Wanneer mag u dit middel niet gebruiken?
- Als u allergisch bent voor een van de stoffen die in dit geneesmiddel zitten. Deze stoffen kunt u vinden onder punt 6.
- Als u MAO-remmers gebruikt (een klasse geneesmiddelen tegen onder andere depressie of de ziekte van Parkinson).
- Als u linezolid gebruikt (een antibioticum).
- Als u een aangeboren hartritmestoornis hebt of hier last van hebt gehad (vastgesteld met een ECG: een hartfilmpje).
- Als u andere geneesmiddelen gebruikt voor het behandelen van hartritmeproblemen of geneesmiddelen die invloed hebben op het hartritme (zie ook de rubriek ‘Gebruikt u nog andere geneesmiddelen?’).
- Als u pimozide gebruikt (een middel tegen psychosen).
Wanneer moet u extra voorzichtig zijn met dit middel?
Gedachten over zelfmoord en verergering van uw depressie of angststoornis Als u depressief bent en/of lijdt aan angststoornissen kunt u soms gedachten
hebben over zelfbeschadiging of zelfmoord. Deze gedachten kunnen toenemen als u voor het eerst middelen tegen depressie (antidepressiva) gaat innemen, aangezien deze geneesmiddelen allemaal de tijd nodig hebben, in het algemeen ongeveer 2 weken of soms langer, om te gaan werken.
U heeft een meer waarschijnlijke kans dat u dit soort gedachten vertoont:
- als u al eerder gedachten heeft gehad over zelfmoord of zelfbeschadiging
- als u een jong volwassene bent.
Informatie uit klinische onderzoeken heeft een toegenomen risico aangetoond op zelfmoordgedrag bij jonge volwassenen jonger dan 25 jaar oud met psychiatrische aandoeningen die behandeld werden met een antidepressivum.
Als u op enig moment gedachten over zelfbeschadiging of zelfmoord hebt, neem dan direct contact op met uw arts of ga direct naar het ziekenhuis.
Het kan helpen als u een vriend of familielid vertelt dat u zich depressief voelt of dat u lijdt aan een angststoornis, en hen vragen deze bijsluiter te lezen. U kunt hen vragen u te vertellen of zij denken dat uw depressie of angststoornis erger wordt of dat zij zich zorgen maken over veranderingen in uw gedrag.
Er is nog onvoldoende ervaring met Cipramil in combinatie met electro-shock behandeling. Behandeling met Cipramil dient dan ook met de grootst mogelijke voorzichtigheid te gebeuren, wanneer ook electro-shock therapie wordt toegepast.
Als u behandeld wordt voor de depressieve fase van een zogenaamde manisch- depressieve psychose kan de depressie tijdens de behandeling overgaan in de manische fase. In dat geval dient u precies met uw arts te bespreken waar u op moet letten en wat er het beste gedaan kan worden.
Voorzichtigheid is geboden bij gelijktijdig gebruik met antipsychotica, omdat de werking van deze geneesmiddelen mogelijk versterkt kan worden bij gelijktijdig gebruik met antidepressiva zoals Cipramil.
Voorzichtigheid wordt geadviseerd wanneer u een geneesmiddel gebruikt dat het risico op bloedingen kan vergroten. Zie ook de rubriek: ‘Gebruikt u nog andere geneesmiddelen?’. Voorzichtigheid wordt geadviseerd indien u in het verleden last heeft gehad van abnormale bloedingen.
Er is nog onvoldoende ervaring met Cipramil bij kinderen. Daarom wordt het gebruik van Cipramil door kinderen afgeraden.
Indien u St. Janskruid (Hypericum perforatum) tegelijkertijd gebruikt met serotonine heropnameremmers, zoals citalopram, kunnen bijwerkingen vaker voorkomen.
Als u last hebt of hebt gehad van hartproblemen of kort geleden een hartaanval hebt gehad.
