Gebruik dit geneesmiddel altijd precies zoals beschreven in deze bijsluiter of zoals uw arts of apotheker u dat heeft verteld. Twijfelt u over het juiste gebruik? Neem dan contact op met uw arts of apotheker.
Voor kinderen van 2 tot 6 jaar
De gebruikelijke dosering voor kinderen van 2-6 jaar is:
Naar behoefte 1 tot hoogstens 3 maal per dag 1 spray in ieder neusgat.
De neusspray is niet geschikt voor kinderen jonger dan 2 jaar.
Wijze van gebruik Snuit de neus.
Verwijder de beschermdop.
Druk 5 maal op de pomp om de spray klaar te maken voor het eerste gebruik. Als u de spray maximaal 14 dagen niet gebruikt heeft (na eerste gebruik), druk de pomp dan 1 maal in om de spray weer klaar te maken voor gebruik. Voor volgend gebruik is de doseerspray gereed voor direct gebruik.
De neusspray goed rechtop houden en het hoofd iets voorover buigen. De opening in het neusgat brengen en een keer krachtig op de verstuiver drukken. Dan de opening uit het neusgat terug trekken alvorens de druk op te heffen. 1 spray in elk neusgat toedienen. Terwijl u pompt moet uw kind door de neus inademen.
Na het gebruik het uiteinde schoonmaken en het dopje terugplaatsen.
Duur van de behandeling
Uw kind mag dit middel niet langer dan één week ononderbroken gebruiken. Indien de klachten na 1 week gebruiken niet zijn verdwenen of zelfs terugkeren dient u alsnog uw huisarts te raadplegen. Uw huisarts kan u dan verder adviseren over de behandeling van de aandoening van uw kind.
Wanneer uw kind te veel van dit middel heeft gebruikt of ingenomen, neem dan onmiddellijk contact op met uw arts of apotheker.
Overdosering kan zowel door toediening via de neus als via de mond plaatsvinden. Overdosering kan, met name bij kleine kinderen, de volgende verschijnselen geven:
Angst, opwinding, waanvoorstelling (hallucinaties) of stuipen afgewisseld door daling van de lichaamstemperatuur, zeer extreme vorm van slaperigheid tot bewusteloosheid (lethargie) tot coma. Andere verschijnselen van overdosering kunnen zijn: pupilvernauwing of juist pupilverwijding, zweten, bleekheid, blauwe verkleuring van de huid en slijmvliezen (cyanose), hartkloppingen en apneu (tijdelijk ophouden van de ademhaling).
Indien u vergeten bent een dosis toe te dienen, dien deze dosis dan alsnog zo snel mogelijk toe tenzij het bijna tijd is voor de volgende dosis.
Dien geen dubbele dosis toe om een vergeten dosis in te halen.
Als uw kind stopt met het gebruik van dit middel
Wanneer uw kind stopt met het gebruik van dit middel zullen zich geen bijzonderheden voordoen.
Heeft u nog andere vragen of het gebruik van dit geneesmiddel? Neem dan contact op met uw arts of apotheker.