Wanneer mag u dit medicijn niet gebruiken?
-
u bent allergisch voor een van de stoffen in dit medicijn of soortgelijke stoffen (bijvoorbeeld bepaalde medicijnen tegen depressie). De stoffen in dit medicijn kunt u vinden in rubriek 6 van deze bijsluiter.
-
bij bepaalde hartziekten.
-
als u ooit een ziekte aan het beenmerg heeft gehad.
-
als u ooit een bepaalde stofwisselingsziekte in de lever (hepatische porfyrie) heeft gehad.
-
wanneer u andere medicijnen gebruikt die tot een bepaalde groep van antidepressiva behoren, genaamd monoamineoxidaseremmers (MAO-remmers) of tricyclische antidepressiva.
Wanneer moet u extra voorzichtig zijn met dit medicijn?
Neem contact op met uw arts of apotheker voordat u dit medicijn gebruikt:
-
als u vroeger last heeft gehad van hart-, lever- of nierziekten.
-
wanneer u lijdt aan een bloedziekte of vroeger na het gebruik van andere medicijnen bepaalde bijwerkingen op het bloed heeft ondervonden.
-
als u gemengde vormen van epilepsie met verschillende aanvalstypen heeft.
-
als u een verhoogde oogboldruk (glaucoom) heeft, als u uw plas niet kunt ophouden of als u sneller last heeft van verstopping (obstipatie).
-
als u een bepaalde psychische aandoening heeft, die gepaard gaat met verwarring en opwinding. Een klein aantal mensen dat behandeld werd met anti-epileptica, waaronder Tegretol, heeft ook gedachten gehad over zelfbeschadiging of zelfmoord. Als u op enig moment dergelijke gedachten heeft, neem dan direct contact op met uw arts.
-
als u zwanger zou kunnen worden. Er bestaat namelijk een risico op schade aan het ongeboren kind als Tegretol tijdens de zwangerschap wordt gebruikt. U moet tijdens de behandeling met Tegretol en gedurende twee weken na de laatste dosis effectieve anticonceptie gebruiken (zie “Zwangerschap, borstvoeding en vruchtbaarheid”).
-
vertel het uw arts als u zwanger bent of zwanger wilt worden. Uw arts zal met u de mogelijke risico’s bespreken van het gebruik van dit medicijn tijdens de zwangerschap, aangezien dit medicijn schadelijk kan zijn voor het ongeboren kind (zie “Zwangerschap, borstvoeding en vruchtbaarheid”).
-
bij het gebruik van carbamazepine is ernstige huiduitslag (Stevens-Johnson syndroom, toxische epidermale necrolyse) gemeld. Deze huiduitslag gaat vaak gepaard met rode vlekken en/of blaren op de huid/vervelling van de huid, gewrichtspijnen, zweren in de mond, de keel, de neus en de geslachtsdelen en met bindvliesontsteking (rode en gezwollen ogen). Deze ernstige vormen van huiduitslag worden vaak voorafgegaan door griepachtige verschijnselen, zoals koorts, hoofdpijn, pijn in het lichaam. De huiduitslag kan verergeren tot wijdverbreide blaarvorming en loslaten van de huid. Het grootste risico op het optreden van ernstige huidreacties bestaat in de eerste maanden van de behandeling.
Deze ernstige huidreacties kunnen zich vaker voordoen bij mensen uit sommige Aziatische landen. Het risico op deze huidreacties kan bij patiënten van Han-Chinese en Thaise afkomst worden voorspeld aan de hand van bloedonderzoek bij deze patiënten. Uw arts dient u te kunnen adviseren of bloedonderzoek noodzakelijk is voordat u carbamazepine gaat gebruiken.
Als u huiduitslag of deze huidverschijnselen krijgt, stop dan met het gebruik van carbamazepine en neem onmiddellijk contact op met uw arts en vertel uw arts dat u dit medicijn gebruikt. Indien u Stevens-Johnson syndroom of toxische epidermale necrolyse heeft ontwikkeld tijdens het gebruik van dit medicijn, dient u dit medicijn nooit meer te gebruiken.
-
wanneer u abrupt stopt met de behandeling met dit medicijn of wordt overgezet, omdat epileptische aanvallen kunnen ontstaan.