Als u in rust een trage hartslag hebt en/of u weet dat u een zouttekort hebt als gevolg van langdurige diarree en braken of door gebruik van diuretica (plaspillen).
Als u last hebt van een snelle of onregelmatige hartslag, flauwvallen, toevallen of duizeligheid bij het opstaan, omdat dit kan wijzen op een afwijkende hartslag.
Gebruikt u nog andere geneesmiddelen?
Gebruikt u naast Cipramil nog andere geneesmiddelen, of heeft u dat kort geleden gedaan?
Vertel dat dan uw arts of apotheker. Dat geldt ook voor geneesmiddelen waar u geen voorschrift voor nodig heeft.
Cipramil mag niet gelijktijdig worden gebruikt met zogenaamde MAO-remmers (een ander soort antidepressivum), of binnen 2 weken na beëindiging van een behandeling met een zogenaamde irreversibele MAO-remmer. Na beëindiging van de behandeling met een zogenaamde reversibele MAO-remmer moet zolang gewacht worden met de start van de behandeling met Cipramil als aangegeven is in de bijsluiter van de reversibele MAO-remmer.
Na stopzetten van de behandeling met Cipramil dient minstens 7 dagen gewacht te worden voordat een behandeling met MAO-remmers gestart mag worden. Cipramil mag ook niet gelijktijdig gebruikt worden met pimozide, een middel (antipsychoticum (neurolepticum)) tegen psychose (ernstige geestesziekte).
GEBRUIK DIT MIDDEL NIET als u ook geneesmiddelen gebruikt voor hartritmeproblemen of geneesmiddelen die invloed hebben op het hartritme, zoals klasse IA- en III-antiaritmica, antipsychotica (bijvoorbeeld fenothiazinederivaten, pimozide, haloperidol), tricyclische antidepressiva, bepaalde antimicrobiële middelen (zoals sparfloxacine, moxifloxacine, erytromycine iv, pentamidine, behandeling bij malaria, met name halofantrine) of bepaalde antihistaminica (astemizol, mizolastine). Als u hierover nog vragen hebt, neem dan contact op met uw arts.
Verder is van belang dat:
- Extra voorzichtigheid nodig is wanneer u al behandeld wordt met lithium of tryptofaan. Een gelijktijdige behandeling met lithium of tryptofaan en antidepressiva zoals Cipramil kan tot meer bijwerkingen leiden.
- Het effect van bepaalde middelen tegen migraine (de zogenaamde triptanen), op serotonine kan mogelijk worden versterkt door antidepressiva zoals Cipramil. Het gelijktijdige gebruik van Cipramil en triptanen wordt daarom ontraden.
- Cimetidine, een middel tegen maagzweren en maagzuur, de afbraak van citalopram in de lever enigszins kan verminderen. Bij gelijktijdig gebruik van hoge doseringen Cipramil en hoge doseringen cimetidine is dan ook voorzichtigheid nodig.
- Voorzichtigheid wordt geadviseerd wanneer u een geneesmiddel gebruikt dat het risico op bloedingen kan vergroten. Dit zijn bijvoorbeeld anticoagulantia (middelen die de bloedstolling tegengaan zoals heparine) of trombocytenaggregatieremmers (middelen die het vormen van bloedstolsels tegengaan, bijvoorbeeld zogenaamde NSAID’s, aspirine en ticlopidine).
- Voorzichtigheid wordt geadviseerd wanneer u een geneesmiddel gebruikt dat de kans op een aanval of toeval (convulsie) kan vergroten, zoals andere antidepressiva of antipsychotica.
Welke voorzorgen moeten bij gebruik van dit middel genomen worden?
Gebruik door ouderen
Ouderen zijn in het algemeen gevoeliger voor geneesmiddelen dan jonge volwassenen. De aanbevolen dosering bedraagt 8 mg (4 druppels, wat overeenkomt met 0,2 ml) per dag.
