Welke stoffen zitten er in dit middel?
De werkzame stof in dit middel is dobutaminehydrochloride.
De andere stoffen in dit middel zijn natriummetabisulfiet (E223), zoutzuur (E507) of natriumhydroxide (E524) voor pH correctie en water voor injecties. Het concentraat voor oplossing voor intraveneuze infusie wordt beschermd door stikstof (E941).
Hoe ziet Dobutamine CF 12,5 mg/ml eruit en hoeveel zit er in een verpakking?
Dobutamine CF 12,5 mg/ml, concentraat voor oplossing voor intravenauze infusie is een heldere, kleurloze oplossing in een glazen ampul.
Dobutamine CF 12,5 mg/ml, concentraat voor oplossing voor intraveneuze infusie is verkrijgbaar in ampullen van 20 ml. De ampullen worden op de markt gebracht in verpakkingen van 1, 5 of 10 stuks.
Niet alle genoemde verpakkingsgrootten worden in de handel gebracht.
Houder van de vergunning voor het in de handel brengen en fabrikant
Vergunninghouder Centrafarm B.V. Nieuwe Donk 3 4879 AC Etten-Leur Nederland
Fabrikant
Centrafarm Services B.V.
Nieuwe Donk 9
4879 AC Etten-Leur
Nederland
B.Braun Medical, S.A. Ronda de Los Olivares, 5 23009 Jaén
Spanje
In het register ingeschreven onder:
RVG 19143 Dobutamine CF 12,5 mg/ml, concentraat voor oplossing voor intraveneuze infusie
Deze bijsluiter is voor het laatst goedgekeurd in maart 2012.
----------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
De volgende informatie is alleen bestemd voor artsen of andere beroepsbeoefenaren in de gezondheidszorg
Raadpleeg de ‘Samenvatting van de productkenmerken’ voor een volledige beschrijving en andere informatie.
Kwalitatieve en kwantitatieve samenstelling
Iedere ampul met 20 ml concentraat voor infusievloeistof bevat 280 mg dobutaminehydrochloride overeenkomend met 250 mg dobutamine (12,5 mg/ml).
Voor de volledige lijst van hulpstoffen, zie rubriek ’Lijst van hulpstoffen’.
Therapeutische indicaties
Dobutamine is bestemd voor patiënten bij wie een positief inotrope werking noodzakelijk is bij de behandeling van decompensatio cordis ten gevolge van verminderde contractiliteit voortvloeiend uit of een organische hartaandoening of na een open hart chirurgie, met name wanneer er sprake is van een low output decompensatio cordis met een verhoogde pulmonale capillaire druk.
N.B.: Bij cardiogene shock, gekenmerkt door hartfalen en ernstige hypotensie, en bij septische shock is dopamine het middel van eerste keuze na correctie van eventuele hypovolemie. In geval van gestoorde ventrikelfunctie, verhoogde vullingsdruk van de ventrikels en verhoogde systeemweerstand kan dobutamine van nut zijn indien toegevoegd aan dopamine.
Dobutamine kan ook worden gebruikt voor het diagnostiseren van de ischemie en vitaliteit van het myocardium binnen het kader van een echocardiografisch onderzoek (dobutamine stressechocardiografie), als de patiënt geen lichamelijke belasting kan ondergaan of indien deze lichamelijke belasting geen waardevolle informatie oplevert.
Dosering en wijze van toediening
De toedieningssnelheid en de duur van de dobutaminebehandeling dienen te worden aangepast op geleide van het hartritme, de bloeddruk, de urineproduktie en waar mogelijk, door meting van het hartminuutvolume.
Bij een langdurige infusie van 72 uur of meer kan gedeeltelijke tolerantie optreden. Verhoging van de dosis kan daarom noodzakelijk zijn om dezelfde effecten te blijven bewerkstelligen.
Het verdient aanbeveling de dosering dobutamine geleidelijk te verminderen, liever dan de toediening plotseling te staken.
Dobutamine stressechocardiografie
De toediening voor de stressechocardiografie wordt uitgevoerd door een geleidelijk verhogen van de dobutamine infusie.
Het doseringsschema, dat op dit ogenblik het meest wordt toegepast, begint met een farmacologische
belasting van 5 µg/kg/min dobutamine. De dobutamine dosering wordt elke 3 minuten verhoogd tot 10, 20, 30, 40 µg/kg/min tot een diagnostisch eindpunt wordt bereikt (zie dosering en wijze van toediening). Als geen eindpunt wordt bereikt, kan 0,5 tot 2 mg atropinesulfaat worden toegediend in doseringen van 0,25 - 0,5 mg telkens met een interval van 1 minuut om de hartslag te verhogen. Als alternatief kan de infusiesnelheid van dobutamine worden verhoogd tot 50 μg/kg/minuut.
