Wanneer mag u dit middel niet innemen?
-
U bent allergisch voor een van de stoffen in dit geneesmiddel. Deze stoffen kunt u vinden in rubriek 6.
-
U geeft borstvoeding.
Wanneer moet u extra voorzichtig zijn met dit middel?
Volg alle instructies van uw arts zorgvuldig op.
Neem contact op met uw arts of apotheker voordat u dit middel inneemt:
-
als u leverproblemen heeft of ooit een leverziekte heeft gehad;
-
als u hart- of hartslagproblemen heeft, zoals een onregelmatige hartslag of een aandoening die lange-QT-syndroom wordt genoemd;
-
als u een bacteriële infectie, een virus- of schimmelinfectie heeft;
-
als u problemen in het maag-darmkanaal heeft, zoals diarree, misselijkheid of overgeven;
-
als u bloedstollingsproblemen (coagulatieaandoening) heeft.
Breng uw arts of apotheker onmiddellijk op de hoogte tijdens de behandeling met Farydak:
-
als u verschijnselen opmerkt van een probleem in het maag-darmkanaal;
-
als u verschijnselen opmerkt van een leverprobleem;
-
als u verschijnselen opmerkt van een infectie;
-
als u verschijnselen opmerkt van een hartprobleem.
De lijst van klachten die hiermee gepaard gaan, staat in rubriek 4, Mogelijke bijwerkingen.
Als u last krijgt van bijwerkingen, kan het zijn dat uw arts uw dosis moet veranderen of uw behandeling met Farydak tijdelijk of blijvend moet stoppen.
Controle tijdens uw behandeling met Farydak
Tijdens de behandeling met Farydak moet er regelmatig bloedonderzoek worden uitgevoerd om:
-
te controleren hoe goed uw lever werkt (door het meten van de hoeveelheid bilirubine en transaminase in uw bloed; dit zijn stoffen die de lever aanmaakt);
-
de hoeveelheid van bepaalde bloedcellen te controleren (witte bloedcellen, rode bloedcellen en bloedplaatjes);
-
de hoeveelheid elektrolyten (zoals kalium, magnesium, fosfaat) in uw lichaam te controleren;
-
te controleren hoe goed uw schildklier en hypofyse werken (door het meten van de hoeveelheid schildklierhormonen in uw bloed).
Uw hartslag wordt ook gecontroleerd met een machine die de elektrische activiteit van het hart meet
(dit wordt een ecg genoemd).
Kinderen en jongeren tot 18 jaar
Farydak mag niet worden gebruikt bij kinderen of jongeren tot 18 jaar.
Gebruikt u nog andere geneesmiddelen?
Gebruikt u naast Farydak nog andere geneesmiddelen, heeft u dat kort geleden gedaan of bestaat de mogelijkheid dat u in de nabije toekomst andere geneesmiddelen gaat gebruiken, waaronder geneesmiddelen die u zonder recept kunt krijgen, zoals vitamines of kruidensupplementen? Vertel dat dan uw arts of apotheker, omdat deze de werking van Farydak kunnen beïnvloeden.
U moet het met name aan uw arts of apotheker vertellen als u een van de volgende geneesmiddelen gebruikt:
-
geneesmiddelen voor de behandeling van infecties, waaronder schimmelinfecties (zoals ketoconazol, itraconazol, voriconazol of posaconazol) en bepaalde bacteriële infecties (zoals antibiotica als claritromycine of telitromycine). Geneesmiddelen voor de behandeling van tuberculose, zoals rifabutine of rifampicine;
-
geneesmiddelen die epileptische aanvallen of stuipen onderdrukken (anti-epileptica zoals carbamazepine, perfenazine, fenobarbital of fenytoïne);
-
geneesmiddelen voor de behandeling van hiv, zoals ritonavir of saquinavir;
-
geneesmiddelen voor de behandeling van depressie, zoals nefazodon;
-
sint-janskruid, een kruidengeneesmiddel voor de behandeling van depressie;
-
geneesmiddelen die bloedstolling tegengaan en die anticoagulantia worden genoemd, zoals warfarine of heparine;
-
geneesmiddelen voor de behandeling van hoesten, zoals dextromethorfan;
-
geneesmiddelen voor de behandeling van een onregelmatige hartslag, zoals amiodaron, disopyramide, procaïnamide, kinidine, propafenon of sotalol;
-
geneesmiddelen die misschien een ongewenst effect hebben op het hart (dit wordt QT-
verlenging genoemd), zoals chloroquine, halofantrine, methadon, moxifloxacine, bepridil of pimozide;
-
geneesmiddelen voor de behandeling van een hoge bloeddruk, zoals metoprolol of nebivolol;
-
geneesmiddelen voor de behandeling van ernstige problemen met de psychische gezondheid, zoals risperidon;
-
geneesmiddelen voor de behandeling van borstkanker, zoals tamoxifen;
-
geneesmiddelen voor de behandeling van misselijkheid en overgeven, zoals dolasetron, granisetron, ondansetron of tropisetron; deze hebben misschien ook een ongewenst effect op het hart (QT-verlenging);
-
atomoxetine, een geneesmiddel voor de behandeling van ADHD.
