Tijdens de hiv-behandeling kan er een toename in gewicht en een stijging van de serumlipiden- en bloedglucosewaarden optreden. Dit wordt gedeeltelijk veroorzaakt door een herstel van uw gezondheid en door uw levensstijl. In het geval van een stijging van de serumlipidenwaarden kan het soms worden veroorzaakt door de hiv-middelen zelf. Uw arts zal u op deze veranderingen testen.
Zoals elk geneesmiddel kan ook dit geneesmiddel bijwerkingen hebben, al krijgt niet iedereen daarmee te maken.
Wanneer u wordt behandeld voor hiv, kan het lastig zijn onderscheid te maken of een symptoom een bijwerking van dit middel is of van andere medicijnen die u gebruikt, of een effect van de ziekte hiv zelf.
Daarom is het erg belangrijk iedere verandering in uw gezondheidstoestand aan uw arts te vertellen.
Zelfs patiënten die het HLA-B*5701 gen niet hebben, kunnen toch een overgevoeligheidsreactie (ernstige allergische reactie) ontwikkelen. Dit wordt beschreven in deze bijsluiter onder de kop 'Overgevoeligheidsreacties'.
Het is van groot belang dat u de informatie over deze ernstige reactie leest en begrijpt.
Zowel de bijwerkingen die hieronder zijn vermeld voor dit middel als ook andere aandoeningen
kunnen tijdens de hiv-combinatietherapie optreden.
Het is belangrijk om verderop in deze rubriek de informatie onder de kop “Andere mogelijke bijwerkingen van de hiv-combinatietherapie” te lezen.
Overgevoeligeheidsreacties
Dit middel bevat abacavir (wat ook een werkzame stof is in geneesmiddelen zoals Trizivir, Triumeq en Ziagen). Abacavir kan ernstige allergische reacties veroorzaken die een overgevoeligheidsreactie wordt genoemd. Deze overgevoeligheidsreacties worden vaker gezien bij mensen die geneesmiddelen met abacavir gebruiken.
Welke patienten krijgen deze reacties?
Iedereen die dit middel gebruikt, kan een overgevoeligheidsreactie op abacavir ontwikkelen. Deze reactie kan levensbedreigend zijn wanneer ze doorgaan met het innemen van dit middel.
De kans dat u deze reactie krijgt is waarschijnlijker als u het zogeheten HLA-B*5701-gen heeft (maar u kunt een reactie krijgen zelfs als u dit gen niet heeft). Er moet bij u een test gedaan zijn of u dit gen heeft, voordat u dit middel werd voorgeschreven. Als u weet dat u dit gen heeft, vertel dat aan uw arts voordat u dit middel inneemt.
Ongeveer 3 tot 4 op de 100 patiënten behandeld met abacavir in een klinische studie die niet het HLA- B*5701 gen hebben ontwikkelden een overgevoeligheidsreactie.
Wat zijn de symptomen?
De meest voorkomende klachten zijn:
• Koorts (hoge lichaamstemperatuur) en huiduitslag
Andere vaak voorkomende symptomen zijn:
Misselijkheid, braken (overgeven), diarree, buik(maag)pijn, erge vermoeidheid.
Andere symptomen zijn onder andere:
gewrichtspijn of spierpijn, gezwollen nek, kortademigheid, zere keel, hoest, af en toe hoofdpijn, oogontsteking (conjunctivitis), mondzweren, lage bloeddruk, tintelingen of doof gevoel van handen of voeten.
Wanneer treden deze reacties op?
Overgevoeligheidsreacties kunnen op elk moment beginnen gedurende de behandeling met dit middel, maar het meest waarschijnlijk is gedurende de eerste 6 weken van de behandeling.
Neem onmiddellijk contact op met uw arts:
-
wanneer u huiduitslag krijgt OF
-
wanneer u symptomen krijgt van ten minste 2 van de volgende groepen:
-
koorts
-
kortademigheid, zere keel of hoesten
-
misselijkheid of braken, diarree of buikpijn
-
ernstige vermoeidheid of pijn in het hele lichaam, of een algeheel gevoel van ziek zijn.
Uw arts kan u aanraden om te stoppen met dit middel.
