Wat bevat oxaliplatine poeder voor oplossing voor infusie
Het werkzame bestanddeel van oxaliplatine poeder voor oplossing voor infusie is oxaliplatine 100 mg. Het andere bestanddeel is lactosemonohydraat.
Hoe ziet oxaliplatine poeder voor oplossing voor infusie er uit en wat is de inhoud van de verpakking
Oxaliplatine poeder voor oplossing voor infusie is een wit tot grijswit gevriesdroogd poeder in een flacon van helder glas. Elke flacon is in een afzonderlijke doos verpakt.
Houder van de vergunning voor het in de handel brengen en fabrikant
Accord Healthcare Limited, Sage House, 319 Pinner Road,
North Harrow HA1 4HF, Verenigd Koninkrijk
RVG 101269
Deze bijsluiter is voor de laatste keer goedgekeurd in augustus 2008
De volgende informatie is alleen bestemd voor artsen of andere beroepsbeoefenaren in de gezondheidszorg
Instructies voor gebruik
Dosering
ALLEEN VOOR VOLWASSENEN
De aanbevolen dosis voor oxaliplatine bij adjuvante behandeling is 85 mg/m² intraveneus, elke twee weken te herhalen gedurende 12 cycli (6 maanden).
De aanbevolen dosis oxaliplatine in de behandeling van gemetastaseerd colorectaal carcinoom bedraagt 85 mg/m2 intraveneus, elke 2 weken te herhalen.
De dosering dient aangepast te worden op geleide van de verdraagbaarheid
Oxaliplatine dient altijd voorafgaand aan fluoropyrimidines, bijv. 5-fluorouracil (5 FU) toegediend te worden. Oxaliplatine poeder voor oplossing voor infusie wordt toegediend in 250 tot 500 ml glucose 5% (50 mg/ml)- oplossing in een 2 tot 6 uur durend infuus om een concentratie tussen 0,20 mg/ml en 0,70 mg/ml te bereiken; 0,70 mg/ml is de hoogste concentratie in de klinische praktijk voor een dosering van oxaliplatine van 85 mg/m². Oxaliplatine is voornamelijk gebruikt in combinatie met een continue infusie van 5-fluorouracil. In het tweewekelijkse behandelschema werd een combinatie van bolus en continue infusie van 5-fluorouracil gebruikt.
-Speciale patiëntengroepen
- Verminderde nierfunctie:
Oxaliplatine is niet bestudeerd bij patiënten met ernstige nierinsufficiëntie.
Bij patiënten met matige nierinsufficiëntie kan de behandeling gestart worden met de gebruikelijke dosis. Bij patiënten met licht nierfunctieverlies is geen dosisaanpassing nodig.
- Verminderde leverfunctie:
In een fase I studie bij patiënten met diverse gradaties van leverinsufficiëntie, bleken frequenties en ernst van lever- en galaandoeningen in verband te staan met de progressie van de ziekte en verminderde uitgangswaarden van de leverfunctietesten. Tijdens de klinische ontwikkeling werden geen dosisaanpassingen gedaan bij patiënten met afwijkende leverfunctietesten.
- Ouderen:
Bij patiënten boven de 65 jaar werd geen toename van ernstige toxiciteit gezien bij gebruik van oxaliplatine als monotherapie of in combinatie met 5-fluorouracil. Derhalve zijn er bij oudere patienten geen specifieke dosisaanpassingen vereist.
Wijze van toediening
Oxaliplatine poeder voor oplossing voor infusie wordt per intraveneus infuus toegediend.
De toediening van oxaliplatine poeder voor oplossing voor infusie vereist geen hyperhydratie.
Oxaliplatine poeder voor oplossing voor infusie wordt opgelost in 250 tot 500 ml van een 5% (50 mg/ml) glucose- oplossing om een concentratie van niet minder dan 0,2 mg/ml te verkrijgen en dient per infuus via een perifere vene of een centraal veneuze lijn toegediend te worden gedurende een periode van 2 tot 6 uur. Het infuus met oxaliplatine moet altijd vooraf gaan aan de toediening met 5-fluorouracil.
In geval van extravasatie moet de toediening onmiddellijk gestaakt worden.
Net als bij andere potentieel toxische stoffen dient het verwerken en prepareren van oxaliplatine oplossingen met voorzichtigheid te gebeuren.
Instructie voor gebruik met folinezuur (FA) (zoals calciumfolinaat of dinatriumfolinaat)
Oxaliplatine 85 mg/m² IV infusie in 250 tot 500 ml van 5% (50 mg/ml) glucose-oplossing wordt tegelijkertijd met folinezuur (FA) IV infusie in 5% (50 mg/ml) glucose-oplossing toegediend, gedurende 2 tot 6 uur, gebruikmakend wordt van een Y-lijn, die onmiddellijk voor de plaats van infusie aangebracht wordt. De geneesmiddelen mogen niet in dezelfde infuuszak gecombineerd worden. Folinezuur dient geen trometamol als hulpstof te bevatten en dient alleen verdund te worden met een isotone glucose-oplossing van 5% (50 mg/ml), maar nooit met alkaline oplossingen of met natriumchloride of met chloride-bevattende oplossingen.