De ervaring in kinderen en jongeren is beperkt tot de behandeling van patiënten, die positieve inotrope hulp vereisen.
Dosering en wijze van toediening
Dobutamine CF 12,5 mg/ml, concentraat voor oplossing voor intraveneuze infusie moet kort voor gebruik volgens onderstaande tabel worden verdund met een 5% glucose-oplossing, een 0,9% natriumchloride- oplossing, een Ringer's lactaatoplossing of een natriumlactaatoplossing. De te gebruiken concentratie is afhankelijk van de dosis en de vloeistofbehoefte van de patiënt. De verdunning mag niet geconcentreerder zijn dan 5 mg/ml (5000 µg/ml). De meeste patiënten reageren goed op doseringen van 2,5 tot 10,0 µg/kg/min. Soms wordt reeds effect verkregen met een dosis van 0,5 µg/kg/min. In zeldzame gevallen is een dosis van 40 µg/kg/min vereist.
Onderstaande tabel is een richtlijn voor de infuustoedieningssnelheid.
Vereiste dosering Infusiesnelheid (ml/kg/min)
(µg/kg/min) 250 µg/ml* 500 µg/ml** 1000 µg/ml*** 5000 µg/ml****
0,5 0,002 0,001 0,0005 0,0001
1,0 0,004 0,002 0,0010 0,0002
2,5 0,010 0,005 0,0025 0,0005
5,0 0,020 0,010 0,0050 0,0010
7,5 0,030 0,015 0,0075 0,0015
10.0 0,040 0,020 0,0100 0,0020
12,5 0,050 0,025 0,0125 0,0025
15,0 0,060 0,030 0,0150 0,0030
- 250 mg dobutamine (1 ampul) toegevoegd aan 1 liter diluens.
- 500 mg dobutamine (2 ampullen) toegevoegd aan 1 liter diluens of 250 mg dobutamine (1 ampul) toegevoegd aan 500 ml diluens.
- 1000 mg dobutamine (4 ampullen) toegevoegd aan 1 liter diluens of 250 mg dobutamine (1 ampul) toegevoegd aan 250 ml diluens.
- 250 mg dobutamine (1 ampul) toegevoegd aan 50 ml diluens. Deze verdunning kan gebruikt worden bij patiënten bij wie de vloeistoftoediening beperkt dient te worden
Dobutamine stressechocardiografie
In het kader van de diagnose van ischemie en vitaliteit mag dobutamine slechts worden toegediend door een arts, die over voldoende persoonlijke ervaring beschikt met cardiologische stresstesten. Alle wandgebieden moeten voortdurend worden gemonitord via echocardiografie en ECG en tevens moet de bloeddruk worden gecontroleerd. De monitors evenals medicatie voor noodgevallen moeten klaar staan (b.v. defibrillator, intraveneus te gebruiken bèta-blokker, nitraten, enz.) en personeel, geschoold op het gebied van reanimatie, moet aanwezig zijn.
Contra-indicaties
Dobutamine dient niet gebruikt te worden in de volgende gevallen:
- overgevoeligheid voor dobutamine of zijn derivaten of voor één van de in rubriek ’Lijst van hulpstoffen’ vermelde hulpstoffen
- decompensatie of hypertrofische cardiomyopathie
- overgevoeligheid voor sulfiet in de anamnese: vooral astmapatiënten kunnen hierop reageren met bronchospasmen of anafylactische shock
- mechanische obstructie van linker ventriculaire vulling of ejectie, met name bij obstructieve cardiomyopathie, aorta stenose en pericarditis constrictiva.
Dobutamine stressechocardiografie
Dobutamine mag niet voor de diagnostiek van ischemie en vitaliteit van het myocardium worden gebruikt bij:
- recent myocardinfarct (binnen de laatste 30 dagen)
- instabiele angina pectoris
- stenose van de linker hoofdslagader
- hemodynamisch significante verstopping van de outflow van het linkerventrikel inclusief hypertrofische obstructieve cardiomyopathie
- hemodynamische significante hartklepafwijking
- ernstig hartfalen (NYHA klasse III of IV)
- predispositie voor of gedocumenteerde medische voorgeschiedenis van klinisch significante of chronische aritmie, vooral recidiverende persistente ventriculaire tachycardie
- significante geleidingsstoornissen
- acute pericarditis, myocarditis en endocarditis
- aorta dissectie
- aorta aneurysma
- onvoldoende mogelijkheid tot echocardiografie
- onvoldoende behandelde/aangepaste arteriële hypertensie
- obstructie van de ventriculaire vulling (constrictieve pericarditis, pericard tamponade)
- hypovolemie
- voorgaande ervaring met overgevoeligheid voor dobutamine.