Deze geneesmiddelen moeten tijdens uw behandeling met Farydak met zorg gebruikt worden of moeten misschien zelfs vermeden worden. Als u een van deze geneesmiddelen gebruikt, schrijft uw arts u misschien een ander middel voor tijdens uw behandeling met Farydak.
Raadpleeg uw arts of apotheker als u niet zeker weet of uw geneesmiddel een van de hierboven genoemde middelen is.
Tijdens uw behandeling met Farydak moet u het uw arts of apotheker ook vertellen als u een ander geneesmiddel krijgt voorgeschreven dat u nog niet gebruikte.
Waarop moet u letten met eten en drinken?
Eet geen sterfruit, granaatappel of grapefruit of drink geen granaatappel- of grapefruitsap tijdens uw behandeling met Farydak, omdat hierdoor misschien de hoeveelheid geneesmiddel dat in uw bloed terechtkomt toeneemt.
Zwangerschap en borstvoeding
Vanwege het mogelijke risico op overlijden van de foetus of het ontstaan van afwijkingen bij de foetus, mag Farydak niet worden gebruikt in de volgende situaties:
Zwangerschap
Farydak mag niet ingenomen worden tijdens de zwangerschap tenzij het mogelijke voordeel voor de
moeder opweegt tegen het mogelijke risico voor de baby. Bent u zwanger, denkt u zwanger te zijn of wilt u zwanger worden? Neem dan contact op met uw arts. Uw arts zal de mogelijke risico’s van het
innemen van Farydak tijdens de zwangerschap met u bespreken.
U mag Farydak niet innemen als u borstvoeding geeft.
Anticonceptie voor vrouwen en mannen
Vanwege het mogelijke risico op overlijden van de foetus of het ontstaan van afwijkingen bij de foetus, moet u gedurende het gebruik van Farydak de volgende anticonceptiemethoden gebruiken:
Voor vrouwen die Farydak innemen
Als u een seksueel actieve vrouw bent, moet u een zwangerschapstest doen voordat u begint met
Farydak en u moet een zeer betrouwbare anticonceptiemethode gebruiken tijdens de behandeling met Farydak. U moet dit ook nog drie maanden gebruiken nadat u bent gestopt met het innemen van
Farydak. Uw arts bespreekt met u wat de beste methode voor u is om te gebruiken. Als u een hormonaal anticonceptiemiddel gebruikt, moet u ook nog een barrièremethode (zoals een condoom of pessarium) als anticonceptiemiddel gebruiken.
-
Voor mannen die Farydak innemen
Als u een seksueel actieve man bent, moet u een condoom gebruiken tijdens de behandeling met Farydak. U moet dit ook nog gedurende zes maanden blijven doen nadat u bent gestopt met het
innemen van Farydak. Als uw partner zwanger kan worden, moet zij ook een zeer betrouwbare anticonceptiemethode gebruiken tijdens uw behandeling en de zes maanden daarna. Laat het uw arts direct weten als uw partner zwanger raakt tijdens uw inname van Farydak of in de zes maanden na uw
Farydak-behandeling.
Rijvaardigheid en het gebruik van machines
Farydak kan de rijvaardigheid en het vermogen om machines te bedienen licht beïnvloeden. Als u zich duizelig voelt terwijl u dit middel gebruikt, ga dan niet autorijden en bedien geen apparaten of machines.