Wanneer u gestopt bent met het gebruik van dit middel
Wanneer u met dit middel gestopt bent vanwege een overgevoeligheidsreactie, mag u NOOIT MEER dit middel of andere geneesmiddelen die abacavir bevatten (bijvoorbeeld Trizivir, Truimeq of Ziagen), gebruiken. Wanneer u dit wel doet, kan binnen enkele uren een gevaarlijke bloeddrukdaling optreden, die tot de dood zou kunnen leiden.
Wanneer u gestopt bent met het gebruik van dit middel voor een andere reden – met name omdat u denkt dat u bijwerkingen heeft, of omdat u andere aandoeningen heeft:
Neem contact op met uw arts voordat u opnieuw begint met innemen. Uw arts zal controleren of uw symptomen in verband staan met een overgevoeligheidsreactie. Wanneer uw arts denkt dat dit het geval zou kunnen zijn, zal hij u zeggen nooit meer dit middel of een ander geneesmiddel dat abacavir bevat (bijvoorbeeld Trizivir, Truimeq of Ziagen), te gebruiken. Het is belangrijk dat u dit advies opvolgt.
Af en toe zijn overgevoeligheidsreacties opgetreden wanneer de behandeling met abacavir bevattende middelen werd hervat bij patiënten bij wie slechts één symptoom van de waarschuwingskaart was gemeld voordat de behandeling werd gestopt.
Zeer zelden hebben patiënten die in het verleden abacavir bevattende geneesmiddelen hadden gebruikt zonder klachten van overgevoeligheid een overgevoeligheidsreactie gehad wanneer zij deze geneesmiddelen opnieuw gebruikten.
Wanneer uw arts het advies geeft dat u opnieuw kunt beginnen met dit middel, kan aan u gevraagd worden om de eerst doseringen te nemen in een omgeving waar u snel medische hulp kunt krijgen als dat nodig is.
Wanneer u overgevoelig bent voor dit middel moet u al uw ongebruikte tabletten van dit middel inleveren voor een veilige vernietiging. Vraag uw arts of apotheker om advies.
In de verpakking van dit middel zit een waarschuwingskaart om u en uw medische hulpverleners opmerkzaam te maken op overgevoeligheidsreacties. Maak deze kaart los en draag deze altijd bij u.
Vaak (komen voor bij minder dan 1 op de 10 gebruikers)
-
verlies van eetlust
-
vermoeidheid, verlies van energie
-
koorts (hoge lichaamstemperatuur)
-
algeheel gevoel van zich onwel voelen
-
moeite met slapen (insomnia)
-
spierpijn en zich ongemakkelijk voelen
-
gewrichtspijn
-
hoesten
-
geïrriteerde neus of loopneus
-
huiduitslag
-
haarverlies
Soms (komen voor bij minder dan 1 op de 100 gebruikers) en kunnen aangetoond worden in bloedtesten:
-
een laag aantal rode bloedcellen (anemie) of laag aantal witte bloedcellen (neutropenie)
-
een toename van het niveau van de leverenzymen
-
een afname van het aantal cellen dat betrokken is bij de bloedstolling (trombocytopenie)
Zelden (komen voor bij minder dan 1 op de 1000 gebruikers)
-
leveraandoeningen, zoals geelzucht, een vergrote lever of leververvetting, ontsteking (hepatitis)
-
ontsteking van de alvleesklier (pancreatitis)
-
afbraak van spierweefsel
Zelden: bijwerkingen die in bloedtesten kunnen worden aangetoond:
toename van een enzym dat amylase genoemd wordt
Zeer zelden (komen voor bij minder dan 1 op de 10.000 gebruikers)
-
doof gevoel, tintelend gevoel in de huid (naalden en spelden)
-
gevoel van zwakheid in de ledematen
-
huiduitslag, waarbij blaren gevormd kunnen worden; deze blaren zien eruit als kleine inslagen (centrale donkere plekken, omgeven door een blekere oppervlakte met een donkere ring aan de rand) (erythema multiforme)
-
een uitgebreide uitslag met blaren en een vervellende huid, in het bijzonder rond de mond, de neus, de ogen en de geslachtsorganen (syndroom van Stevens-Johnson) en een ernstigere vorm van uitslag waarbij huidvervelling bij meer dan 30% van het lichaamsoppervlak optreedt (toxische epidermale necrolyse)
-
lactaatacidose (een teveel aan melkzuur in het bloed)
Als u één van deze symptomen opmerkt, zoek dan dringend contact met een arts.