Opmerking:
Bij het toedienen van atropine moet op de contra-indicaties ervan worden gelet.
Bijzondere waarschuwingen en voorzorgen bij gebruik
Door stimulatie van de cardiale 1-receptoren door dobutamine kan het na toediening in bepaalde gevallen een duidelijke verhoging van de systolische bloeddruk of een ongewenste toename van de hartfrequentie veroorzaken of een aritmie teweegbrengen, meestal gepaard gaande met ventriculaire extrasystolen.
Dosisreductie of de tijdelijke staking van dobutaminetoediening dient overwogen te worden wanneer één van bovenvermelde verschijnselen optreedt.
Patiënten met een reeds bestaand boezemfibrilleren en een snelle ventriculaire respons dienen voor de dobutamine therapie te worden gedigitaliseerd.
In geval van extravasatie behoeven geen bijzondere maatregelen genomen te worden, aangezien daarbij geen vasoconstrictie of ischemie is waargenomen.
Tijdens langdurige infusie (48-72 uur) kan een afname van het haemodynamisch effect optreden, waardoor ophoging van de dosis gewenst kan zijn.
Voorzichtigheid is geboden in het geval van een cardiogene shock met hypovolemie. Men dient een eventuele hypovolemie te corrigeren alvorens een behandeling met dobutamine in te stellen.
Incidenteel zijn overgevoeligheidsreacties waargenomen als rash, pruritus van de hoofdhuid, koorts, bronchospasmen en eosinofilie.
Toediening van dobutamine kan leiden tot een geringe afname van kaliumplasmaconcentraties, maar zelden tot manifeste hypokaliëmie. De bepaling van kaliumplasmaconcentraties dient derhalve te worden overwogen.
Dobutamine stressechocardiografie
Wegens mogelijke levensbedreigende complicaties in het kader van de diagnose van de ischemie en vitaliteit mag het geneesmiddel slechts worden toegediend door een arts, die over voldoende persoonlijke ervaring beschikt met cardiologische stresstesten.
Dobutamine stressechocardiografie moet worden gestopt in geval een van de volgende diagnostische eindpunten optreedt:
- het bereiken van de maximale bij de leeftijd behorende hartslag (220 – leeftijd in jaren) x 0,85
- bloeddrukverhoging groter dan 220/120 mm Hg
- progressieve symptomen als angina pectoris, dyspnoe, duizeligheid, ataxie
- progressieve arythmie
- progressieve geleidingsstoornissen
- recent ontwikkelde verstoringen in de beweging van de wand in meer dan 1 wandsegment (16 segment model)
- toename van het eindsystolisch volume
- ontwikkeling van een afwijking van de repolarisatie (ten gevolge van ischemie horizontale of aflopende ST-segment depressie groter dan 0,2 mV bij een interval van 80 (60) ms na het J punt, vergeleken met de normale, progressieve of monofasische ST segment verhoging groter dan 0,1 mV in patiënten zonder een voorgaand myocardinfarct
- het bereiken van de hoogste dosering.
Een dobutamine stressechocardiografie dient ook onmiddellijk te worden beëindigd in geval van ernstige complicaties (zie ook rubriek 4.8 van de ‘Samenvatting van de productkenmerken’).
Na het beëindigen van de infusie moet de patiënt worden gecontroleerd tot zijn/haar toestand zich heeft gestabiliseerd.
Dobutamine CF 12,5 mg/ml bevat sulfiet waardoor reacties van allergische aard bij daarvoor gevoelige individuen kunnen worden veroorzaakt. Deze reacties kunnen variëren van lichte astmatische aanvallen tot soms fatale anafylactische shock.
Voorzichtigheid is geboden bij patiënten met ernstige ventriculaire arrhythmieën in de anamnese.
Gebruik in de geriatrie
Bij toediening aan geriatrische patiënten zijn geen specifieke problemen te verwachten.
Pediatrische patiënten
Bij toediening aan kinderen jonger dan 1 jaar is extra voorzichtigheid geboden. Reacties kunnen kwalitatief en kwantitatief van die van volwassenen verschillen.
