Het gebruik van zetpillen in kinderen wordt niet aangeraden.
Dosering en frequentie van toediening
De dosering Zofran die u krijgt is afhankelijk van uw behandeling.
Misselijkheid en braken als gevolg van chemotherapie:
Volwassenen:
Er wordt een verschil gemaakt tussen chemokuren waarbij de kans “groter” is dat misselijkheid optreedt (sterk emetogene therapie) en chemokuren waarbij die kans minder groot is. Meestal wordt een startdosis Zofran Injectie gegeven ca. 15 minuten voordat met de chemotherapie wordt begonnen.
- Bij sterk emetogene chemokuren wordt 8-32 mg intraveneus (in een ader) toegediend via een injectie of een infuus op de dag van de chemokuur.
- Bij minder sterk emetogene chemokuren wordt 8 mg intraveneus (in een ader)
toegediend via een injectie of een infuus op de dag van de chemokuur.
Op de dagen na de chemokuur kan de misselijkheid verder worden behandeld met Zofran tabletten, Zofran Zydis, Zofran stroop of Zofran zetpillen, gedurende maximaal 5 dagen na de chemokuur (2-3x daags 8 mg oraal of 1x daags 16 mg rectaal).
Kinderen en jong volwassenen (6 maanden oud tot 17 jaar):
Bij kinderen onder de 12 jaar wordt de hoeveelheid Zofran die het kind krijgt bepaald door het gewicht of door het lichaamsoppervlak van het kind.
Wanneer de dosering wordt berekend op basis van het gewicht krijgen kinderen, ouder dan 6
maanden, voorafgaand aan de chemokuur 0,15 mg/kg Zofran intraveneus (in een ader) toegediend. Maximaal mag 8 mg Zofran gegeven worden. Deze dosering mag elke 4 uur worden herhaald met een totaal van drie doseringen op de eerste dag. Op de dagen na de chemokuur kan de misselijkheid verder worden behandeld met tweemaal daags 4 mg Zofran Zydis smelttabletten of Zofran stroop gedurende maximaal 5 dagen.
Wanneer de dosering wordt berekend op basis van het lichaamsoppervlak krijgen kinderen met een oppervlak van minder dan 0,6 m2, voorafgaand aan de chemokuur 5 mg/m2 intraveneus (in een ader) toegediend, gevolgd door een orale dosis van 2 mg Zofran 12 uur later. Op de dagen na de chemokuur kan de misselijkheid verder worden behandeld met tweemaal daags 2 mg Zofran oraal, gedurende maximaal 5 dagen na de chemokuur.
Kinderen met een lichaamsoppervlak tussen 0,6 en 1,2 m2 krijgen, voorafgaand aan de chemokuur 5 mg/m2 intraveneus (in een ader) toegediend, gevolgd door een orale dosis van 4 mg Zofran 12 uur later. Op de dagen na de chemokuur kan de misselijkheid verder worden behandeld met tweemaal daags 4 mg Zofran oraal, gedurende maximaal 5 dagen na de chemokuur.
Kinderen met een lichaamsoppervlak groter dan 1,2 m2 krijgen, voorafgaand aan de chemokuur 8 mg/m2 intraveneus (in een ader) toegediend, gevolgd door een orale dosis van 8 mg Zofran 12 uur later. Op de dagen na de chemokuur kan de misselijkheid verder worden behandeld met tweemaal daags 8 mg Zofran oraal, gedurende maximaal 5 dagen na de chemokuur.
Misselijkheid en braken als gevolg van radiotherapie:
Volwassenen:
Meestal wordt een startdosis van 8 mg gegeven 1-2 uur voordat met de radiotherapie wordt begonnen. De duur van de behandeling is afhankelijk van de duur van de radiotherapie en de gebruikelijke dosering is eenmaal daags 16 mg rectaal.
Als de misselijkheid en/of het braken niet vermindert na het gebruik van Zofran is het raadzaam contact op te nemen met de arts.
Voor preventie en behandeling van post-operatieve misselijkheid en braken:
Volwassenen:
Ter voorkoming van misselijkheid en braken na een operatie worden meestal 16 mg oraal ingenomen een uur vóór aanvang van de operatie. Voor behandeling van misselijkheid en braken na de operatie wordt 4 mg intraveneus toegediend.
Kinderen en adolescenten (1 maand oud tot 17 jaar):
Voor het voorkomen en het behandelen van misselijkheid en braken bij kinderen na een operatie onder verdoving wordt Zofran intraveneus (in een ader) toegediend. Zofran kan zowel voor als na de operatie toegediend worden. De hoeveelheid is afhankelijk van het lichaamsgewicht van het kind: 0,1 mg/kg, maximaal mag 4 mg gegeven worden.
Zofran oraal mag niet gebruikt worden voor het voorkomen van misselijkheid en braken bij kinderen bij een intra-abdominale ingreep (een operatie in de buikholte).
Als de misselijkheid en/of het braken niet vermindert na het gebruik van Zofran is het raadzaam contact op te nemen met de arts.
Wijze van toediening en toedieningsweg
HET INBRENGEN VAN DE ZETPIL
- Ga indien nodig eerst naar het toilet om uw darmen te ledigen.
- Was uw handen met water en zeep en haal de zetpil uit de verpakking.
- Ga op uw zij liggen met uw onderste been gestrekt en uw bovenste been opgetrokken. Indien dit niet mogelijk is, ga dan voorovergebogen staan of ga gehurkt zitten.
- Druk de zetpil langzaam en voorzichtig met uw vinger tussen de billen in de anus tot ook uw vinger ongeveer 2 cm in de anus zit (dit is voorbij de kringspier van de anus). Breng de zetpil in met de punt naar boven. Het inbrengen gaat gemakkelijker als u het uiteinde van de zetpil eerst in water of in slaolie doopt. Blijf zo mogelijk 5-10 minuten liggen om te voorkomen dat de zetpil er weer uitkomt.
- Was uw handen met water en zeep. Voorkom ontlasting tot ten minste 1 uur na het inbrengen van de zetpil.
Wat u moet doen als teveel Zofran zetpil heeft ingebracht:
Wanneer u meer Zofran heeft ingenomen dan uw arts heeft voorgeschreven is het raadzaam onmiddellijk contact met uw arts op te nemen. In de meeste gevallen zullen de verschijnselen dezelfde zijn als wanneer u de aanbevolen dosering heeft ontvangen. In alle gevallen verdwijnen de verschijnselen volledig.