Zeer zelden (komen voor bij minder dan 1 op de 10.000 gebruikers): bijwerkingen die in bloedtesten kunnen worden aangetoond:
onvermogen van het beenmerg om nieuwe rode bloedcellen te maken (pure rode bloedcellen aplasie)
Wanneer u bijwerkingen krijgt
Neem contact op met uw arts of apotheker wanneer één van de bijwerkingen ernstig of onaangenaam wordt, of als u bijwerkingen opmerkt die niet in deze bijsluiter staan.
Andere mogelijke bijwerkingen van combinatietherapie bij hiv
Combinatie therapie, waaronder dit middel, kan ertoe leiden dat andere aandoeningen optreden tijdens de hiv-behandeling.
Symptomen van infectie en ontsteking
Oude infecties kunnen opnieuw de kop opsteken
Patiënten met een vergevorderde hiv-infectie (aids) hebben een zwak immuunsysteem en hebben een
grotere kans op de ontwikkeling van ernstige infecties (opportunistische infecties). Zulke infecties kunnen
‘slapend’ zijn geweest en niet zijn gedetecteerd door het zwakke immuunsysteem voordat de behandeling werd gestart. Na het starten van de behandeling wordt het immuunsysteem sterker en kan het infecties aanvallen; dit kan symptomen van infectie of ontsteking veroorzaken. Normaal gesproken zijn de symptomen onder meer koorts, plus enkele van de volgende:
-
hoofdpijn
-
maagpijn
-
moeilijkheden met ademhalen
In zeldzame gevallen kan het immuunsysteem, als het sterker wordt, ook gezond lichaamsweefsel aanvallen (auto-immuunziekten). De symptomen van auto-immuunziekten kunnen vele maanden nadat u bent gestart met het innemen van geneesmiddelen voor uw hiv-infectie, optreden. Deze symptomen kunnen onder meer zijn:
-
hartkloppingen (snelle of onregelmatige hartslag) of beven
-
hyperactiviteit (overmatige rusteloosheid en beweging)
-
zwakte die begint in de handen en voeten en zich daarna in de richting van de romp van het lichaam verplaatst.
Wanneer u symptomen krijgt die wijzen op een infectie en ontsteking of wanneer u een van de symptomen krijgt die hierboven staan vermeld:
Neem onmiddellijk contact op met uw arts. Neem geen andere geneesmiddelen tegen de infectie zonder uw arts te raadplegen.
U kunt problemen krijgen met uw botten.
Sommige patiënten die een hiv-combinatietherapie gebruiken, ontwikkelen een aandoening die osteonecrose genoemd wordt. Bij deze aandoening sterven delen van het botweefsel af door een verminderde bloedtoevoer naar het bot. Patiënten hebben een grotere kans op het krijgen van deze aandoening wanneer:
-
ze gedurende langere tijd combinatietherapie hebben gehad
-
ze ook corticosteroïden (geneesmiddelen tegen ontstekingen) nemen
-
ze alcohol drinken
-
ze een zwak immuunsysteem hebben
-
ze overgewicht hebben.
Tekenen van osteonecrose zijn:
-
stijfheid in de gewrichten
-
pijntjes en kwalen (vooral in de heup, knie of schouder)
-
moeite met bewegen
Wanneer u één van deze symptomen opmerkt:
Neem contact op met uw arts.
Het melden van bijwerkingen
Krijgt u last van bijwerkingen, neem dan contact op met uw arts of apotheker. Dit geldt ook voor mogelijke bijwerkingen die niet in deze bijsluiter staan. U kunt bijwerkingen ook rechtstreeks melden via
het Nederlands Bijwerkingen Centrum Lareb. Website: www.lareb.nl. Door bijwerkingen te melden, kunt u ons helpen meer informatie te verkrijgen over de veiligheid van dit geneesmiddel.