Interacties met andere geneesmiddelen en andere vormen van interactie
Kans op interactie bestaat in de volgende gevallen:
- -blokkerende middelen, met name cardioselectieve. Het positief inotrope effect van dobutamine door stimulatie van de cardiale -receptoren wordt door deze middelen tegengewerkt. Dobutamine heeft echter de mogelijkheid om de β-blokkade op te heffen in een dosering die geen ernstige bijwerkingen veroorzaakt. Met name bij patiënten die behandeld worden met -blokkerende middelen, wordt af en toe een lichte vasoconstrictie opgemerkt;
- Inhalatie-anaesthetica kunnen de kans op ventriculaire arrhythmieën vergroten door vergroting van de myocard gevoeligheid;
- Bij gelijktijdig gebruik van dobutamine en nitroprusside of dobutamine en nitroglycerine wordt het hartminuutvolume groter en vermindert de arteria pulmonalisdruk meer dan met elk middel afzonderlijk;
- Het antioxidant natriummetabisulfiet in het concentraat en thiamine kunnen met elkaar reageren wat leidt tot een thiamine afname.
Dobutamine stressechocardiografie
In geval van een behandeling tegen angina, in het bijzonder met hartslagverlagende verbindingen, zoals bètablokkers, is de ischemische reactie op stress minder uitgesproken of kan helemaal ontbreken. Daarom moet deze behandeling mogelijk 12 uur voor de dobutamine stressechocardiografie worden gestopt.
Bij het toevoegen van atropine aan de hoogste dosering dobutamine kan het volgende worden waargenomen:
Wegens de langere duur van de stressechocardiografie, de hogere totale dosering van dobutamine en de gelijktijdige toediening van atropine, bestaat er een toegenomen kans op bijwerkingen.
Farmaceutische gegevens
Lijst van hulpstoffen
Natriummetabisulfiet (E223), zoutzuur (E507) of natriumhydroxide (E524) voor pH correctie en water voor injecties. Het concentraat voor oplossing voor intraveneuze infusie wordt beschermd door stikstof (E941).
Gevallen van onverenigbaarheid
Dobutamine CF 12,5 mg/ml, concentraat voor oplossing voor intraveneuze infusie mag niet worden toegevoegd aan 5 % natriumbicarbonaat oplossing of aan andere alkalisch reagerende oplossingen (kaliumfosfaat, furosemide of fenytoïne natrium). Dobutaminehydrochloride mag niet worden verwerkt in oplosmiddelen die zowel ethanol als natriumbisulfiet bevatten. Menging of gelijktijdige toediening van dobutamine via hetzelfde infuus met heparine, hydrocortisonnatriumsuccinaat, cefazolinenatrium, cefmandolnaftaat, cefalotinenatrium, penicillines, natriumetacrynaat, aciclovir, aminophylline, bretyllium, calciumchloride, calciumgluconaat, diazepam, digoxine, insuline, kaliumchloride, magnesiumsulfaat, streptokinase en verapamil wordt afgeraden.
Houdbaarheid
De houdbaarheid van het product bedraagt 5 jaar. De uiterste gebruiksdatum (“exp”) is op de verpakking en de ampul vermeld.
Indien bijmenging onder strikte aseptische conditites plaatsvindt, is het verdunde product 24 uur stabiel bij bewaren benden 25°C.
Indien bijmenging niet onder strikte aseptische condities plaatsvindt, moet de houdbaarheid van het verdunde product vanuit microbiologisch oogpunt worden beperkt tot maximaal 24 uur, mits bewaard in de koelkast (2 - 8°C), of 12 uur bij bewaren beneden 25°C.
Door lichte oxidatie kan een lichtroze verkleuring van de oplossing optreden die met de tijd intenser wordt zonder dat de activiteit van de infusieoplossing wordt beïnvloed.
Speciale voorzorgsmaatregelen bij bewaren
Bewaar de ampullen voor het verdunnen beneden 30 °C in de oorspronkelijke verpakking. Niet in de koelkast of vriezer bewaren.
Aard en inhoud van de verpakking
1, 5 of 10 ampullen met 20 ml steriel concentraat voor oplossing voor intraveneuze infusie overeenkomend met 250 mg dobutamine en 0,2 mg/ml natriummetabisulfiet.
Instructies voor gebruik en verwerking
Dobutamine CF 12,5 mg/ml, concentraat voor oplossing voor intraveneuze infusie moet kort voor gebruik verdund worden met een 5% glucose-oplossing, een 0,9% natriumchloride-oplossing, een Ringerslactaatoplossing of een natriumlactaatoplossing tot de gewenste concentratie (zie tabel in rubriek 4.2 van de ‘Samenvatting van de productkenmerken).
Vernietig eventueel niet gebruikte infusievloeistof.