-
als verschijnselen optreden die op een overgevoeligheidsreactie wijzen, waarbij de huid, de lever, bloedproducerende organen en het lymfestelsel kunnen worden aangetast. Tevens kunnen andere organen aangetast worden (bijvoorbeeld longen, nieren, alvleesklier, hart en darmen)
(overgevoeligheidssyndroom inclusief DRESS).
-
als u overgevoelig bent voor bepaalde medicijnen om epilepsie te behandelen (zoals fenytoïne, primidon en fenobarbital) of oxcarbazepine, omdat u dan ook overgevoelig kunt zijn voor dit medicijn.
-
als u ouder bent, of als u nierproblemen heeft, die gepaard gaan met lage natriumwaarden in het bloed, of als u medicijnen gebruikt die de natrium bloedspiegel kunnen verlagen (diuretica zoals hydrochloorthiazide, furosemide).
-
als u last heeft van onhandige en onregelmatige spierbewegingen, duizeligheid, slaperigheid, bloeddrukdaling of verwardheid als gevolg van de behandeling met dit medicijn. Dit kan het risico op vallen verhogen.
Voor de eerste behandeling en/of gedurende de behandeling met dit medicijn kan uw arts besluiten uw bloedbeeld, lever- of nierfunctie, schildklierfunctie of de hoeveelheid Tegretol in uw bloed te controleren.
Als reacties bij u optreden zoals koorts, een zere keel, uitslag, zweren in uw mond, gemakkelijk optredende blauwe plekken, kleine puntvormige huidbloedingen of bloeduitstorting in de huid of slijmvliezen gepaard gaande met bloedverlies, moet u uw arts onmiddellijk waarschuwen.
Gebruikt u nog andere medicijnen?
Gebruikt u naast Tegretol nog andere medicijnen, heeft u dat kort geleden gedaan of gaat u dit misschien binnenkort doen? Vertel dat dan uw arts of apotheker.
Neem contact op met uw arts of apotheker als u de volgende medicijnen gebruikt of onlangs heeft gebruikt:
-
medicijnen die de bloedstolling tegengaan (warfarine, fenprocoumon, dicoumarol, acenocoumarol, rivaroxaban, dabigatran, apixaban, edoxaban).
-
medicijnen om zwangerschap te voorkomen (hormonale anticonceptiva, bijvoorbeeld pillen, pleisters, injecties of implantaten). Tegretol kan de werking van hormonale anticonceptiva beïnvloeden en ze minder werkzaam maken bij het voorkomen van zwangerschap. Bespreek met uw arts welke vorm van anticonceptie het meest geschikt is voor gebruik terwijl u Tegretol gebruikt.
-
andere medicijnen tegen epilepsie (natriumvalproaat, fenytoïne, fenobarbital, clobazam, clonazepam, felbamaat, lamotrigine, eslicarbazepine, zonisamide, tiagabine, topiramaat, oxcarbazepine, mesuximide, fensuximide, ethosuximide, primidon, acetazolamide, vigabatrine, progabide, valproïnezuur, valnoctamide, valpromide, brivaracetam).
-
medicijnen ter voorkoming/bestrijding van bepaalde infecties (rifabutine, doxycycline, ciprofloxacine en macroliden-antibiotica, bijvoorbeeld erytromycine en claritromycine).
-
medicijnen tegen neerslachtigheid (fluoxetine, fluvoxamine, lithium, desipramine, nefazodon, paroxetine, trazodon, bupropion, citalopram, mianserine, nefazodon, sertraline, viloxazine, tricyclische antidepressiva, bijvoorbeeld imipramine, amitriptyline, nortriptyline, clomipramine).
-
bijnierschorshormonen (corticosteroïden) (met o.a. een ontstekingsremmende werking) (bijvoorbeeld dexamethason, prednison).
-
medicijnen voor de behandeling van HIV (bijvoorbeeld indinavir, ritonavir, saquinavir).
-
medicijnen tegen hoge bloeddruk of bepaalde hartaandoeningen (calciumantagonisten, bijvoorbeeld felodipine, verapamil, diltiazem, digoxine, simvastatine, atorvastatine, lovastatine, cerivastatine, ivabradine).
-
medicijnen met vrouwelijk geslachtshormoon (oestrogeen en progestageen).
-
medicijnen (antipsychotica) tegen psychose (ernstige geestesziekte) (clozapine, olanzapine, ziprasidon, risperidon, aripiprazol, haloperidol, thioridazine, quetiapine, broomperidol, loxapine, paliperidon).