Afhankelijk van de individuele reactie van de patiënt op deze dosering is een verhoging tot maximaal 16 mg (8 druppels, wat overeenkomt met 0,4 ml) per dag mogelijk.
Gebruik door kinderen
Omdat er nog onvoldoende ervaring is met Cipramil bij kinderen wordt het gebruik van Cipramil bij kinderen afgeraden.
Gebruik door patiënten met leverfunctiestoornissen
Citalopram, de werkzame stof van Cipramil, wordt door de lever omgezet in andere stoffen.
Het grootste gedeelte van deze zogenaamde afbraakproducten wordt via de lever uit het lichaam verwijderd. Bij patiënten met een gestoorde leverfunctie is daarom voorzichtigheid geboden. De maximale dosering bij deze patiënten dient niet hoger te zijn dan 16 mg (8 druppels, wat overeenkomt met 0,4 ml) per dag.
Gebruik door patiënten met nierfunctiestoornissen
Een klein gedeelte van de afbraakproducten van citalopram wordt via de nieren uit het lichaam verwijderd. Bij patiënten met een licht tot matig gestoorde nierfunctie hoeven geen speciale voorzorgen genomen te worden. Er is nog onvoldoende informatie over het gebruik door patiënten met een ernstig gestoorde nierfunctie.
Indien u weet dat uw lever en/of uw nieren niet goed werken, dient u dit aan uw arts te vertellen.
Waarop moet u letten met eten en drinken?
Cipramil kan al dan niet met voedsel worden ingenomen.
Zoals voor vele geneesmiddelen wordt gelijktijdig gebruik van Cipramil met alcohol afgeraden, hoewel geen wisselwerking verwacht wordt tussen Cipramil en alcohol.
Zwangerschap, borstvoeding en vruchtbaarheid
Ruime ervaring met het gebruik van Cipramil bij zwangere vrouwen (meer dan 2500 uitkomsten van gebruik) duidt niet op het voorkomen van aangeboren afwijkingen. Gebruik tijdens de zwangerschap alleen Cipramil indien u de risico’s en voordelen hebt besproken met uw arts.
Zorg dat uw verloskundige en/of arts weet dat u Cipramil gebruikt. Bij gebruik tijdens de zwangerschap, vooral in de laatste drie maanden van de zwangerschap, kunnen geneesmiddelen als Cipramil het risico op een bepaalde ernstige aandoening bij baby’s verhogen. Deze aandoening wordt ‘persisterende pulmonale hypertensie van de pasgeborene’ (PPHN) genoemd en veroorzaakt een versnelde ademhaling en blauwachtige verkleuring van de huid van de baby. Deze verschijnselen beginnen meestal in de eerste 24 uur nadat de baby is geboren. Als dit met uw baby gebeurt, moet u onmiddellijk contact opnemen met uw verloskundige en/of arts.
Gezien er nog onvoldoende bekend is over de gevolgen van het gebruik van Cipramil tijdens borstvoeding, kunt u beter geen Cipramil gebruiken wanneer u borstvoeding moet geven.
Uit onderzoek bij dieren is gebleken dat citalopram de kwaliteit van het sperma verlaagt. In theorie kan dit van invloed zijn op de vruchtbaarheid, maar tot nu toe is er geen effect op de vruchtbaarheid bij de mens waargenomen.
Wilt u zwanger worden, bent u zwanger of geeft u borstvoeding? Neem dan contact op met uw arts of apotheker voordat u geneesmiddelen gebruikt.
Rijvaardigheid en het gebruik van machines
Zoals alle geneesmiddelen bij psychische aandoeningen, kan ook Cipramil het reactie- en concentratievermogen verminderen. U dient dan ook voorzichtig te zijn bij het besturen van voertuigen of bedienen van machines, totdat de zekerheid bestaat dat Cipramil hierop bij u geen nadelige invloed heeft.