten van uw kanker erger worden. Als u een lymfoom heeft, kunnen die klachten bestaan uit koorts, zich zwak voelen, nachtzweten, plotseling gewichtsverlies;.
-
een infectie heeft. De infectie zal worden behandeld vóór het Yescarta-infuus;
-
een hepatitis B-, hepatitis C- of humaan immunodeficiëntievirus- (hiv) infectie heeft gehad.
Als een van het bovengenoemde op u van toepassing is (of als u het niet zeker weet), praat dan met uw arts voordat u Yescarta krijgt toegediend.
Tests en controles
Voordat u Yescarta toegediend krijgt, zal uw arts:
-
uw longen, hart en bloeddruk controleren;
-
kijken of u tekenen heeft van een infectie; elke infectie zal worden behandeld voordat u Yescarta krijgt toegediend;
-
controleren of uw kanker erger wordt;
-
kijken of u tekenen heeft van graft-versus-hostziekte, een ziekte die zich na een transplantatie kan voordoen;
-
uw bloed controleren op urinezuur en controleren hoeveel kankercellen er in uw bloed zijn. Hieruit blijkt of u mogelijk een aandoening ontwikkelt die tumorlysissyndroom wordt genoemd. U kunt medicijnen krijgen om deze aandoening te helpen voorkomen;
-
u controleren op een hepatitis B-, hepatitis C- of hiv-infectie;
-
nagaan of u in de voorgaande 6 weken een vaccinatie heeft gehad of van plan bent om in de komende maanden een vaccinatie te halen.
Nadat u Yescarta toegediend heeft gekregen
Neem contact op met uw arts of verpleegkundige als u iets van het volgende heeft:
-
rillingen, extreme vermoeidheid, zwakte, duizeligheid, hoofdpijn, hoesten, kortademigheid of snelle hartslag; dit kunnen klachten zijn van een aandoening die cytokine-release-syndroom wordt genoemd. Neem gedurende 3-4 weken na de behandeling met Yescarta twee keer per dag uw temperatuur op. Als uw temperatuur hoog is, neem dan direct contact op met uw arts;
-
stuipen, trillen of spraakproblemen of onduidelijk praten, verlies van bewustzijn of verminderd bewustzijn, verwardheid en desoriëntatie, evenwichts- of coördinatieproblemen;
-
koorts, wat een klachten kan zijn van een infectie;
-
extreme vermoeidheid, zwakte en kortademigheid, wat klachten kunnen zijn van een tekort aan rode bloedcellen;
-
gemakkelijker bloeden of blauwe plekken krijgen, wat klachten kunnen zijn van lage concentraties van cellen in het bloed die bloedplaatjes worden genoemd.
Uw arts zal uw bloed regelmatig controleren aangezien de concentraties bloedcellen en andere componenten in uw bloed kunnen dalen.
Doneer geen bloed, organen, weefsels of cellen voor transplantaties.
Als een van het bovengenoemde op u van toepassing is (of als u het niet zeker weet), praat dan met uw arts of verpleegkundige voordat u Yescarta krijgt toegediend. Het kan zijn dat uw arts extra zorg aan u moet besteden tijdens uw behandeling met Yescarta.
In sommige gevallen is het niet mogelijk om de geplande behandeling met Yescarta door te zetten. Bijvoorbeeld:
Als de infusie van Yescarta langer dan 2 weken is vertraagd nadat u voorbereidende chemotherapie heeft gehad, moet u misschien meer voorbereidende chemotherapie krijgen.
Kinderen en jongeren tot 18 jaar
Yescarta mag niet worden gebruikt bij kinderen en jongeren tot 18 jaar, omdat Yescarta in deze leeftijdsgroep niet is onderzocht.
Gebruikt u nog andere geneesmiddelen?
Gebruikt u naast Yescarta nog andere geneesmiddelen, heeft u dat kort geleden gedaan of bestaat de mogelijkheid dat u binnenkort andere geneesmiddelen gaat gebruiken? Vertel dat dan uw arts of verpleegkundige.
Voordat u Yescarta krijgt toegediend, moet u uw arts of verpleegkundige vertellen of u geneesmiddelen gebruikt die uw immuunsysteem verzwakken, zoals corticosteroïden. Deze geneesmiddelen kunnen namelijk de werking van Yescarta beïnvloeden.
U mag vooral niet gevaccineerd worden met bepaalde vaccins, de zogenoemde levende vaccins:
-
in de 6 weken voordat u de korte kuur chemotherapie krijgt (lymfodepletie-chemotherapie genoemd) om uw lichaam op de Yescarta-cellen voor te bereiden;
-
tijdens de behandeling met Yescarta;
-
na de behandeling als uw immuunsysteem aan het herstellen is.
Neem contact op met uw arts als u een vaccinatie nodig heeft.
Zwangerschap en borstvoeding
Bent u zwanger, denkt u zwanger te zijn, wilt u zwanger worden of geeft u borstvoeding? Neem dan contact op met uw arts of verpleegkundige voordat u dit geneesmiddel gebruikt. De reden hiervoor is dat de effecten van Yescarta bij zwangere vrouwen of vrouwen die borstvoeding geven niet bekend zijn en het geneesmiddel schadelijk kan zijn voor uw ongeboren baby of uw kind dat borstvoeding krijgt.
-
Als u zwanger bent of zwanger denkt te zijn na behandeling met Yescarta, neem dan direct contact op met uw arts.
-
U krijgt een zwangerschapstest voordat de behandeling begint. Yescarta mag alleen worden gegeven als de uitslag aangeeft dat u niet zwanger bent.
Bespreek een zwangerschap met uw arts als u Yescarta heeft gekregen.
Rijvaardigheid en het gebruik van machines
Sommige mensen kunnen zich moe, duizelig of trillerig voelen nadat ze Yescarta toegediend hebben gekregen. Als dit gebeurt, mag u geen voertuigen besturen of zware machines bedienen tot minstens 8 weken na de infusie of tot uw arts u heeft verteld dat u volledig bent hersteld.
Yescarta bevat natrium, dimethylsulfoxide (DMSO) en resten gentamicine
Dit geneesmiddel bevat 300 mg natrium (hoofdbestanddeel van keuken-/tafelzout) in elke infuuszak. Dat is vergelijkbaar met 15% van de aanbevolen maximale dagelijkse hoeveelheid zout voor een volwassene.
Dit geneesmiddel bevat DMSO en resten van gentamicine, die ernstige allergische reacties kunnen veroorzaken.