-
medicijnen met een slaapverwekkend, kalmerend en angst/onrust verminderend effect (alprazolam, midazolam).
-
medicijn dat de natuurlijke afweer onderdrukt (ciclosporine, everolimus, tacrolimus, sirolimus).
-
medicijnen tegen schimmels (itraconazol, voriconezol, ketoconazol, fluconazol).
-
medicijn tegen astma (theofylline).
-
medicijn tegen worminfecties (praziquantel, albendazol).
-
medicijn dat de schildklier stimuleert (levothyroxine).
-
pijnstillende medicijnen (tramadol, dextropropoxyfeen, ibuprofen, paracetamol, fenazon, buprenorfine). Langdurig gebruik van dit medicijn in combinatie met paracetamol kan leiden tot vergiftiging van de lever (hepatoxiciteit).
-
ontwenningsmedicijn (methadon).
-
medicijnen tegen infecties door bepaalde micro-organismen (rifampicine).
-
medicijnen toegepast bij kanker (cisplatine, doxorubicine, imatinib, cyclofosfamide, lapatinib, temsirolimus).
-
medicijn tegen overmatig maagzuur (cimetidine, omeprazol).
-
medicijn dat de werking van geslachtshormonen tegengaat (danazol).
-
medicijn voor vitamine B-gebrek (nicotinamide) (in hoge dosering).
-
medicijnen tegen overgevoeligheidsreacties (antihistaminica, bijvoorbeeld loratadine, terfenadine).
-
medicijn tegen tuberculose (isoniazide).
-
medicijn tegen misselijkheid (metoclopramide).
-
medicijnen tegen braken (aprepitant).
-
plasmedicijnen (diuretica, bijvoorbeeld hydrochloorthiazide, furosemide).
-
spierverslappende medicijnen (spierrelaxantia, bijvoorbeeld pancuronium, oxybutynine, dantroleen).
-
medicijnen ter behandeling van erectiestoornissen (tadalafil).
-
medicijn tegen bepaalde huidaandoeningen (isotretinoïne).
-
plantaardige middelen die sint-janskruid (hypericum perforatum) bevatten. Deze middelen mogen niet tegelijkertijd met Tegretol gebruikt worden, omdat deze middelen de hoeveelheid carbamazepine in het bloed kunnen verlagen, waardoor de werking kan afnemen. Sint-janskruid wordt toegepast bij depressiviteit.
Waarop moet u letten met eten, drinken en alcohol?
Tegretol tabletten moeten tijdens of na de maaltijd met wat vloeistof (bijvoorbeeld een glas water) worden ingenomen.
Tegretol suspensie voor oraal gebruik moet tijdens of na de maaltijd worden ingenomen. (Vóór het gebruik moet de fles worden geschud).
Voorkom het gebruik van alcohol en grapefruitsap tijdens de behandeling met dit medicijn.
Zwangerschap, borstvoeding en vruchtbaarheid
Bent u zwanger, denkt u zwanger te zijn, wilt u zwanger worden of geeft u borstvoeding? Neem dan contact op met uw arts of apotheker voordat u dit medicijn gebruikt.
Zwangerschap
Tegretol kan ernstige geboorteafwijkingen veroorzaken. Als u tijdens de zwangerschap Tegretol inneemt, is het risico op een geboorteafwijking bij uw baby tot driemaal zo groot als bij vrouwen die geen anti-epileptische medicatie innemen. Er zijn ernstige geboorteafwijkingen gemeld, waaronder sluitingsdefect van de neurale buis (opening van de wervelkolom), geboorteafwijking van het gezicht zoals een gespleten bovenlip en gehemelte, geboorteafwijking van het hoofd, hartafwijkingen, geboorteafwijking van de plasbuis van de penis (hypospadie) en defecten aan de vingers. Uw ongeboren kind moet nauwlettend worden gecontroleerd als u Tegretol heeft ingenomen tijdens de zwangerschap.
Er zijn problemen met de neurologische ontwikkeling (ontwikkeling van de hersenen) gemeld bij baby’s van moeders die Tegretol tijdens de zwangerschap gebruikten. Uit enkele onderzoeken is gebleken dat carbamazepine een negatief effect heeft op de neurologische ontwikkeling van kinderen die in de baarmoeder aan carbamazepine zijn blootgesteld, terwijl in andere onderzoeken een dergelijk effect niet werd gevonden. De mogelijkheid van een effect op de neurologische ontwikkeling kan niet worden uitgesloten.
