Wanneer mag u dit middel niet gebruiken?
-
U bent allergisch voor azathioprine, een ander geneesmiddel genaamd mercaptopurine of voor een van de andere stoffen in dit geneesmiddel. Deze stoffen kunt u vinden in rubriek 6.
-
U geeft borstvoeding.
-
U bent onlangs gevaccineerd met een levend vaccin, zoals tuberculose (BCG), waterpokken, BMR of gele koorts.
Wanneer moet u extra voorzichtig zijn met dit middel?
Neem contact op met uw arts, apotheker of verpleegkundige voordat u dit middel inneemt:
-
als u een ernstige infectie heeft;
-
als u een ernstige leverziekte heeft;
-
als u een ziekte van het beenmerg of de alvleesklier heeft;
-
als u een aandoening heeft die wordt aangeduid als het syndroom van Lesch-Nyhan (erfelijke deficiëntie van het enzym hypoxanthineguaninefosforibosyltransferase);
-
als u een aandoening heeft waarbij uw lichaam te weinig van het enzym thiopurinemethyltransferase (TPMT) aanmaakt;
-
als u geneesmiddelen zoals mesalazine, olsalazine of sulfasalazine gebruikt (voor de behandeling van inflammatoire darmziekte);
-
als u geneesmiddelen gebruikt die van invloed zijn op de beenmergfunctie (voor de aanmaak van bloedcellen), zoals penicillamine en cytotoxische geneesmiddelen.
Als u tijdens de behandeling onverklaarbare blauwe plekken of bloedingen krijgt of als u tekenen van infectie heeft, dient u onmiddellijk contact op te nemen met uw arts.
Infecties
De behandeling met dit middel verhoogt het risico op infecties en de infecties kunnen ernstiger worden (zie ook rubriek 4).
Omdat waterpokken (veroorzaakt door het varicellazostervirus, VZV) ernstig kunnen zijn wanneer u dit middel gebruikt, moet u ieder contact met personen die lijden aan waterpokken (varicella) of gordelroos (herpes zoster) vermijden.
Neem contact op met uw arts als u in contact komt met personen die waterpokken of gordelroos hebben.
Uw arts zal bepalen of u een antivirale behandeling nodig heeft en of u de behandeling met dit middel moet staken.
Bloedonderzoeken
Tijdens de eerste 8 weken van de behandeling moet het bloedbeeld ten minste eenmaal per week worden gecontroleerd. Mogelijk moet uw bloed vaker worden gecontroleerd als u:
-
hoge doses van dit middel gebruikt
-
ouder bent
-
een nier- of leveraandoening heeft
Na 8 weken moet uw bloedbeeld eenmaal per maand of ten minste elke 3 maanden worden gecontroleerd.
32
NUDT15-genmutatie
Als u een erfelijke mutatie in het NUDT15-gen (een gen dat betrokken is bij de
afbraak van azathioprine in het lichaam) heeft, loopt u een hoger risico op infecties en haaruitval en kan
uw arts u een lagere dosis voorschrijven.
Mogelijk zal uw arts u ook vragen om een test te ondergaan om te controleren hoe goed uw lichaam dit geneesmiddel zal kunnen afbreken. Afhankelijk van de resultaten kan uw arts uw dosis aanpassen.
Door het gebruik van dit middel loopt u mogelijk een groter risico op:
-
het ontwikkelen van een ernstige aandoening die macrofaagactivatiesyndroom wordt genoemd (overmatige activatie van witte bloedcellen gepaard gaand met ontsteking), die gewoonlijk optreedt bij mensen die bepaalde soorten artritis hebben;
-
het ontwikkelen van tumoren, met name als u hoge doses of langdurig immunosuppressieve therapie krijgt;
-
het ontwikkelen van vormen van kanker zoals huidkanker veroorzaakt door blootstelling aan de zon. Daarom dient u onnodige blootstelling aan zonlicht en uv-licht te vermijden, beschermende kleding te dragen en een zonnebrandmiddel te gebruiken (minimale zonbeschermingsfactor (SPF) 30);
-
lymfoproliferatieve aandoeningen (waarbij het lichaam op ongecontroleerde wijze witte bloedcellen genaamd lymfocyten aanmaakt).
-
Bij behandelingen die verschillende immunosuppressiva bevatten (waaronder thiopurinen zoals azathioprine), kan de aandoening leiden tot overlijden;
-
virale infecties van het lymfestelsel (met Epstein-Barr-virus geassocieerde lymfoproliferatieve aandoeningen), met name als tegelijkertijd meerdere immunosuppressiva worden toegediend.