Instructie voor gebruik met 5-fluorouracil (5-FU)
Oxaliplatine voor injectie dient altijd vóór fluoropyrimidines (bijv. 5-fluorouracil (5-FU)) te worden toegediend. Na toediening van oxaliplatine dient u de lijn te spoelen en daarna pas 5-fluorouracil (5-FU) toe te dienen.
Voor aanvullende informatie over geneesmiddelen die met oxaliplatine gecombineerd kunnen worden, zie de overeenkomsstige samenvatting van de kenmerken van het product van de fabrikant.
- GEBRUIK ALLEEN de aanbevolen oplosmiddelen (zie hieronder).
- Een gereconstitueerde oplossing die tekenen van neerslag vertoont, mag niet worden gebruikt en moet vernietigd worden overeenkomstig de lokale voorschriften voor verwerking van gevaarlijk afval (zie hieronder).
Reconstitutie van de oplossing
Om de oplossing te reconstitueren dient water voor injectie of glucose 5%-oplossing gebruikt te worden.
- Bij gebruik van een injectieflacon à 100 mg: Voeg 20 ml oplosmiddel toe om een oplossing van 5 mg oxaliplatine per ml te bereiken.
Vanuit microbiologisch en chemisch standpunt gezien dient de gereconstitueerde oplossing onmiddellijk te worden verdund met een glucose 5%-oplossing.
De bereide oplossing voor infusie visueel inspecteren. Alleen heldere oplossingen zonder neerslag mogen worden gebruikt.
Het geneesmiddel is bestemd voor éénmalig gebruik. Ongebruikte oplossing dient vernietigd te worden.
Verdunning voor intraveneuze infusie
Onttrek de gewenste hoeveelheid gereconstitueerde oplossing aan de flacon(s) en verdun vervolgens met 250 tot 500 ml van een glucose 5%-oplossing om een concentratie oxaliplatine te verkrijgen van niet minder dan 0,2 mg/ml en niet meer dan 0,7 mg/ml. De fysisch-chemische stabiliteit van oxaliplatine is aangetoond tussen 0,2 mg/ml en 2,0 mg/ml.
Toedienen door middel van een intraveneus infuus.
Na verdunning in een glucose 5 % (50 mg/ml)-oplossing is de chemische en fysische stabiliteit aangetoond bij 2 tot 8 °C. Microbiologisch gezien dient de verdunning voor infusie onmiddellijk te worden gebruikt. Indien het infuus niet onmiddellijk wordt gebruikt, vallen de bewaarcondities en de omstandigheden voor gebruik onder verantwoordelijkheid van de bereider en zouden normaliter niet langer moeten zijn dan 24 uur bij 2 tot 8 °C, tenzij de bereiding van de verdunning onder gecontroleerde en gevalideerde aseptische condities heeft plaatsgevonden.
NOOIT natriumchloride of chloride-bevattende oplossingen gebruiken voor reconstitutie of verdunning.
Infusie
Voor de toediening van oxaliplatine is geen prehydratie vereist.
Oxaliplatine, verdund in 250 tot 500 ml glucose 5%-oplossing om een concentratie van niet minder dan 0,2 mg/ml te verkrijgen, dient of via een perifere vene of via een centraal veneuze lijn gedurende 2-6 uur per infuus toegediend te worden. Als oxaliplatine met 5-fluorouracil wordt gegeven, dient het infuus met oxaliplatine vooraf te gaan aan het infuus met 5-fluorouracil.
Afvalverwerking
Zowel de restanten van het medicinale product als ook alle andere materialen die gebruikt zijn voor reconstitutie, verdunning of toediening dienen vernietigd te worden volgens de standaardprocedures van het ziekenhuis die van toepassing zijn op cytotoxische agentia met inachtneming van de lokale wetten met betrekking tot de vernietiging van besmet afval.
Gevallen van onverenigbaarheid
Dit geneesmiddel mag niet gemengd worden met andere geneesmiddelen in dezelfde infusiezak of infuuslijn, behalve die in deze bijsluiter zijn vermeld. Oxaliplatine kan samen met folinezuur (FA) worden toegediend via een Y-lijn.
- NIET mengen met alkalische geneesmiddelen of oplossingen, in het bijzonder 5-fluorouracil, folinezuuroplossingen die trometamol als hulpstof bevatten en trometamolzouten van andere actieve bestanddelen. De alkalische geneesmiddelen of oplossingen beïnvloeden de stabiliteit van oxaliplatine nadelig.
- Oxaliplatine NIET reconstitueren of verdunnen met een zoutoplossing of andere oplossing die chloorionen bevatten (inclusief calcium-, kalium- of natriumchloriden).
- NIET mengen met andere geneesmiddelen in dezelfde infusiezak of infuuslijn.
- GEEN injectiebenodigdheden gebruiken die aluminium bevatten.
Houdbaarheid
De gereconstitueerde oplossing in de originele flacon: Microbiologisch en chemisch gezien dient de gereconstitueerde oplossing onmiddellijk te worden verdund.
Bereide infuusoplossing niet langer dan 24 uur bewaren bij 2 tot 8 °C. Vanuit microbiologisch standpunt gezien dient de oplossing voor infusie onmiddellijk te worden gebruikt.