Als u een vrouw bent die zwanger kan worden en u niet van plan bent zwanger te worden, moet u effectieve anticonceptie gebruiken tijdens de behandeling met Tegretol. Tegretol kan invloed hebben op de werking van hormonale anticonceptiva, zoals de anticonceptiepil, en deze minder effectief maken bij het voorkomen van zwangerschap. Raadpleeg uw arts, die met u zal bespreken wat de meest
geschikte vorm van anticonceptie is wanneer u Tegretol gebruikt. Als de behandeling met Tegretol wordt stopgezet, moet u nog twee weken na het stoppen effectieve anticonceptie blijven gebruiken.
Als u een vrouw bent die zwanger kan worden en u van plan bent zwanger te worden, raadpleeg dan uw arts voordat u stopt met anticonceptie en voordat u zwanger wordt. U kunt dan bespreken of u moet overschakelen op andere geschikte behandelingen om blootstelling van het ongeboren kind aan carbamazepine te voorkomen.
Bent u zwanger of denkt u zwanger te zijn? Neem dan onmiddellijk contact op met uw arts. U mag niet met het gebruik van dit medicijn stoppen voordat u dit met uw arts heeft besproken. Het stoppen van de behandeling zonder overleg met uw arts kan aanvallen veroorzaken die gevaarlijk kunnen zijn voor u en uw ongeboren kind. Uw arts kan besluiten uw behandeling aan te passen.
Als u Tegretol inneemt tijdens de zwangerschap, loopt uw baby ook risico op bloedingsproblemen vlak na de geboorte. Uw arts kan u en uw baby een medicijn geven om dit te voorkomen.
Borstvoeding
De werkzame stof van dit medicijn (carbamazepine) gaat in de moedermelk over, maar in lagere concentraties dan die waarin het carbamazepine in het bloed van de moeder voorkomt. Moeders die dit medicijn gebruiken, mogen hun zuigelingen borstvoeding geven, op voorwaarde dat de arts het goed vindt en erop gelet wordt, dat er geen bijwerkingen bij de zuigeling optreden (bijvoorbeeld overdreven slaperigheid, moeite met drinken, braken). Als er wel bijwerkingen optreden moet u de borstvoeding staken en uw arts informeren.
Vruchtbaarheid
Gedurende de behandeling met dit medicijn kan de man verminderd vruchtbaar zijn.
Rijvaardigheid en het gebruik van machines
Dit medicijn veroorzaakt slaperigheid, duizeligheid, dubbelzien, moeite met zien, wazig zien en kan leiden tot een gebrek aan spiercoördinatie. Het is daarom noodzakelijk, vooral in het begin van de behandeling, extra voorzichtig te zijn bij het autorijden en het bedienen van machines.
Tegretol tabletten en suspensie voor oraal gebruik bevatten natrium
Dit medicijn bevat minder dan 1 mmol natrium (23 mg) per tablet, dat wil zeggen dat het in wezen ‘natriumvrij’ is.
Tegretol suspensie voor oraal gebruik bevat propyleenglycol (E1520)
Dit medicijn bevat 25 mg propyleenglycol per ml suspensie voor oraal gebruik. Als uw baby jonger is dan 4 weken, neem dan contact op met uw arts of apotheker voordat u dit medicijn toedient, in het bijzonder als uw baby ook andere medicijnen krijgt die propyleenglycol of alcohol bevatten.
Tegretol suspensie voor oraal gebruik bevat sorbitol (E420)
Dit medicijn bevat 175 mg sorbitol per ml suspensie voor oraal gebruik. Sorbitol is een bron van fructose. Als uw arts u heeft meegedeeld dat u (of uw kind) bepaalde suikers niet verdraagt of als bij u erfelijke fructose-intolerantie is vastgesteld (een zeldzame erfelijke aandoening waarbij een persoon fructose niet kan afbreken), neem dan contact op met uw arts voordat u (of uw kind) dit medicijn inneemt/toegediend krijgt. Sorbitol kan maag-darmklachten veroorzaken en een licht laxerende werking hebben.
Tegretol suspensie voor oraal gebruik bevat propylparahydroxybenzoaat (E216) en methylparahydroxybenzoaat (E218)
Deze hulpstoffen kunnen allergische reacties veroorzaken (wellicht vertraagd).