Gebruikt u nog andere geneesmiddelen?
Neemt u naast Jayempi nog andere geneesmiddelen in, heeft u dat kort geleden gedaan of bestaat de mogelijkheid dat u binnenkort andere geneesmiddelen gaat innemen? Vertel dat dan uw arts of apotheker. De reden hiervoor is dat dit middel de werking van bepaalde geneesmiddelen kan beïnvloeden. Ook kunnen sommige andere geneesmiddelen de werking van dit middel beïnvloeden:
-
ribavirine, gebruikt voor de behandeling van virale infecties;
-
allopurinol, oxipurinol of thiopurinol of andere xanthineoxidaseremmers zoals febuxostat
(voornamelijk gebruikt voor de behandeling van jicht);
-
mesalazine, olsalazine en sulfasalazine (behandelingen voor chronische inflammatoire darmziekte zoals de ziekte van Crohn);
-
anticoagulantia (bloedverdunners) zoals warfarine;
-
ACE-remmers (zoals enalapril, lisinopril, perindopril en ramipril, behandelingen voor hoge bloeddruk of hartfalen);
-
trimethoprim met sulfamethoxazol (antibioticum);
-
cimetidine (behandeling voor zweren in het spijsverteringskanaal);
-
indometacine (behandeling van reumatoïde artritis);
-
penicillamine (vooral gebruikt bij de behandeling van reumatoïde artritis);
-
cytotoxische geneesmiddelen (voor de behandeling van tumoren, zoals methotrexaat);
-
vaccinatie met levende vaccins tijdens de behandeling met dit middel kan schadelijk zijn en moet worden vermeden;
-
atracurium of suxamethoniumchloride, gebruikt als spierverslappers tijdens een operatie;
-
infliximab (gebruikt voor de behandeling van ontstekingsaandoeningen zoals reumatoïde artritis, colitis ulcerosa, ziekte van Crohn en psoriasis).
Vertel het uw arts vóór een operatie dat u azathioprine gebruikt, omdat spierverslappers die tijdens anesthesie worden gebruikt, een wisselwerking met azathioprine kunnen hebben.
33
Zwangerschap, borstvoeding en vruchtbaarheid
Bent u zwanger, denkt u zwanger te zijn, wilt u zwanger worden of geeft u borstvoeding? Neem dan contact op met uw arts of apotheker voordat u dit geneesmiddel gebruikt.
Vrouwen die dit middel gebruiken of de vrouwelijke partners van mannen die dit middel gebruiken mogen tijdens de behandeling en gedurende 6 maanden daarna niet zwanger worden. Zowel mannen als vrouwen die dit middel gebruiken, moeten tijdens de behandeling en gedurende 6 maanden daarna effectieve anticonceptie gebruiken. Intra-uteriene middelen (spiraaltjes) zijn niet geschikt voor anticonceptie bij vrouwen die dit middel gebruiken (of bij vrouwen van wie de mannelijke partners dit middel gebruiken).
Wilt u zwanger worden? Neem dan contact op met uw arts.
Als u zwanger bent, mag u dit middel alleen innemen als uw arts zegt dat u dit moet doen. Als u zwanger bent of vermoedt dat u zwanger bent, moet u onmiddellijk uw arts daarvan op de hoogte stellen.
Bij pasgeboren baby’s van moeders die tijdens de zwangerschap azathioprine toegediend kregen, kunnen veranderingen in het bloedbeeld optreden. Regelmatige controle van het bloedbeeld tijdens de zwangerschap wordt aanbevolen.
Geef geen borstvoeding tijdens de behandeling met dit middel. De reden hiervoor is dat kleine hoeveelheden van het middel kunnen worden uitgescheiden in de moedermelk.
Rijvaardigheid en het vermogen om machines te bedienen
Bestuur geen voertuigen en bedien geen machines als u bijwerkingen krijgt of als u last heeft van duizeligheid terwijl u dit geneesmiddel inneemt.
Jayempi bevat natriumbenzoaat (E211)
Dit middel bevat 1,5 mg natriumbenzoaat (E211) in elke ml. Natriumbenzoaat kan geelzucht (gele verkleuring van de huid en ogen) bij pasgeborenen (jonger dan 4 weken) verergeren.
Jayempi bevat natrium
Dit middel bevat minder dan 1 mmol natrium (23 mg) per dosis, wat wil zeggen dat het in wezen ‘natriumvrij’ is.