Net als andere NSAID's werkt aceclofenac door de enzymen cyclo-oxygenase I & II (COX-1 en COX-2) te remmen. Deze twee enzymen zijn in belangrijke mate betrokken bij ontstekingsreacties. Cyclooxygenases 1 & 2 zijn verantwoordelijk voor de vorming van ontstekingsmediatoren. Ontstekingsmediatoren zijn stoffen die ontstekingsreacties beïnvloeden. Deze omvatten prostaglandine E2 (PGE2), cytokinen, interleukinen en tumornecrosefactoren.
Aceclofenac wordt afgebroken door de lever en uitgescheiden in de urine. De biologische beschikbaarheid van aceclofenac, d.w.z. het percentage van de werkzame stof dat beschikbaar is in het bloed, is 60%. De halfwaardetijd, d.w.z. de tijd die het lichaam nodig heeft om de helft van de werkzame stof uit te scheiden, is 4 uur. De maximale plasmaconcentratie (Cmax), d.w.z. de maximale concentratie van de werkzame stof in het bloedplasma (vloeibare celvrije deel van het bloed), wordt bereikt na 1,25-3 uur.