Welke stoffen zitten er in dit middel?
De werkzame stof in dit middel is adrenalinetartraat:
Elke ml oplossing bevat 0,1 mg adrenaline (als adrenalinetartraat).
Elke voorgevulde spuit van 10 ml bevat 1 mg adrenaline (als adrenalinetartraat).
De andere stoffen in dit middel zijn natriumchloride, zoutzuur, natriumhydroxide, water voor injecties.
Hoe ziet dit middel eruit en hoeveel zit er in een verpakking?
Dit middel is een heldere, kleurloze oplossing in een 10 ml polypropyleen voorgevulde spuit, afzonderlijk verpakt in een doorzichtige blisterverpakking en omhuld in een aluminium zakje.
De voorgevulde spuiten zijn beschikbaar in dozen van 1 en 10 spuiten.
Niet alle genoemde verpakkingsgrootten worden in de handel gebracht.
Houder van de vergunning voor het in de handel brengen en fabrikant:
Laboratoire Aguettant
1, rue Alexander Fleming 69007 Lyon
Frankrijk
Neem voor alle informatie met betrekking tot dit geneesmiddel contact op met de locale vertegenwoordiger van de houder van de vergunning voor het in de handel brengen: Aguettant sa-nv
B.D.C.
Esplanade 1, BP 61 B-1020 Brussel België
Tel: +32 (0)2 268 66 02 e-mail: aguettant@aguettant.be
In het register ingeschreven onder
RVG 116588
Dit geneesmiddel is geregistreerd in lidstaten van de EEA onder de volgende namen:
-
België, Luxemburg: Adrenaline (tartrate) Aguettant 0,1 mg/ml
-
Denemarken, Finland, Frankrijk, Griekenland, Italië, Nederland, Noorwegen, Oostenrijk, Polen, Portugal, Spanje, Zweden: Adrenalin(a)(e) Aguettant 0,1 mg/ml
-
Duitsland: Adrenalin 1 :10,000
-
Ierland: Adrenaline (Epinephrine) 1mg/10ml (1:10,000)
-
Verenigd Koninkrijk: Adrenaline 1mg/10ml (1:10,000)
-
Roemenië: Adrenalină Hypericum (0,1 mg/ml)
Deze bijsluiter is voor het laatst goedgekeurd in mei 2021
Meer informatie over dit geneesmiddel is beschikbaar op de website van het College ter Beoordeling van Geneesmiddelen: www.cbg-meb.nl
De volgende informatie is alleen bestemd voor beroepsbeoefenaren in de gezondheidszorg:
Intraveneuze adrenaline dient alleen te worden toegediend door personen die ervaring hebben in het gebruik en de titratie van vasopressors in hun normale klinische praktijk.
Cardio-pulmonale resuscitatie:
10 ml van de 1:10.000 oplossing (1 mg) via intraveneuze of intraossale toedieningsweg, om de 3- 5 minuten herhaald tot terugkeer van spontane circulatie.
Endotracheaal gebruik dient alleen in het uiterste geval overwogen te worden als er geen andere toedieningsweg toegankelijk is, aan een dosis van 20 tot 25 ml 1:10.000 oplossing (2 tot 2,5 mg).
Bij hartstilstand na hartchirurgie, dient Adrenaline zeer behoedzaam intraveneus toegediend te worden bij doses van 0,5 ml of 1 ml 1:10.000 oplossing (50 of 100 microgram) en getitreerd tot effect.
Acute anafylaxie:
Titreer met intraveneuze bolussen van 0,5 ml 1:10.000 oplossing (0,05 mg) volgens respons.
Adrenaline Aguettant 0,1 mg/ml, oplossing voor injectie in een voorgevulde spuit wordt niet aangeraden voor intramusculair gebruik bij acute anafylaxie. Voor intramusculaire toediening dient een 1 mg/ml (1:1000) oplossing te worden gebruikt.
Pediatrische patiënten:
Dit geneesmiddel is niet geschikt om een dosis van minder dan 0,5 ml af te leveren en dient daarom niet gebruikt te worden langs intraveneuze of intraossale toedieningsweg bij pasgeborenen en zuigelingen met een lichaamsgewicht van minder dan 5 kg.
Hartstilstand bij kinderen:
Intraveneuze of intraossale toedieningsweg (enkel boven 5 kg): 0,1 ml/kg 1:10.000 oplossing (10 microgram/kg) tot een maximale enkele dosis van 10 ml 1:10.000 oplossing (1 mg), om de 3-5 minuten herhaald tot terugkeer van spontane circulatie.
Endotracheaal gebruik (ongeacht het lichaamsgewicht) dient alleen in het uiterste geval overwogen te worden als er geen andere toedieningsweg toegankelijk is, aan een dosis van 1 ml/kg 1:10.000 oplossing (100 microgram/kg) tot een maximale enkele dosis van 25 ml 1:10.000 oplossing (2,5 mg).
Houd u strikt aan het onderstaande protocol:
De voorgevulde spuit is uitsluitend bestemd voor gebruik bij één patiënt. Na gebruik de spuit weggooien. Niet opnieuw gebruiken.
Het geneesmiddel moet visueel worden gecontroleerd op deeltjes en verkleuring voordat het wordt toegediend. Alleen een heldere, kleurloze oplossing zonder deeltjes of neerslag mag worden gebruikt.
Het product mag niet worden gebruikt als het zakje of de blisterverpakking is geopend of als de manipulatieveilige verzegeling op de spuit (plastic folie onder aan de dop aan het uiteinde) is verbroken.
-
Trek het aluminium zakje alleen bij de inkeping(en) open met uw handen. Gebruik geen scherpe instrumenten om het zakje te openen.
-
Haal de voorgevulde spuit uit de steriele blisterverpakking.
-
Druk op de zuiger om de stop los te maken. Door het sterilisatieproces kan de stop aan de schacht van de spuit vastzitten.
-
Draai de dop aan het uiteinde eraf om de verzegelingen te verbreken.
Raak de blootgestelde luer-aansluiting niet aan om contaminatie te voorkomen.
-
Controleer of het uiteinde van de spuitverzegeling volledig is verwijderd.
Als dit niet het geval is, plaatst u de dop terug en draait u opnieuw.
-
Verwijder de lucht door voorzichtig op de zuiger te drukken.
7) Sluit de spuit aan op de vasculaire toegangspoort of de naald. Druk op de zuiger om de vereiste hoeveelheid te injecteren.
Al het ongebruikte geneesmiddel of afvalmateriaal dient te worden vernietigd overeenkomstig lokale voorschriften.